Ayolt Luppens
Ayolt Luppens, geb. in 1606, kerkvoogd te Meeden, ovl. (ongeveer 36 jaar oud) op zondag 20 apr 1642.
- Vader:
Luppo Meeckens, zn. van Meecko Hittiens en Icke Nn, geb. circa 1569, landgebruiker te Midwolda van nr. 42, Status van 1597 tot 1597 Luppo heeft hier land in zijn bezit gehad. functie van 1611 tot 1611, provisor van het gasthuis (ziekenhuis) te Winschoten [Gr] in 1611, diaken te Winshoten in 1637, ovl. (minstens 73 jaar oud) na vrijdag 24 okt 1642, tr. (resp. ongeveer 34 en ongeveer 30 jaar oud) op donderdag 26 jun 1603.
- Moeder:
Theeda Aelrichs, dr. van Aeldrick Wyarts (Wyarths, Wijerts) en Bawe Nn, geb. te Winschoten [Gr] in 1573, ovl. (minstens 47 jaar oud) na zaterdag 24 okt 1620, tr. (1) met Tyarck Mellens. Uit dit huwelijk 3 kinderen.
tr. (ongeveer 23 jaar oud) (1) circa vrijdag 2 feb 1629
met
Fossa Tonckerts, dr. van Tonkert Tammens en Aijlcke Ockens, ovl. in 1630.
Uit dit huwelijk een kind:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | NN | | | †1632 | | | 0 | 0 |
tr. (resp. ongeveer 25 en ongeveer 21 jaar oud) (2) circa donderdag 18 dec 1631
met
Murcke Menses, dr. van Mentzo Udens en Yde Jans, geb. circa 1610, ovl. (minstens 53 jaar oud) na jan 1663.
Uit dit huwelijk 2 zonen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Menso | *1639 | Noordbroek [Gr] | †1685 | | 46 | 1 | 4 |
2 | Aeldrick | *1640 | | †1670 | | 30 | 0 | 0 |
Ayolt Hommes
in
Parenteel van Tyacko Tiddinga.
Ayolt Hommes, geb. in 1599, ovl. (ongeveer 67 jaar oud) in 1666.
tr. (resp. ongeveer 31 en ongeveer 27 jaar oud) te Midwolda [Gr] op donderdag 20 jun 1630
met
Tyabbe Boeles Tiddinga, dr. van Boelo Mennes Luwerts Tiddinga en Wya Sebes Bunninga, geb. in 1603, ovl. (ongeveer 57 jaar oud) te Groningen [Gr] in 1660.
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Fosseta | *1635 | | †1681 | | 46 | 0 | 0 |
2 | Hemmo | *1641 | | | | | 0 | 0 |
Ayolt Ayolts
in
Parenteel van Tyacko Tiddinga.
Ayolt Ayolts.
tr. te Midwolda [Gr] op donderdag 26 jul 1635
met
Hissien Aitiens Sterenborch, dr. van Hero Aitiens Sterenborch en Allegonda Eggericks Tiddinga, ovl. in 1652, relatie (2) met Jan Epkes. Uit deze relatie een zoon.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Foske | *1636 | Blijham [Gr] | †1709 | Midwolda [Gr] | 73 | 2 | 7 |
Ayse Feickens
Ayse Feickens.
- Vader:
Feijcko Aeldricks, geb. circa 1580, ovl. (ongeveer 77 jaar oud) circa 1657, tr. (resp. ongeveer 30 en ongeveer 20 jaar oud) circa 1610 - 1-5-1617 Winschoten (V dd): Feike Alers en Froutet te Blijham en zijn z uster Aelcko verkopen 1/4 part huis aan Dyuth Sijbens en Greten, el, so als Feijko en zijn zus van hun verstorven bestevader Sijben Dyuts hebben angeerft.
- 5-4-1622 Winschoten (V dd): Feijo en Frotet, en Herman Gerdes en Aijl ke Maken scheiding als zij van hun vader Alert Feijes en Tijbe is angeerf t.
- 21-3-1623 Winschoten (V dd): Feijo en Frouwtet ter eener en Harmen Gerd es en Aijlke,scheiden wat broer en zus va hun saligen olderen is aangeerf d.
Eigenerfde te Blijham. Op de verdwenen grafsteen was een wapen: gedeeld: I onherkenbaar; II doorsneden; a: een wassenaar met een ster; b: een lee uw. Is in 1636 in de registratie van Hillenius Eppens geregistreerd als b ezitter van 40 deymt (ongeveer 20 ha.) kleiland in het Oostereynde van Bl ijham. De weg die van oost naar west door Blijham loopt, heet in zijn geh eel het Oostereind.
Blijham ligt op de grens van de oude zand- en veengronden enerzijds en de Dollart polders anderzijds. Feycko had dus een opstrekkende kavel in de Dollart polders.
