Genealogie van NazatenDeVries en anderen
Anna van Ewsum van Peize
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Ewe Ewesma.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna van Ewsum van Peize, geb. in 1510, erfvrouwe van Peize, doopgetuige van Philip Ernst Carel Pieter Ripperda te Bedum [Gr] op dinsdag 30 apr 1737, zij erft de borg Eglumborg van haar broer Christoffer na 1683, ovl. (ongeveer 45 jaar oud) in 1555.


Aantekeningen bij Anna van Ewsum van Peize.
Anna is waarschijnlijk erfgename van de havezate Peyse (Peize), waar ook de Ripperda's lang zijn verbleven.
Leden van het geslacht Van Ewsum staan bekend vanwege hun grote rijkdom en intelligentie. Anna's broer, Wigbolt van Ewsum tot Nienoord, probeert zijn vermogen te vergroten door in het Westerkwartier op commercieële wijze turf te winnen. De onderneming brengt hem en zijn familie en vrienden echter bijna tot het bankroet. Enkel Wigbolt's broer, Johan van Ewsum tot Mensinge en zijn kinderen hebben niet aan de investering deelgenomen. Johan vergroot zijn vermogen totdat deze bijna de rijkdom van de graaf van Oost-Friesland overtreft. Zelfs zijn hofhouding is indrukwekkender geweest.

 
 

tr. (beiden ongeveer 23 jaar oud) op dinsdag 7 feb 1533
met

Focko Hayo Ripperda van Peyse, zn. van Pieter I Ripperda van Winsum en Johanna Rengers Schaffer, geb. in 1510 wordt met een keizersnee geboren, redger, overrechter, zijlrechter, Geduputeerde van de Ommelanden, hoofdeling te Winsum in 1541, ovl. (ongeveer 56 jaar oud) in 1566, begr. in 1566.


Aantekeningen bij Focko Hayo Ripperda van Peyse.
De borg Ripperda in Winsum.
Focko Ripperda en Vrouke laten een zoon na, Peter, die vóór 1524 sterft. Uit zijn huwelijk met Johanna Rengers wordt een zoon Focko geboren, die in 1533 trouwt met Anna van Ewsum. In 1541 komt hij voor als hoofdeling te Winsum.
Nog altijd zijn er onder de Ripperda's moeilijkheden over de erfenis van proost Uneken en vrouw Ulske. Pas in 1552 komt een overeenkomst tot stand waarbij Focko de "steden ende campen myt hoeren toebehoeren tho Winsum gelegen vrij ende ewelicken" verkrijgt.
Deze Focko speelt een grote rol in het politieke leven van die tijd. In 1565 of 1566 moet hij gestorven zijn. Hij is de vader van Peter, Asinge, Onno en Wigbolt, die als geuzen zo bekend geworden zijn. Na de "beeldenstorm" die zij in Winsum ondernemen, moeten zij uitwijken en worden hun goederen geconfisqueerd. Vóór zijn vlucht heeft Peter in 1568 zijn huis te Winsum verkocht of verhuurd aan Hercules van Ewsum, met 120 grazen land daarbij behorende. Bij de borg wordt dan een zomerhuis genoemd.

Uit dit huwelijk 5 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Heer Asinge*1530  †1574 Winsum 44
Onno*1534  †1580  46
Wigbold*1535 Winsum †1573 Haarlem [Nh] 38
Peter II*1535  †1574 Ost-Friesland, Dld. 39
Johanna Elisbeth*1549     


Anna Tamminga
in
Genealogie van Abel Tamminga.
Genealogie van Folckermarus (Folcmar) Onsatha.
Genealogie van Johan Rengers.
Parenteel van Abel Tamminga.
Parenteel van Johan Rengers.
Parenteel van Lubbert Lewe.

Anna Tamminga, ovl. in 1570.

tr.
met

Abel Onsta1, zn. van Eylco Onsta en Oede Rengers van ten Post, geb. voor 1512, jonker en hoveling te Sauwerd [Gr], ovl. (minstens 46 jaar oud) te Sauwerd [Gr] in 1558.


Aantekeningen bij Abel Onsta.

Abel Onsta, jonker van Sauwerd.
De oudste zoon Abel Onsta volgt zijn vader op als jonker en hoveling te Sauwerd en Leens. Hij is in 1512 getrouwd met Anna Tamminga, een dochter van Allert Tamminga en Gese Coenders. Abel Onsta heeft weer moeilijkheden over de Herathemagoederen, evenals zijn gelijknamige grootvader; hij heeft namelijk meningsverschil over de vergeving van de prebende van het Maria-altaar in de kerk te Eenrum, afkomstig van Herathema, met de pastoor van de Akerk, Reyner Broeylls, in 1530.