R.A. Winschoten 18-01-1618, deel 2.
Feijcke Alers en Herman Gerdes, de rato caverende voor hun huisvrouwen Fr ouwtet en Aijlcke, verkopen en dragen over aan Greten, weduwe van Brundt Claass, te Pekela, de helft van zeven akkers weiland, bij deze weduwe in gebruik en aan weerszijde door haar begrensd.
R.A. Winschoten 02-05-1629 (330)
Feijo Alricks caspelman in Blijham en Frowtet el. verkopen aan Febo Aijlc kens en Bijlecken el. 23 dalern jrl. rente, onderpand de landerijen die nu door Hermen Geerdes worden gebruikt, af te lossen met 375 dalern, ge t. Luppo Tonckers en Claes Claessen
R.A. Winschoten 01-05-1631 (496)
Feijo Aelers caspelman te Blijham en Frowtet el. versetten aan Febo Aijlc kens en Bijlecken el. een halve kamp landes ten oosten bij het ronde lo ig Winschote gelegen, waar Hermen Geerdes met de andere gerechte helft t en oosten, Mentzo Jans als tegenwoordige gebruiker ten westen, strekken de van de Renselweg uit in het zuiden aan Winschoter meijnte nijelant, vo or drie jaren a dato deses, get. Hiddo Geerdes en Jan van Donderen.
R.A. Winschoten 14-03-1633 (92)
Luppo Aelrichs in de Beerta en Wije el. verkopen aan Focko Sijbens, Fei jo Alers, Boelo Sipkes, Sijben en Dijurcke Tiabbes gebroederen en hun hui svrouwen Eppen, Frowtet, Frowen, Hessel en Eltijen 9 daler jrl. rente, af te lossen met 235 car. gl,
get. Seebo Ockens en Bernhardus Goltsweerden.
R.A. Winschoten 31-10-1634 (214)
Harmen Geerdes ter ener en Luppo en Geerdt Hermens gebroederen, Sicko Ude ns en Coop Hindricks voor hun huisvrouwen Hemme, Anna, Tibe en Martijen c av. sampt Feijo Alers [tek. Feijcko Alders], Luppo Tonckers en Wijardt Ti jarcks als pr. vm, sv en vv over Hermen Geerdes en zijn zal. huisvrouw Ai jelcke minderjarige onmondige kinderen ter anderen, maken een accoord weg ens de nalatenschap van zal. Aijelcke, de vader krijgt de heerd landes in Bovenbuiren met de behuisinge daarop staande, die hij tegenwoordig geb ruikt, met het huisraad wat hij tegenwoordig heeft, de kinderen krijgen h et land van Reuwen Reuwens gekocht in Bovenbuiren gelegen, vrij van setpe nningen, met de kamp bij het loech gelegen, plus de Piekel venen met de g ehele gare, de schulden hierna te maken zijn voor de vader en nog 50 dal er met een jaar rente aan Tammo Luppes op mei af te lossen, get. Febo Aij lckes en Haijcko Gerhardi.
R.A. Winschoten 19-11-1634 (217)
Luppo en Geerdt Hermens gebroederen voor hun huisvrouwen Hemmen en Annen cav. sampt Sicko Udens en Tijbe el. en Koop Hinrichs en Martijen el. ter ener en Feijo Alers, Luppo Tonckers en Wijarth Tijarcks als pr. vm, sv en vv over Hermen Geerdes en zijn zal. huisvrouwen Aijlcken nagelaten onm ondige kinderen Aelrick, Wijpke en Sijben ter anderen, maken een accoord wegens de nalatenschap van hun zal. moeder Aijlcke, Luppo en Geerdt krijg en 9 heeren deimaten meede in de gaare gelegen, ze geven hiervoor 175 dal er terug, waarvan 75 op het land in Bovenburen en bij het smalle stuk in de gaare 100, Sicko en Koop krijgen een kamp landes aan Winschoter Rens el gelegen reeds afgegraven, met 25 daler te leggen op het land in Bovenb uhren, de curatoren wegens Alert zullen de westerheert in Bovenbuhren gen ieten, met de 100 daler eerder genoemd, de 2 andere pupillen krijgen het smalle stuk in de gaare, van 4 1/2 heeren deimat, met daarbij 100 daler, get. Garrelt Aelrix en Borrius Jans.
R.A. Winschoten 22-05-1636 (340)
Feijo Aeldricks caspelman in Blijham en Frouwtet el. verkopen aan Steven Geerdes en Wibbichien Grauwers el. 12 daler jrl. rente, onderpand een hee rd landes in Winschoter Oosterende gelegen, tegenwoordig door Sicko Udes gebruikt, af te lossen met 200 daler,
get. Menno Luppens en Bernhardus Goltswerden.
hc. Winschoten 03-04-1637 (395)
Tijarck Feijes en Schwaentije Hermens wed. Aelrick Luppes, hij brengt in 1500 daler en een bed met toebehoor, zij brengt in alles wat ze heeft, ge tuigen bruidegom Feijo Alers vader, Boelo Sijpkes, Febo Aijlckes en Lup po Tonckers,
getuigen bruid vader en moeder Hermen Eltijes en Grete el, Eltije Herme ns broeder en Tettije el, Bouwe Nantijes en Hebbell el, Luppo Meecken s, Wijarth en Tijarck Tijarcks gebroederen en Menno Luppes.