Doordat de Onsta' s steeds weer heerden, waaraan redgerrechten verbonden zijn, gekocht hebben, of ook wel redgerrechten los van de heerd, is het hun eindelijk gelukt alle redgerrechten van Leens in handen te krijgen, en in 1544 is Leens een staande rechtstoel geworden. Een oorkonde van 20 november 1544 spreekt er van. Het is een 'scheijtbrieff bij wijlen Claes Cater en Edzart Rengers, tusschen Abel en Hidde Onsta wegens scheijdinge der rechten in en buyten die Marne gemaeckt in dat jaar 1544, op avont praesentationis Mariae Virginis'. Hierin leest men: 'Onsta rechtingen worden bevonden in de Marna als Warffhuijsen 3, Leens 12 recht schappen continue, Ulrum 3, Vierhuisen 1,' "Onsta Rechtingen worden bevonden buijten die Marne als Adorp 2, Sauwerd 2, Obergum 8, Eendrum 4, Baffelo 1, Rasquert 1, Bedum 1, Elderhysen 2, Noordwolde 3, Suydwolde 1'. Verder lezen we in 't Overlijdt Tjassens:.
'Extract uyt T. Popkensboeck. Toe Wehe hebben de Onstemans alle wege Ao 45 (alle rechtingen) beginde Aepko Onsta de Rechtingen in de Marne en Hidde Onsta erffgenaemen buijten de Marne, soo waer de Onstemans die vallen de naaste 6 jaaren.'.
Abel Onsta overlijdt in 1558, zijn vrouw in 1570.
In 1894 vindt men bij een opgraving een zware gebeeldhouwde grafsteen met een lengte van 2.36 meter en een breedte van 1.17 meter. De steen is gemaakt van leisteen, waarop in gotische stijl de wapens van Onsta en enkele andere geslachten. Op een geslingerde banderol staat: 'Anno MCCCCLXXXIII starf Abel Onsta op S. Cecilieavët'. Het blijkt dus de grafsteen van Abel Onsta te zijn. De steen lag ruim een voet onder de grond op het voormalige kerkhof van Sauwerd verstopt.

Aantekeningen bij Jonker Abel Onsta en Anna Tamminga

Feith vermeldt slechts twee kinderen en schrijft: 'Telke Onsta een dogter van Scholte de Bever'. Wat hiermee precies wordt bedoeld blijft onduidelijk.

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Aepco*1516  †1564 Emden, Ost-Friesland, Dld. 48
Hiddo  †1536 Provence [Fra]  
Aldert  †1536 Provence [Fra]  
Eylcke     



Bronnen:
1.Groninger Volksalmanak 1895, Erven B. van der Kamp, Groningen [Gr], 1894 (blz. 204)


Zweder Heer van Schelenburg
Zweder Heer van Schelenburg.

tr.
met

Anna van Weleveld, erfvrouwe.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Christoffer*1529 Borne [Ov] †1606  7710 


Anna van Doetinchem
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna van Doetinchem, geb. in 1570, ovl. (ongeveer 66 jaar oud) op woensdag 24 dec 1636.

tr. (resp. ongeveer 26 en hoogstens 29 jaar oud) op vrijdag 23 aug 1596
met

Unico Ripperda Tot Boekelo, zn. van Herman Ripperda en Margaretha (van Heyden Tot Ransdorp), geb. tussen 1567 en 1570, heer te Boxbergen [Ov], heer te Boekelo [Ov], heer te Hengelo, drost, drost te Diepenheim [Ov], drost, ritmeester van 1598 tot 1612, landdrost van 1612 tot 1623, ovl. (hoogstens 56 jaar oud) op vrijdag 22 sep 1623, tr. (2) (buitenechtelijke relatie) met Nn. Uit deze relatie 2 dochters.


Aantekeningen bij Unico Ripperda Tot Boekelo.
Unico Ripperda Tot Boekelo en Buxbergen, heer van Buxbergen, Boeculo (Boekholt) en Hengelo, geb. omstr. 1570, overleden 22 Sept. 1625, zoon van Herman Ripperda en van Margriet van Heyden.
Hij koopt bij zijn huwelijk het aan den Rutenberch leenroerig huis Hengelo, is van 1598 tot 1621 drost van Haaksbergen en wordt in laatstgenoemd jaar drost van Twenthe, van welk ambt hij in 1623 afstand doet. Hij wordt op 7 Sept. 1614 ritmeester en zijn broeder Eggerick Adriaan Ripperda onder hem kapitein. Op 14 jJuli 1625 is hij bezig met het fortificeeren van zijn huis te Hengelo, welk werk gevaarlijk wordt geacht, omdat de vijand uit Oldenzaal hetzelve zou kunnen doen bezetten.
Unico heeft een krachtige lichaamsbouw en een helder verstand. In 1605 leidt hij de heldhaftige verovering van een Spaanse schans bij Goor. Hij woont eerst op het Hof te Boekelo en koopt in 1615 de heerlijkheid en kasteel Hengelo van Frederik van Twickelo. Hij laat deze burcht uitbreiden en woont er later zelf ook. In 1617 wordt hij tijdens een zitting van de Ridderschap van Overijssel door zijn standsgenoot, Johan van Twickelo tot Borgbeuningen, van overspel beschuldigd. Dit leidt tot zoveel ophef dat zij de Staten dreigt te scheuren. Bij een schermutseling verwondt zijn zoon Willem, Hendrik van Ittersum tot de Hofstede, die het heeft voorzien op Unico's drostambt. Uiteindelijk moet prins Maurits in de zaak bemiddelen, waarna Unico afstand doet van het drostambt.
Hij huwt 23 Aug. 1596 met Anna van Doetinchem, overl. 24 Dec. 1636, dochter van Willem van den tot Rande en van Johanna Pipenpoy. Behalve een zoon Harmen, geb. in 1598 en gebleven in den oorlog van Bohemen, spruit uit dit huwelijk een zoon Willem, die volgt. Unico heeft nog twee natuurlijke kinderen, waarvan Margaretha (geacht als gelegitimeerd) in het voorjaar van 1618 met Herman van Heuvel (Hövell) richter van Delden, later van Enschede, huwt.
(Bronnen: van Doorninck, Geslachtk. Aant, 4-6; Wapenheraut V, 215).

Uit dit huwelijk 2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Baron Wilhelm*1600  †1669  69
Herman*1598  †1669 Bohemen [Deu] 71


Anna van Buckhorst Tot Zalk van Veekaten
Anna van Buckhorst Tot Zalk van Veekaten, geb. in 1510.

relatie
met

Johan van Ittersum, geb. in 1500, heer, ovl. (ongeveer 46 jaar oud) in 1546.

Uit deze relatie een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Agnes*1540  †1598  58


Anna Rengers
in
Genealogie van Folckermarus (Folcmar) Onsatha.
Genealogie van Hendrik Clant.
Genealogie van Johan Rengers.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van Johan Rengers.

Anna Rengers.

tr.
met

Otto Clant van Scharmer, zn. van Egbert Clant van Scharmer en Teteke van Nittersum, hoofdeling te Scharmer [Gr], hoofdeling te Stedum [Gr], ovl. voor 1555.

Uit dit huwelijk 6 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johan  †1596   
Eppo     
Frans     
Hindrick     
Wigbold     
Egbert  †1616   



Bronnen:
1.De Ommelander Borgen en Steenhuizen, Dr. W.J Formsma, Stol en Pathuis, Van Corcum & Comp. B.V., ISBN 90 232 1047 6, Assen [Dr], 1973


Anna Lewe
in
Genealogie van Lubbert Lewe.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna Lewe, geb. te Peize [Dr] circa 1543, ovl. (minstens 47 jaar oud) na 1590.

  • Vader:
    Joost (Joest) Lewe Thoe Peyse1,2 (Lewe), zn. van Wigbold Lewe en Wobbe (Wopke) ten Grave, geb. te Peize [Dr] (te Ulrum [Gr]) circa 1510 (1515)2, ovl. (ongeveer 79 jaar oud) te Groningen [Gr] op maandag 15 mei 1589, tr. (2) met Josina Manninga. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (resp. ongeveer 28 en ongeveer 22 jaar oud) (1) te Zandeweer [Gr] op zaterdag 21 mei 1538.
 

relatie
met

Tijde Beninga, geb. circa 1540, ovl. (minstens 55 jaar oud) na 1595.


Bronnen:
1.Huizen van stand, Jaap bos, F.J. Hulst, T. Baas, P. Brood
2.De Nederlandse Literatuur. De Nederlandse taal., Stichting DBNL te Leiden


Anna Gijsens
Anna Gijsens.

relatie
met

Johan Sickinghe.


Aantekeningen bij Johan Sickinghe.
De Groninger stadsbestuurders hebben zich altijd schrap gezet tegen pogin gen van 'hogerhand' om zich te mengen in lokale aangelegenheden. De her en in het raadhuis waren van mening dat zijzelf de enigen waren die het r echt hadden en in staat waren het Groningse schip van staat te besturen. Ze beriepen zich daarbij op het tractaat van 1536, waarbij Stad en Lande zich onder de bescherming van keizer Karel V hadden gesteld. Had de keiz er hen niet beloofd dat hij de rechten en vrijheden van Stad en Lande z ou respecteren en beschermen?.
Het spreekt voor zich dat de Groningers zich niet zomaar van deze posit ie lieten afbrengen. Maar omdat hierover in kringen van de regering in Br ussel anders werd gedacht, kwamen de stedelijke bestuurders meer dan ee ns in botsing met regeringsvertegenwoordigers. Over een van die twistgesp rekken zijn we goed geïnformeerd. Het vond plaats op 15 januari 1556 tuss en Maarten van Naarden, de door de centrale regering benoemde voorzitter van de Hoofdmannenkamer, en enkele vertegenwoordigers van Stad en Lande, onder wie burgemeester dr. Johan Sickinge en syndicus dr. Hiëronymus Fred erici. Uit het verslag: 'Tijdens deze woordenwisseling wonden enkele aanw ezigen zich hevig op, want het leek erop dat Van Naarden op een slinkse m anier probeerde ons aller vrijheid, tradities en goede gewoonten buitensp el te zetten. De regeringsambtenaar nam daarop zelf het woord, op een gri evende en spottende toon, zoals we van hem gewend zijn. Hij vroeg wat vo or bewijzen de heren van Stad en Lande dan wel niet hadden voor die oude tradities en goede gewoonten, hij kende ze in ieder geval niet.
Daarop diende dr. Sickinge hem op strenge toon van repliek: "Met uw onwet endheid hebben we niets te maken. U bent een vreemdeling die nog maar der tien of veertien jaar geleden hierheen is gekomen. U hebt steeds alle bel often van de keizer en de koning verdraaid naar uw eigen inzichten en daa rmee tweedracht gesticht en ergernis gewekt. U wilt vaak niet eens weten wat u voor een goede uitvoering van uw taken juist wel zou moeten weten. Wij, bestuurders van Stad en Lande, die hier geboren zijn en uit famili es stammen die van generatie op generatie hier gewoond hebben en altijd s amen dit gebied hebben bestuurd, wij hebben die kennis van zaken wel en m oeten die ook hebben. We hebben niets te maken met uw arrogante en eigeng ereide praatjes."'.
Volgens burgemeester Sickinge konden Stad en Lande dus alleen bestuurd wo rden door mensen die over een gedegen kennis beschikten van de plaatselij ke verhoudingen en de geschiedenis ervan. Een vreemdeling die van niets w ist zou als een olifant door de porseleinkast banjeren en de bevolking te gen zich in het harnas jagen. De kans daarop was extra groot omdat veel v an die zo belangrijke informatie niet op papier was vastgelegd. Ze behoor de tot het 'collectieve bewustzijn' van de lokale bevolking en haar leide rs. Die wilden gerespecteerd worden en stonden daarom vijandig tegenover regeringsvertegenwoordigers die door hun manier van doen en hun uitsprak en lieten zien dat ze dat respect niet konden of wilden opbrengen.
De gevoelens en overwegingen die burgemeester Sickinge verwoordt komen o ok eenentwintigste- eeuwers niet onbekend voor. We zijn dagelijks getui ge van centraliserende ontwikkelingen in het openbaar bestuur, de overhei dsdienst en het (grote) bedrijfsleven. 'Hogerhand' haalt taken en bevoegd heden van lagere niveaus weg en concentreert ze op een hoger niveau in de organisatie. Het doel klinkt steeds uitermate rationeel: het gaat om g rotere efficiency, betere sturing en scherpere controle. Of dat doel bere ikt wordt is niet zeker. Wel zeker is dat lokale kennis verloren gaat, de afstand tussen 'boven' en 'beneden' toeneemt, de salarissen 'boven' gr oeien en 'beneden' verbittering en vervreemding zich verbreiden. Even bek end komt ons ook het optreden voor van managers, die er, net zoals Maart en van Naarden, prat op gaan niet over vakkennis te beschikken en hun oud erwetse ondergeschikten op de ziel trappen met hun stelling dat inhoudeli jke kennis het 'runnen van de toko' alleen maar in de weg staat.