R.A. Winschoten 23-05-1638 (512)
Feijo Alers caspelman in Blijham en Frouwtet el. verkopen aan Bunnen Aijl ckens 8 daler jrl. rente, af te lossen met 133 daler 10 st, onderpand e en heert landes die Sicko Udens tegenwoordig bewoond,
get. Sicko Udens en Arnoldus Breuckerus.
R.A. Winschoten 29-11-1640 (83)
Feijo Aelers caspelman tho Blijham en Luppo Hermens cav. tesamen voor zi jn zusters en broeders, verkopen aan Jan Jurriens up Suiderveen en Iden e l. twee ackeren land in Jans en Iden gebruik gelegen, strekkende van de o lde Peckell Aa,
get. Jan Jans van Dorsten en Bernhardus Goltsweerden.
R.A. Winschoten 22-06-1641 (159)
Feijo Aeldricks carspelman in Blijham en Frowtet el. verkopen aan Bunne A ijlckes wed. Jan Jacobs 3 daeler 10 st. jrl. rente, onderpand zijn land in de Oosterende gelegen, af te lossen met 60 daler,
get. Joest Hemmens en Bernhardus Goltswerden.
R.A. Winschoten 01-05-1645 (480)
Feijo Alers caspelman tho Blijham en Frowtet el. versetten aan Febo Aijlc kens en Bijlecken el. een halve kamp landes ten oosten bij het runde lo eg Winschoete gelegen, voor drie volle jaren a dato deses,
get. Dijue Jans en Bernhardus Goltsweerden
R.A. Winschoten 28-06-1650 (14)
Aijsse Aijsens, Hillebrandt Tonnijs, Doedo, Abel en Benno Nannes gebroede ren, als gezamenlijke erfgenamen van zal. Phebo Aijlckens, verklaren ontv angen te hebben van Bijlcke Tonckens wed. Phebo Aijlckens ten overstaan v an haar broederen Luppo Tonckerts en dng. Eggo Tonckens pastor in Westerl ie, alle goederen van landerijen en anders, die zal. Phebo op zijn sterfd ag heeft nagelaten, met alle aangebrachte goederen, tot lijftocht verblij ven bij Bijlcke de aangekochte landen, gronden en aangewonnen goederen, d ie na Bijlcke versterf half en half gedeeld zullen worden, bestaande in 13 genoemde percelen, verder moet er nog 2590 daler 16 st. gedeeld worde n, get. mr. Joannes Colcom en Bernhardus Goltswerden.
PS: De percelen zijn 1e huis, schuur en plaats, 2e een kamp land aan de o ostzijde bij Winschote gelegen, volgens koopbrief van 17-05-1635, 3e tw ee ackeren land op Suiderveen, strekkende van de nije weg aan de Piekel A, 4e twee ackeren land op Suiderveen van de Piekel weg in het veen strek kende, van raadsheer Phebens gekocht, 5e anderhalf deimat land in Toncke rt Tammes gaere, volgens koopbrief van 08-02-1638, 6e vijftehalf deimat en land in de Gare, van borgemr. Menger aangekocht, 7e een kamp land in de Wippinge van Tijarck Tijarcks aangekocht op 27-10-1646, 8e een gerech te derdepart van drie deimat en 3/4, 9e de gerechte vierde part van 15 de imaten in Aijlcko Wijardts gare onverscheiden gelegen, 10e nog een derdep art van 2 deimaten en 3/4 en 62 roeden van Roeleff Broers, 11e een gekoch te zusterpart land van Haicke Eebes in Beerster nije land, 12e een kamp l and bij Winschote van Feijo Aelers, daarop 900 daler ter sette, 13e de ge rechte helft van anderhalf acker veenland en zijn aandeel van huis en pla ats, van Henrick Stevens aangekocht.