Uit deze relatie een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Wennechien*1546  †1609  63


Anna Ripperda
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Ewe Ewesma.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna Ripperda, ovl. kinderloos.

kerk.huw. te Groningen [Gr]1 op woensdag 18 feb 15981
met

Wessell Harderwick, ovl. kinderloos.


Bronnen:
1.Ondertrouwboek Kerkelijke Gemeente Groningen, Kerk. gem. Gron., Toeg.nr. 124, RHC GA, Folio 21v, Groningen [Gr], van 1595 tot 1603 (woensdag 18 feb 1598 OTB 157)


Hero von Closter
Hero von Closter, voor de helft heer van, ovl. te Dornum [Ni, Deu] op vrijdag 20 jun 1586.

tr.
met

Occa Houwerda von Ophusen Und Wolthusen, ovl. te Dornum op woensdag 16 jan 1563.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Heer Gerhard  †1594 Emden (Dld)  
Occa  †1596   


Anna Lewe
in
Genealogie van Lubbert Lewe.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna Lewe, geb. circa 1580.

relatie
met

Geert Wigbolt Lewe, zn. van Jurgen Lewe Thoe Zandeweer en Teteke Jarges, geb. circa 1586.


Aantekeningen bij Geert Wigbolt Lewe.

VIERHUIZEN
1. Klokken, uurwerken en windvanen.
a. Klok.
[3873] ANNO 1630 HEBBEN ANNA LEWE, ARFVROW THO ASINGA, FROW TOT PANSER ETC, ENDE GEERT LEWE ENDE ANNA LEWE, JONCKER ENDE FROW TOT BEVSUM ETC, ALS ENIGSTE COLLATOREN TOT VIERHUISEN TER EEREN GODES DESE CLOCKE LATEN GIETEN. M. NICOLAS ROVIER, M. ANDRE AUBERTIN ME FECERUNT. I. L. CLAES HINDRIY, EPPE GERTS, FOGDEN.
Wapen Anna Lewe, vergezeld van de letters A. L.: Gevierendeeld: I Lewe; II Mulert; III De Mepsche; IV Scherpenzeel [1]. Helmteken: Lewe.
Wapen Geert Lewe, vergezeld van de letters G. L.: Gevierendeeld: I Lewe; II Lewe; III Schaffer; IV Panser [1]. Helmteken: Lewe.
Merk van Nicolas Rovier: Wapen: Een klok, vergezeld van de letters N.R.
Bron: GDW, blz. 699, nr. [3873]


Anna van Ewsum Tot Mensinge
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Ewe Ewesma.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna van Ewsum Tot Mensinge, geb. in 1668, freule van Ewsum, bij haar huwelijk 'jongedochter van Mensinga' te Roden [Dr] op zondag 18 jan 1705, begr. te Groningen [Gr]1 op vrijdag 14 mrt 17381.

  • Vader:
    Ernst van Ewsum, zn. van Titus van Ewsum en Geertruida van Ewsum, geb. circa 1630, heer van 'Mensinge', Roden [Dr].
    'Mensinge'
    Mensinge
    is een havezate bij Roden in de provincie Drenthe. Het huis, dat tot 1985 particulier bewoond is geweest, is nu te bezichtigen als museum. Bij de havezate hoort een groot bos, het Mensingebos.
    Doordat het huis lange tijd bewoond is geweest en de laatste decennia nagenoeg ongewijzigd is gebleven, geeft de inrichting een goed idee hoe men vroeger heeft gewoond. Het is alsof de bewoners even weg zijn. In de kelder staan nog de geweckte potten vlees.
    In de havezate zijn enkele bijzondere meubelen te zien, zoals de monumentale kussenkast uit 1690, het damesbureautje uit het begin van 20e eeuw en een chaise longue in Empire-stijl. Verder is er een verzameling porselein met Chinese wijnpotten uit 1600, porselein uit de Kang Shi-periode en een geheel compleet Chien Lung-eetservies uit 1790. In het huis hangen portretten uit de 18e eeuw en landschappen van Coenraad Kymmell.
    In 1381 wordt het huis met name genoemd als leengoed van het bisdom Utrecht. Al eerder is er rond 1330 sprake van belastingafdrachten voor het bezit van een huis te Roden, die waarschijnlijk betrekking hebben op Mensinge. [1] Van 1480 tot 1721 is het bezit van de Groningse familie van Ewsum. Mensinge komt voor op de lijst van erkende havezaten in de resolutie van de Drentse Landdag. Van 1722 tot 1777 bezit Mensinge het recht van havezate niet meer, omdat het is verlegd naar Mensinga in Roderwolde. De toenmalige eigenaar Coenraad Wolter Ellents koopt het recht van havezate terug van Wolter Kymmel, die in het bezit is van het recht van havezate van Mensinga.[1]
    In 1728 krijgt het huis zijn huidige vorm. In 1818 wordt de schulte van Roden, Jan Wilmsonn Kymmell, door vererving van zijn tante Gesina Oldenhuis-Ellents eigenaar van Mensinge. Zijn nageslacht blijft in het bezit van de havezate tot 1985. Het wordt vervolgens verkocht aan de gemeente Roden. De familie Kymmell neemt een belangrijke positie in in het Drentse leven, in 1825 kennen vier Drentse gemeenten een Kymmell als burgemeester. Jan Wilmsonn Kymmell is een zwager van de gouverneur van Drenthe, Petrus Hofstede. Hij is lange tijd schulte van Roden en Roderwolde en steekt veel energie in het opknappen van de omgeving van Ensinge. Hij laat grote oppervlakten woeste grond ontginnen en laat bomen planten. Zo ontstaat het huidige Mensingebos. Na het overlijden van Jan Wilmsonn 1823 wordt Mensinge tot 1878 bewoond door zijn zoon de burgemeester van Roden, Coenraad Wolter Ellents Kymmell. Na diens overlijden erven zijn neven Jan Wilmsonn Kymmel en Pieter Dirk Kymmell Mensinge. Zij worden opgevolgd door de kinderen van Jan Wilmsonn de schilder Coenraad Wolter Jan Kymmell en zijn zuster Christina Sophia Kymmell (ook wel de Joffer genoemd). Na het overlijden van haar broer in 1924 is de Joffer tot 1949 de enige bewoner van Mensinge. Daarna vererft het bezit naar een nazaat van Jan Wilmsonn Kymell de oudere, Georg Rudolph Wolter Kymmell, die er tot zijn dood in 1956 woont. Zijn weduwe, Elisabeth Kymmell van Geuns, kan niet aarden op de havezate en bouwt een huis er tegenover. Haar jongste dochter Reina Timmermans Kymmell woont er tot 1985 met haar man Gertjan en kinderen, Pieter-Dirk en Jurrien Timmermans in de havezate. Door stijgende onderhoudskosten en de gemeentelijke regelgeving die (gedeeltelijk) commerciele exploitatie destijds verhindert ziet de familie Kymmell zich genoodzaakt om het landgoed in 1985 te verkopen aan de gemeente Roden. Thans exploiteert de Stichting de havezathe wel commercieel.
    Na een grondige restauratie is Mensinge in 1988 ter bezichtiging opengesteld. Het beheer is in handen van de stichting Mensinge die tevens het nabijgelegen cultureel centrum de Winsinghhof beheert. Deze stichting beheert de subsidiegelden en coördineert het werk van de vrijwilligers. Een deel van de havezate is commercieel verhuurd. Deze beslissing van het gemeentebestuur leidt in 2006 tot een conflict met een deel van de vrijwilligers.
    Ovl. (Ongeveer 70 jaar oud) circa 1700, otr. (resp. ongeveer 34 en ongeveer 27 jaar oud) op maandag 8 sep 1664 Toestemming voor het huwelijk.
 

tr. (resp. ongeveer 37 en ongeveer 57 jaar oud) te Oldehove [Gr] op zondag 18 jan 1705, kerk.huw. 2,2
met

Ludolph Luirdt Ripperda3, zn. van Wigbolt Ripperda en Ave Isabella van Herema van Holwierde, geb. circa 16483,3, bij de ondertrouw wordt hij 'De Hoogh Edele Gebooren Jonker' genoemd, heer te Winsum, kapitein van een compagnie infanterie op woensdag 12 feb 1676, kolonel over een regiment te voet in dienst v.d. Verenigde Nederlanden op zondag 18 jan 1705, baron van Ripperda op zaterdag 5 mrt 1735, heer van Jensema, Engelenborgh, Poelgeest en Koudekerk, etc. op zaterdag 5 mrt 1735, commandeur van de vesting te Namen [Fra] voor donderdag 17 apr 1721, ovl. (ongeveer 73 jaar oud) te Namen [Fra]3 op donderdag 17 apr 17213,3, otr. (1) 5 op woensdag 12 feb 16765, tr. (resp. ongeveer 28 en ongeveer 30 jaar oud) te Oldehove [Gr] op donderdag 27 feb 1676, kerk.huw. 4,4 met Maria Isabella van Deest (van Diest), dr. van Johan Wilhelm van Deest en Anna Maria Heerema, geb. circa 1646, woont op de 'Jensemaborg', op woensdag 12 feb 1676, erfvrouwe 'Jensema',, erfvrouwe 'Englenburg',, bij de ondertrouw wordt zij 'De Hoogh Edel Gebooren Juffer' genoemd, ovl. (hoogstens 58 jaar oud) voor zaterdag 19 apr 1704. Uit dit huwelijk 3 kinderen.

 



Aantekeningen bij Ludolph Luirdt Ripperda.
Ludolph Luirdt Ripperda van Winsum. officier geb. circa 1648, overl. Namen 5-4-1721 (73 jaar), zn. van Wigbolt Ripperda en Ave Isabella van Heerma, van Holwierde, otr. Groningen 12-2-1676; 27-2-1676 attestatie gepasseerd, otr. Oldehove 13-2-1676, tr. Oldehove 27-2-1676 Maria Isabella van Deest, op Jensemaborgh, overl. vóór 19-4-1704, d.v. van Johan Wilhelm van Deest, heer op Jensemaborg en Fritema, jonker en hoofdeling in Oldehove, Saaxum etc, overste-schepper der Aduader zijlen en Anna Maria van Herema / Heerma. Maria Isabella bracht Jensemaborg in het geslacht Ripperda.