R.A. Winschoten 21-06-1654 (511)
Tijarck Boelens en Geertjen Oomkens wed. Jan Stevens, hij brengt in 14 de imaten land in Bleijham gelegen, met 4000 car. gl. en een bed met 10 lake ns en 10 kussentekens, een stal koeien en 40 loot zilverwerk, zij brengt alles in na scheiding met haar kinderen vm en voogden, beiden behouden ha ar aangebrachte goed, als de bruid voor de bruidegom overlijd, dan mag de bruidegom de provincieplaats op Suiderveen zolang behouden en gebruike n, totdat de jongste zoon van 't eerste bedde 26 jaar is, die dan de plaa ts zal mogen bewonen en gebruiken, de kinderen van het tweede bedde zull en net zo na zijn tot de provincieplaats als de kinderen van het eerste b edde, getuigen bruidegom Frouwe Boeles moeder, Aijelke en Luppo Boelens b roederen, Jurdt Oomkens zwager, Berend Roelfs oom, Feijo Aelders oom, Diu rcke Tijabbes en Harm Sebes omen, getuigen bruid Ellerus Eppinus pastoir zwager, Phopco Oomkens broeder, Edzardt Oomkes broeder, get. Jan Eppens en Haijco Aijses.
h.c. Blijham 18-11-1651 (53)
Wibbo Harmen x Wije Feijckes
bruidegom:Joannes Coenes, zwager; Berent Jans; Berent Roelfs; Jarcko Tiab bens
bruid:Feijcko Aeldricks en Froutje, vader en moeder; Frouwe Boelens; Tiar ck Feijckes; Luppo Feijckes; Lupko Feijckes; Aijcko Boelens; Luppo Bole s; Harmen Cebes; Aeldrick Feijckes; Louwert Feijckes; Here Feijckes
h.c. Blijham 12-06-1656 (70)
Aeldrick Feickens x Harmke Harmens
bruidegom:Feijcko Aelders, vader; Tiarck Feijckens, Lupke Feijckens, broe rs; Wibbo Harmens, zwager; Luppo Tonckens, vedder; Harmen Sebens, oom; Ae ilko Boelens en Luppo Boelens, vedders
bruid:Aeldrick Harmens, Focco Harmens en Occo Harmens, broers; Jan Jurjen s, vedder
opm.:bruid weduwe Hero Zijntkens
R.A. Winschoten 02-03-1658 (362)
Luppo Tonckens, Eggo Tonckens pastoir tot Wester en Hilligerlee, Ecco Jan s, Jan Harmens en Haijo Stevens, Tonckert Haijckens cav. voor zijn broed er Ebel ter ener beneffens Doede Nannes, Benno Nannes voor hem en mede a ls vm over sal. Abel Nannes kinderen, Jan Huising vv over geroerde kinder en, Aijelcke Hillebrands voor hem zelf mede cav. voor Haijco Aijses ter a nderen, maken een erfscheiding van de aangekochte landen en aangewonnen g oederen, lijftuchtswijze door sal. Bijlcke Tonckens volgens afscheidsbri ef van 28-06-1650 gebruikt, alles wordt volgens de verzegeling in twee ge lijke delen verdeeld, de erfgenamen van Phebo Aijelkens staan toe aan de erfgenamen van Bijccko Tonckens ten eerste zes deimaten land in sal. Tonc kert Tammens gaere, nog een deimat en een 1/8 deel en een 1/16 deel int n ieuwland in Beerster Hamrick gelegen, nog 3/4 deel van een acker achtert Holt, nog een gekochte zusterpart in sal. Tonckert Tammens huis en plaat s, daartegen staan de erfgenamen van Bijlcko Tonckens de erfgenamen van P hebo Aijelkens toe een acker land strekkende van de nieuwe weg tot aan de Pekel Aa, nog een acker land op Suiderveen strekkende van de Pekel w eg int veen nabuirlanden gelijk, in sal. Aijelcko Wiardts heerd op Suider veen gelegen, nog zes deimaten land in sal. Aijelcko Wiardts gaere gelege n, nog rentebrieven op Haico Ennens wed. van sal. Benno Oompkens, Hilcko Eckens, Nomno Jurjens, Aijoldt Geerdts, Jan Hermens brouwer en een sedel op sal. Abel Nannens, tesamen 1740 daelder, in de mande blijft een campe land in de Wippinge van sal. Tijarck Tijarcks aangekocht op 27-10-1646 en een camp land aan de oostkant bij Winschoten gelegen volgens coopbri ef van 17-05-1635, met een camp land bij Winschoten, van Feijo Alers, daa rop 100 daelder ter sette staan volgens verzegeling, get. meester Claes I sebrandts organist en mr. Bernh. Goltswerden.
tr. te Blijham [Gr] op dinsdag 21 jul 1643 h.c. Blijham 21-07-1643 (36v)
Elger Frerix x Aijse Feickes
bruidegom:Jacob Freericks, Jarwke Barcklage, Broer Harmanni, Bolman ter H ar, Bartolt Meninck?
bruid:Feijcke Alers, Tijarck Feijckes, Luppo Feickes, Feicke Feijs, Lup po Tonckens, Tiddo Geerts, Harmen
met
Elger Freriks, zn. van Frerik Elgers en Wolteke Addes.
B. Elzer
in
Genealogie van Godde Hilling.
Parenteel van Godde Hilling.