De aantekening van ondertrouw en huwlijk van Ludolph Luirt Ripperda en Maria Isabella van Deest, resp. 12 en 27 febr. 1676 te Oldehove.
Kinderen uit dit huwelijk:.
Anna Maria Elisabeth, geb. circa 1683, overl. 4-7-1749 (66 jaar), tr. Oldehove.
24-3-1704 (procl. Groningen 22-3-1704) Willem van Ewsum, heer van Mensinge en.
Saaxumborg, luitenant-kolonel, gewond bij het beleg van Bergen in Henegouwen.
17-10-1709, overl. 22-10-1709, zn. van Ernst Ewsum en Everarda Johanna van.
Berum.
Johan Willem Ripperda, geb. Oldehove 7-3-1684, overl. Tetoean 7-10-1737. De bekende hertog en Grande van Spanje.
Ida Elisabeth, nog in leven 16-12-1757, tr. 1711 (procl. Groningen 28-2-1711) Onno van Ewsum, geb. 1686, majoor, na de dood van zijn broer Willem eigenaar van de Saaxumaborg, overl. Roden 28-12-1720.
Ludolph Luirt Ripperda tr. (2) Oldehove 18-1-1705 Anna van Ewsum, dochter van Mensinga tot Rooden, overl. Groningen 14-3-1738, dr. van Ernst van Ewsum en Everarda Johanna van Berum.

Het huwelijk van Ludolf Luirdt en Maria Isabella '1735 Den 5 martinus'.
Militaire loopbaan.
Reeds in 1673 kapitein in het regiment (bataljon A, RN-2) onder kolonel Carel Rabenhaupt. Baron van Sucha, in 1674 kapitein onder kolonel Arend Ludolf Gockinga, majoor 15-9-1677 in het regiment (bataljon A, RN-2) van kolonel Barend Johan van Prott, idem luitenant-kolonel 12-12-1696, kolonel 1-3-1703 tot zijn dood in het regiment (bataljon A, RN-2) van zijn naam, brigadier 1-1-1709. Commandant citadel Namen 1721.
Hij is brigadier van een infanterie-regiment in dienst van de provincie Groningen. Tijdens het beleg van de stad Groningen (1672) door de keurvorst van Keulen en bisschop Bernhard van Münster onderscheidt hij zich door zijn moed. Hij is echter berooid en is derhalve gedwongen tot de verkoop van zijn voorouderlijk huis, de Ripperdaborg te Winsum. Hij overlijdt op 17 april 1721 als commandeur van de vesting te Namen.
Bronnen: Wapenheraut 1901 (jrg. 5); NL 1941 (jrg. 59); Register huwelijksinschrijvingen militairen in de provincie Groningen 1648-1811, in het bijzonder van de gereformeerde gemeente Oldenhove 1660-1808 (collectie Wolters); Idem van militairen in de stad Groningen 1648-1811, deel I (collectie Wolters); Hoofdofficieren der Infanterie van 1568-1813.
H. Ringoir, Den Haag 1981; Politieke Almanak 1694; Toegang 1605 Oud Archief der gemeente Groningen, 1594-1815, inv. nr. 549r register der toerbeurten m.b.t. de aanstelling van officieren en ambtenaren door de stad Groningen of Ommelanden, 1663-1737 (Bron: Joop van Campen).


Bronnen:
1.Breukdodenboek Kerkelijke gemeente Groningen, RHC GA, Collectie DTB, toeg. 124, Folio 131, Inventarisnr.: 194, Begraafakte, Groningen [Gr], van 1729 tot 1794 (vrijdag 14 mrt 1738)
2.Doop- en Trouwboek Oldehove, RHC GA, Collectie DTB, toeg. 124, inv.nr. 345, folio 48v, van 1661 tot 1811 (zondag 18 jan 1705)
3.Officieren Regiment Nationalen nr. 2, J.v.Campen-1
4.Doop- en Trouwboek Oldehove, RHC GA, Collectie DTB, toeg. 124, inv.nr. 345, folio 48v, van 1661 tot 1811 (donderdag 27 feb 1676)
5.Ondertrouwboek Kerkelijke gemeente Groningen, RHC GA, Collectie DTB, toeg. 124, 170, folio 108, Groningen [Gr], van 1674 tot 1679 (zaterdag 12 dec 1676)


Anna van Burmania
in
Parenteel van Ewe Ewesma.

Anna van Burmania (van Grijpskerk).

tr. Johan heeft grote theologische belangstelling en is een vriend van de Her vorming. Toch dient hij onder de katholieke Karel V in de Smalkaldische o orlog. Tijdens de inval van Lodewijk van Nassau blijft hij afzijdig. Hij hoeft niet te kiezen voor of tegen zijn leenheer want in 1570 overlijdt J ohan van Ewsum. Hij is tweemaal getrouwd geweest, eerst met Henrick Kate r, daarna met Anna van Burmania. Met Anna heeft hij drie zonen, Onno (Aep co), Jurgen, Joost en een dochter. Bij zijn dood zijn er vele schulden en de baten bestaan grotendeels op een vrij waardeloze vordering op zijn broer Wigbold, die veel geld nodig heeft voor zijn veenontginning en zout winning. Moeilijkheden ontstaan over de administratie van de goederen en de voogdij over de kinderen. Anna zelf hertrouwt in 1575 met Claas Kate r. Rempt Jensuma wordt ten slotte officieel door de hoofdmannenkamer tot voogd benoemd. De rector van de Latijnse school ter A, Ludovicus Gratema wordt pedagogus en beheerder van het vermogen van de kinderen. Jensema m oet in 1580 uitwijken en dat geeft weer nieuwe problemen
met

Johan van Ewsum, zn. van Wigbold I (van Ewsum van Middelstum en Nienoord) en Beetke Aeylkema van Rasquert (Aylkema to Rasquert), ovl. in 1570, relatie (2) met Hendrika Cater. Uit deze relatie geen kinderen.