B. Elzer, geb. te Termunten [Gr] op woensdag 3 dec 1919.
tr. (beiden 20 jaar oud) te Termunten [Gr] op donderdag 28 mrt 1940
met
Aagtje Rozeveld, dr. van Gerhardus Rozeveld en Siemtje Hillenga, geb. te Termunten [Gr] op woensdag 3 dec 1919.
B.J. Prothmann
in
Genealogie van Godde Hilling.
Parenteel van Godde Hilling.
B.J. Prothmann.
tr. te Tentenbùll op woensdag 24 feb 1954
Baije Doddema
in
Parenteel van NN Hunigue.
Parenteel van Tyacko Tiddinga.
Baije Doddema, geb. te Muntendam [Gr] circa 1850.
- Vader:
Pieter Berends Doddema, zn. van Berent Jans Doddema en Geertje Pieters Lieperd, geb. te Veendam [Gr] op zaterdag 8 feb 1823, schoorsteenveger van donderdag 5 nov 1868 tot donderdag 5 nov 1868 , ovl. (77 jaar oud) te Muntendam [Gr] op woensdag 18 jul 1900, tr. (resp. 21 en 26 jaar oud) te Muntendam [Gr] op vrijdag 3 mei 1844.
- Moeder:
Aagtje Jans Kip, geb. te Muntendam [Gr] op donderdag 16 okt 1817.
Balthasar Ripperda Tot Oosterwijtwerd
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.
Balthasar Ripperda Tot Oosterwijtwerd, geb. in 1549, heer te Oosterwijtwerd [Gr], verkrijgt door zijn huwelijk de heerlijkheid en het waterslot Venhaus, Lingen, ovl. (ongeveer 67 jaar oud) op donderdag 29 dec 1616 op Venhaus van zijn schoonouders.
Aantekeningen bij Balthasar Ripperda Tot Oosterwijtwerd.
In 1598 heeft de jonker de kerk van Tjamsweer laten repareren. Een gedenksteen in de zijgevel met het jaartal 1138 schijnt niet juist te zijn. In de voorgevel bevindt zich de volgende gedenksteen: 'Anno 1598 heeft die edele und erentfeste juncker Balthazar Ripperda, einigste collter dieser kercke, my reparieren laten'..
Balthasar Ripperda tot Oosterwijtwerd, heeft zijn jeugd in Frankrijk en Duitschland door gebracht om daar Frans en Duits te leren. Van 1597 tot 1615 staat hij beschreven in de Munstersche Ridderschap, en wordt hij gebruikt als afgevaardigde naar Den Haag en elders.
Hij is strijdlustig en trekt met de protestantse veldheer Christian von Braunsweig op tegen de veldheer Graaf van Tilly, maar wordt verslagen waarbij Venhaus wordt bestormd en platgebrand. In 1632 wordt Venhaus weer opgebouwd maar zwaar financieel belast verkocht in 1666 aan Math. von der Recke, die het katholieke geloof weer instelt.
Een tijdlang Is hij goed bevriend met Diderich von Viermundt zu Odinck (waarschijnlijk een broer van zijn schoonzuster Anna von Viermundt), doch deze vriendschap schijnt later snel af te koelen. Hij brengt dan veel tijd door met zijn zwagers Christopher en Caspar op Welvelde en de Schelenburg. Hij bezoekt met Heinrich van Saksen, bisschop van Osnabrück, het hof van koning Frederik II van Denemarken in Kopenhagen. Hij leert d.t.s. tot zijn grote genoegen veel Deense leden van het geslacht Von Schele kennen. Het uitbundige leven en zware drinken aan het Deense hof doen hem echter geen goed, zodat hij spoedig weer naar de Schelenburg terug moet keren om bij te komen. Hij woont vervolgens enige tijd bij zijn schoonfamilie op de Valckenhof bij Coesfelt, daar Oosterwijtwerd door het oorlogsgeweld te gevaarlijk is geworden. Vanaf 1597 is hij lid van de ridderschap van Münster, die hem als afgevaardigde naar de Staten Generaal in Den Haag stuurt. Later erft hij op de heerlijkheid en het gelijknamige waterslot Venhaus van zijn schoonouders.
- Vader:
Unico III (Unico) Ripperda, zn. van Eggerik Ripperda en Aleyd van den Boxhorst Tot Boxbergen, geb. te Wesepe [Ov] in 1503, heer te Boxbergen [Ov], heer te Holwierde [Gr], heer te Uitwierde [Gr], heer te Oosterwijtwerd [Gr], heer te Dijkhuizen [Dr], door zijn huwelijk verwerft hij 'Weldam', Goor [Ov], door zijn huwelijk verwerft hij Boculo en Olidam, lid van de Ridderschap van 1537 tot 1566, drost te Salland [Ned] van 1553 tot 1566, ovl. (ongeveer 63 jaar oud) te Wesepe [Ov] op zondag 10 jul 1566, begr. te Wesepe [Ov], tr. (1) buitenechtelijke relatie met Eve Droppes van Goor, dr. van Nn Nn en Nn van Reede. Uit deze relatie 2 zonen, tr. (resp. ongeveer 28 en ongeveer 16 jaar oud) (2) te Delden [Ov] in 1531.
| |
- Moeder:
Judith (Jutta) van Twickelo, dr. van Johann III van Twickelo en Jutta Sticke van Diepenheim, geb. te Delden, Overijsel (Goor) in 1515, eigenaressse van 'Twickelo',, erfvrouwe, erfvrouwe, erfvrouwe te Boekelo [Ov], ovl. (ongeveer 39 jaar oud) op dinsdag 23 nov 1554 op kasteel Boxbergen.
| |
kerk.huw. (resp. ongeveer 37 en ongeveer 21 jaar oud) in 1586 op Venhaus
met
Sophia van Valcke, dr. van Herman Valcke en Johanna van Schele Zu Schelenburg, geb. in 1565,
Erfvrouwe,
Venhaus ist ein Ortsteil der Gemeinde Spelle im Süden des Landkreises Emsland in Niedersachsen. Angrenzend an das Bundesland Nordrhein-Westfalen im Süden, erstreckt sich Venhaus über eine Fläche von etwa 10 km². Venhaus wird von der Speller Aa durchflossen. Im Westen durchläuft die Bundesstraße 70 in Richtung Norden die Gemeinde. Quer zur Bundesstraße verläuft der Dortmund-Ems-Kanal mit seinem Hafen und der Schleuse Venhaus. Im Nordosten grenzt der Ort an die Gemeinde Spelle. Bis zur Gebietsreform von 1971 war Venhaus eine selbständige Gemeinde.
Venhaus (alt: Venehus = Haus im Moor) kann auf mehr als 830 Jahre Dorfgeschichte zurückblicken, wobei der Ort an sich wohl älter ist als es die ersten Urkunden (1177 als „Hof Venehus“) verbürgen. Lange Zeit im Besitz des Klosters St. Mauritz (als domus Hemelrici geführt) in Münster (Westfalen) wurde der Hof nach im fünfzehnten Jahrhundert von den neuen Besitzern, der Familie von Langen, zu einer Burg mit umgebender Gräftenanlage (Wasserburg) ausgebaut.
Im Laufe des Dreißigjährigen Krieges wurde die Burg Venhaus zweimal (1623 von Truppen Tillys, 1648 von der schwedischen Armee) zerstört und kurze Zeit später von den neuen Besitzern, die Freiherren von Ripperda, wieder aufgebaut. Nachdem das Anwesen ein weiteres Mal den Besitzer wechselte, wurde im Jahr 1674 zum ersten Mal eine Kapelle auf der Burg gebaut, welche dem Zweck diente, verfolgten Katholiken eine sichere Gebetsmöglichkeit zu bieten. Bis zum 19. Jahrhundert verfiel die Burg Venhaus immer mehr, was dazu führte, dass alle Gebäude bis auf die heutige Kirche und die Sakristei abgerissen wurden.
Ovl. (Hoogstens 70 jaar oud) voor 1635.
Uit dit huwelijk 11 kinderen:
Balthasar van Ewsum
in
Parenteel van Ewe Ewesma.
Balthasar van Ewsum, ovl. voor 1625 Hij is in ieder geval overleden tussen 1619 en 1625.
Aantekeningen bij Balthasar van Ewsum.
Het is niet zeker of de volgende tekst op hem van toepassing is:.
EWSUM (Caspar van), zoon van Wigbolt (2), overl. 1639, gehuwd (in 1600) met Anna v.d. Does, dochter van Leidens verdediger (op hen het bekende Epithalamium van Scaliger, in diens Poemata (1615) 3). Hij heeft het tot verschillende militaire ambten gebracht; hij veroverde Delfzijl (1591), was bevelhebber van Koevorden en weerstond Verdugo's bedreigingen en beloften (1592), was drost van Drente en gouverneur van het in 1600 gebouwde kasteel vóor de Oosterpoort te Groningen: het retranchement der St. Generaal. Hij was zoo gelukkig verschillende bezittingen o.a. Nienoord, dat in 1606 bij keerskoop was verkocht, terug te koopen, terwijl hij Roden en Ewsum, dat dank zij zijns vaders berooiden staat in 1601 bij keerskoop verkocht was, door erfenis terugkreeg. (Bron: Wilhelm v. E, DBNL).