Aantekeningen bij Johan van Ewsum.
Johan erft de borg Ewsum en Mensinge. Johan heeft vier kinderen; Aepco (of Onno), Jurgen, Joost en dochter Susanna. Jurgen overlijdt in 1583 en Aepco kiest de kant van de Spanjaarden en overlijdt kinderloos in 1599. Joost krijgt daarop Mensinge en Susanna, die getrouwd is met hopman Jacques Salencijn, krijgt Ewsum. Omdat de boedel zwaar met schulden is belast, moeten veel bezittingen echter worden verkocht. Susanna draagt om de verkoop van Ewsum te verhinderen de borg over aan neef Caspar van Ewsum (bekend als bevelhebber van Coevorden). Deze weet een eerste verkoop te verhinderen, maar als in 1601 de borg toch moet worden geveild, koopt hij hem zelf. In 1610 schenkt hij de borg aan zijn neef Luurt Ripperda.
Hij blijkt iemand geweest te zijn die groot vertrouwen genoot; hij was afgevaardigde te Brussel, toen Karel V, in wiens legers hij had meegevochten, de regering overdroeg aan Philips, bekleedde tal van ambten en waardigheden o.a. het redgerschap in wel 13 plaatsen, het collatorschap van verschillende stichtingen, hij was magistraatspersoon en arbiter in verscheidene zaken, beheerder van leenen en hopman; koning Philips benoemde hem zelfs tot eques auratus. Buitengewoon veel stukken zijn in het rijksarchief te Groningen, van of aan dezen jonker. Wij kennen 4 kinderen van Johan: Jurjen, gehuwd met Clara Horenken, Aepco, Joost (overl. 1610), gehuwd met Anna Ockinga en één dochter Susanna, die gehuwd is geweest met hopman Jacques Salencyn en met Edzart Clant.
Literatuur bij Wilhelm v.E. (Bron: DBNL).

Uit deze relatie 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Onno (Aepco) (Onno)  †1599   
Jurgen  †1583   
Joost     
Susanna     


Anna van Ewsum
 
in
Parenteel van Ewe Ewesma.

Anna van Ewsum1,2,3,4, geb. te Nienoord1,2,3,4 in 16401,2,3,4,1,2,3,4, ovl. (ongeveer 74 jaar oud) te Midwolda [Gr]1,2,3,4 op dinsdag 6 nov 17141,2,3,4,1,2,3,4.



Aantekeningen bij Anna van Ewsum.

Anna van Ewsum (1640-1714).
EWSUM, Anna van (geb. Nienoord, Groningen 1640 - gest. Midwolde 6-11-1714), opdrachtgeefster van een opmerkelijk grafmonument. Dochter van Willem van Ewsum, heer van Neyenoord, Vredewold en Noordwijk (1608-1643), en Margaretha Beata Frydag toe Goedens (1621-1665/1667). Anna van Ewsum trouwt (1) op 2-6-1657 met Carel Hieronymus Von Inn- und Kniphausen (1632-1664), gedeputeerde ten Staten-Generaal; (2) in oktober 1665 met Georg Wilhelm Von Inn- und Kniphausen, in 1694 door de Duitse keizer verheven tot rijksgraaf Von Inn- und Kniphausen (1635-1709). Uit huwelijk (2) wordt 1 zoon geboren.
o.
Anna van Ewsum is enig kind en de laatste erfgename van een van de belangrijkste adellijke families in de Ommelanden. Zij is zeventien als ze trouwt met Carel Hieronymus Von Inn- Und Kniphausen uit Oostfriesland, de jongere broer van haar stiefvader. Carel Hieronymus sterft in de zomer van 1664 in Den Haag, nadat hij ziek is teruggekeerd van een ambtsreis naar Vlaanderen. Nog voor de begrafenis geeft Anna opdracht aan de beeldhouwer Rombout Verhulst voor het oprichten van een grafmonument voor haar echtgenoot in de kerk van Midwolde. Het moet, zo staat in het contract, de beide echtelieden bevatten, 'levensgroot en net uitgehouwen'. De prijs voor het graf: drieduizend rijksdaalders. Met zijn details en verdere afwerking is het een perfectionering van het praalgraf zoals Verhulst dat voor Maria van Reigersberch heeft gemaakt. Carel Hieronymus ligt vooraan, Anna ligt hoger en daardoor middenin het blikveld. Zij is mooi en vrouwelijk afgebeeld. Uit dit contract blijkt ook dat Verhulst het praalgraf in Den Haag heeft gemaakt. Waarschijnlijk heeft Josina van Loewenstein dit praalgraf daar gezien: na haar mans dood in 1669 laat ook zij een dergelijk grafmonument vervaardigen, in nauwkeurige navolging van dat van Ewsum.