- Vader:
Wigbolt II van Ewsum, zn. van Wigbold I (van Ewsum van Middelstum en Nienoord) en Beetke Aeylkema van Rasquert (Aylkema to Rasquert), geb. te Leek, Nienoord in 1521, hij erft de borg Nienoord, Verslag van 1555 tot 1584 Nienoord is in het bezit van Wigbold II, ovl. (ongeveer 63 jaar oud) te Oterdum [Gr]1 hij sterft aan de verwondingen die hij oploopt bij de Slag van Oterdum op dinsdag 31 jan 15841, tr. (resp. ongeveer 33 en ongeveer 26 jaar oud) op zaterdag 11 sep 1554.
| |
tr.
met
Anna Tamminga (of Anna van der Does?).
Balthazar George Joseph van Asbeck
in
Parenteel van Ewe Ewesma.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van Rypert Ripperda.
Balthazar George Joseph van Asbeck, geb. in 1817.
- Moeder:
Everharda Johanna Maria van Ewsum2, dr. van Wilhelmus Antoni van Ewsum en Anna Maria Elisabeth Ripperda, ged. 2 te Bedum [Gr]2 op vrijdag 20 jul 17082, ovl. (ongeveer 85 jaar oud) te Warfhuizen [Gr] op vrijdag 4 jul 1794.
tr.
met
Aantekeningen bij Maria Walburgia Electra van Ewsum Van Liauckema.
Liauckema State.
Een eeuwenoude afbeelding van de state
De huidige woning ca 1990
Een tekening uit 1741 gemaakt door P.I. Portier
Deze state is gelegen in Sexbierum (Liauckemalaan 2), gemeente Franekeradeel. De state wordt al in de 14e eeuw genoemd. Volgens deel 3, band 2 van in "Merkwaardige Kasteelen in Nederland", door Jacob van Lennep en W.J. Hofdijk uit 1855, zijn de oudst bekende Liauckama's de twee neven Sicco en Eelco. Zij worden in 1097 genoemd als ze onder begeleiding van Godfried van Bouillon naar 'Het Heilige Land' gaan, om de Mohammedanen te verjagen. Eelco is daar gesneuveld en Sicco raakt gewond, maar herstelt en wordt tot ridder geslagen door Godfried.
De volgende Liauckama die we kennen is de bekende abt Eelco Liauckama die op de stins wordt geboren en in 1332 vermoord. De State is eeuwenlang in het bezit van een der oudste en voornaamste Friese geslachten, de inmiddels uitgestorven Liauckema's. De lange reeks van eigenaren begint in 1398. In dat jaar wordt de stins of state bewoond door Schelte Liauckama en zijn vrouw Ebil Hibbema. Als Schelte in 1420 sterft komt de stins in bezit van diens zoon, die ook Schelte (II) heet. Bijna 60 jaar blijft de stins in zijn bezit. Op 13 april 1479 sterft hij en het huis komt in bezit van diens zoon Schelte (III). Zijn vrouw Tieth tho Nijehuis die afkomstig is van Nijehuis State te Wijnaldum behoudt echter het vruchtgebruik. Schelte II heeft een testament opgesteld waarin staat, dat als zijn oudste zoon Schelte kinderloos zal sterven, dat dan het huis naar zijn tweede zoon Sicke zal gaan en bij diens kinderloos sterven naar zijn derde zoon Epo.
Schelte III trouwt met Luts Harinxma en krijgt in elk geval één zoon, die hij Sicke noemt. In 1498 wordt Liauckama Stins door een bende Vetkopers in brand gestoken, maar al gauw weer bewoonbaar gemaakt en mogelijk ook wat uitgebreid, want drie jaar later woont hij weer op de state. Hij is een zeer gewaardeerde adviseur en helper van de Hertog van Saksen, die hij mee heeft binnen gehaald om een eind te maken aan de steeds heviger en bloediger strijd tussen Schieringers en Vetkopers. Schelte (III) sterft omstreeks 1503 en zijn zoon Sicke wordt de nieuwe eigenaar. Zijn oom Epo wordt echter als voogd benoemd, omdat hij nog minderjarig is. Epo Liauckama neemt dan echter de state gewoon in zijn bezit en gaat er wonen. Tot 1535 woont hij op de state, maar sterft kinderloos en vermaakt het huis aan zijn achterneef Schelte, een zoon van Sicke, die zelf al in 1527 overleden is. Een prent van Pieter Idzerts Portier uit 1741 (hij is waarschijnlijk een zoon van een van de poortwachters van Franeker) geeft het slot weer zoals het er ongeveer in de 16e en 17e eeuw uitgezien zal hebben. Schelte van Liauckama krijgt de state van zijn oudoom in eigendom op voorwaarde dat hij met Anna van Herema zal trouwen.