Grafmonument van Carel Hieronymus van In- en Kniphuisen en Anna van Ewsum, met (staande) de later toegevoegde tweede echtgenoot van Anna, Georg Wilhelm van In- en Kniphuisen, Midwolde. Uit: Tiemes, Weduwes en praalgraven.
Vijftien maanden na de dood van Carel Hieronymus Von Inn- und Kniphausen hertrouwt Anna van Ewsum met Georg Wilhelm Von Inn- und Kniphausen, de achterneef van haar eerste echtgenoot. Op enig moment - het is onduidelijk wanneer - is een putto van het grafmonument weggehaald om daar ruimte te creëren voor de beeltenis van Georg Wihelm, gemaakt door Bartholomeus Eggers. Anna en haar tweede echtgenoot zijn beiden in het desbetreffende graf begraven.

tr. (resp. ongeveer 25 en 29 jaar oud) (1) op maandag 4 mei 1665
met

Georg Wilhelm Von Inn- und Kniphausen, zn. van Philipp Wilhelm Von Inn- und Kniphausen en Anna Elisabeth von Würben Freudenthal, geb. te Altenach op zondag 23 dec 1635, ovl. (73 jaar oud) te Nienoord op donderdag 5 sep 1709.

Uit dit huwelijk 3 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Carel Ferdinand Von Inn-*1669 Nienoord †1717  48
Georg Willem*1666     
Carel Willem*1667     

tr. (resp. ongeveer 17 en 24 jaar oud) (2) op zaterdag 2 jun 1657 Uit dit huwelijk komen geen kinderen
met

Carel Hieronymus von Inn- Und Kniphausen, zn. van Enno Wilhelm Von Inn- Und Kniphausen en Anna Maria van Amelunxen, geb. te Lütetsburg op donderdag 28 okt 1632, ovl. (31 jaar oud) op donderdag 31 jul 1664, begr. te Midwolde [Gr].


Bronnen:
1.Inventaris van het huisarchief van ´De Nienoord´, Gedeponeerd in het oud-archief in Groningen, J.A. Feith, 1890
2.De Ommelander Borgen en Steenhuizen, Dr. W.J Formsma, Stol en Pathuis, Van Corcum & Comp. B.V., ISBN 90 232 1047 6, Assen [Dr], 1973
3.De Nienoord: huis en historie, H.B. Vos, Groningen [Gr], 1977
4.Nienoord: de historie van een Groninger borg, Riendert Hovinga, Groningen [Gr], 1997

Dossier:


Anna Haickens
Anna Haickens, geb. in 1590, ovl. (ongeveer 40 jaar oud) in dec 1630.

tr. (1)
met

Tamme Heren.

tr. (2)
met

Gerit Luitkens, ovl. na nov 1631.


Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Anna Drent
Anna Drent, geb. te Veendam [Gr] in 1871.

tr. (resp. ongeveer 27 en 26 jaar oud) te Veendam [Gr] op zaterdag 2 jul 1898
met

Theodorus van der Laan, zn. van Jan Velvis van der Laan en Hillechien Jacobs Gruizinga, geb. te Stadskanaal [Gr] op donderdag 21 sep 1871.


Anna Emmius
Anna Emmius, geb. op vrijdag 12 aug 1661, ovl. (54 jaar oud) op dinsdag 3 mrt 1716.

tr. (resp. 27 en 29 jaar oud) op zaterdag 11 sep 1688
met

Harmen Wolthers, geb. op zaterdag 28 jun 1659, functie, ovl. (73 jaar oud) op zondag 5 apr 1733.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Catharina*1695  †1775  80


Anna Catharina Hora
in
Parenteel van Tyacko Tiddinga.

Anna Catharina Hora, geb. te Midwolda [Gr] op vrijdag 10 jun 1718, ged. te Midwolda [Gr] op zondag 26 jun 1718, ovl. (19 jaar oud) te Groningen [Gr] op donderdag 20 feb 1738.

tr. (resp. 18 en 24 jaar oud) te Beerta [Gr] op zondag 31 mrt 1737
met

Wiardus Siccama, zn. van Harco Hilarius Siccama en Rolina Maria Wolthers, geb. te Groningen [Gr] op zondag 19 mrt 1713, acht keer Burgemeester en Raad van Groningen, lid Staten Generaal, lid Ged. Staten, gecomm. ter Admiraliteit te Harlingen en te Amsterdam, ovl. (84 jaar oud) te Zuidhorn [Gr] op zondag 31 dec 1797.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johan Hora*1738 Midwolda [Gr] †1812 Midwolda [Gr] 74


Anna van Ewsum
in
Parenteel van Ewe Ewesma.

Anna van Ewsum, ovl. in 1617.

  • Vader:
    Wigbolt II van Ewsum, zn. van Wigbold I (van Ewsum van Middelstum en Nienoord) en Beetke Aeylkema van Rasquert (Aylkema to Rasquert), geb. te Leek, Nienoord in 1521, hij erft de borg Nienoord, Verslag van 1555 tot 1584 Nienoord is in het bezit van Wigbold II, ovl. (ongeveer 63 jaar oud) te Oterdum [Gr]1 hij sterft aan de verwondingen die hij oploopt bij de Slag van Oterdum op dinsdag 31 jan 15841, tr. (resp. ongeveer 33 en ongeveer 26 jaar oud) op zaterdag 11 sep 1554.
 



Bronnen:
1.De Nederlandsche Leeuw, DeNedlLeeuw


Anna von Schade Zu Ihorst
Anna von Schade Zu Ihorst, geb. op donderdag 28 jun 1584, ovl. (59 jaar oud) op maandag 15 feb 1644.

tr. (resp. ongeveer 25 en ongeveer 26 jaar oud) in 1610
met

Dodo I von Inn- Und Kniphausen, zn. van Wilhelm Von Inn- und Kniphausen en Hyma Manninga, geb. te Lütetsburg op woensdag 22 jun 1583, heer, heer te Bergum [Fr], ovl. (52 jaar oud) op zondag 6 jan 1636, begr. op zaterdag 3 mei 1636.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Freiherr Enno Adam*1610  †1654 Emden (Dld) 44

')}