Dat doet hij dan ook, maar Anna overlijdt al in 1537 of 1538 in het kraambed. Sicke trouwt daarna met Sjouck van Martena, maar ook die sterft in het kraambed in 1547. Zijn derde vrouw is Jel van Dekema. Sicke kiest in de 80-jarige oorlog de zijde van de koning van Spanje en blijft die ook trouw. Vanwege die 'foute' keus moet hij in 1574 uit Friesland vluchten en gaat in de buurt van Oldenzaal wonen, waar hij in 1579 overlijdt. Zijn weduwe gaat na zijn dood terug naar Liauckama State, waar zij op 28 november 1583 sterft. Gelijktijdig met haar moeder woont waarschijnlijk ook Sjouck van Liauckama na het overlijden van haar vader in 1579 op Liauckema State. Zij is inmiddels weduwe van Homme van Camstra en woont er tot haar dood in 1599. Zij wordt opgevolgd door haar zoon Tjallingh van Camstra. Tegen deze erfenis komt oom Jarich van Liauckama in het geweer. Met het testament van overgrootvader Schelte (II) in de hand wordt door deze jongere broer van Sjouck een proces aangespannen, dat bijna 20 jaar duurt. Jarich wordt in het gelijk gesteld door het Hof van Friesland en de weduwe van Tjallingh en hun zoon moeten het veld ruimen.
Plattegrond van de state getekend door Baas Schaaf in 1820
Van 1618 tot 1642 is Jarich van Liauckama eigenaar van de state. Vaak is hij er waarschijnlijk niet geweest, want hij is eerst kolonel in Spaanse dienst, later gemeensman in Groningen en daarna kommandant van Zutphen. Als hij op 84-jarige leeftijd op 24 augustus 1642 overlijdt, sterft met hem de familie Liauckame in mannelijke lijn uit. Uit zijn huwelijk met Sjouck van Cammingha bleven slechts twee dochters in leven: Jel (Juliana) en Tryn (Catharina). De oudste erft de state en woont 8 jaar in het huis. Zij trouwt met Eraert van Pipenpoy heer van Merchten en zij hebben slechts één dochter: Sophia Anna. Sophia Anna van Pipenpoy, vrijvrouwe van Merchten, vander Poort enz. woont vanaf 1650 samen met haar eerste echtgenoot Wytze van Cammingha in de state. Als Wytze 2 jaar later sterft trouwt ze met Johan Albrecht graaf Schellard van Obbendorp. Dit huwelijk loopt uit op een scheiding door zijn wangedrag. Sophia Anna overlijdt kinderloos op Liauckama State op 20 november 1670.
.
Zij laat de state na aan haar neef, zoon van haar tante Catharina, Alexander Josephus van der Laen en Merchten. De state blijft tot 1787 in deze familie. De laatste telg uit deze familie is Maria Christina baronesse van der Laen van Liauckama. Door haar huwelijk met Ernst (Ernestus) van Ewsum, komt het huis in deze familie. Maria Christina is al vanaf 1724 eigenaresse van de state, maar verblijft op 24 augustus 1787 op de borg Lulema of Luilema te Warfhuizen bij haar dochter Maria Walburgia Electa van Ewsum, als ze plotseling overlijdt. Deze dochter erft Liauckama State. waarschijnlijk door haar huwelijk met Balthazar George Joost van Asbeck, woont Maria Walburgia Electa op borg Lulema, na de dood van haar moeder echter op Liauckema State tot haar dood in 1800. Omdat ze kinderloos sterft, vererft het huis op haar neef jhr. Ernestus Jodocus Rudolphus van Grotenhuis van Onstein, een zoon van haar zus Anna Maria Wilhelmina Elisabeth van Ewsum, die getrouwd is met Rudolphus Johannes Anthonius van Grotenhuis van Onstein. Deze jonkheer is heer van Veenhuis, Sterkenburg en Rouwenberg. In 1795 is hij op Huize Onstein getrouwd met Henriëtte Arnoldina Lucia Maria van Harinxma thoe Heeg.
Ondanks zijn lange naam en titel en zijn vele bezittingen zit Ernestus voortdurend in geldnood. Om aanzienlijk op de onderhoudskosten van zijn onroerend goed te besparen laat hij in 1824 Liauckama State afbreken. Alleen het poortgebouw blijft bewaard. Dat geeft financieel enige tijd wat lucht, maar toch ziet hij zich in 1842 genoodzaakt ook de overgebleven boerderij met de landerijen te verkopen. De boerderij wordt gekocht door Jacob Wiebes Hanekuyk, een steenrijke notaris uit Harlingen, die rond 1860 de bouwvallige boerderij laat afbreken en er een nieuwe boerderij voor in de plaats zet. Dat gebeurt iets verder van de slotgracht af dan de plek waar de oude boerderij heeft gestaan. Op die manier kan het nieuwe woonhuis naast het oude, waarvan hij in de zomermaanden gebruik maakt, gebouwd worden. Ruim een eeuw blijft de boerderij in handen van de familie Hanekuyk. In 1947 wordt de boerderij gekocht door Rients Bruinsma, wiens vader en grootvader al sinds omstreeks 1845 pachters zijn van deze boerderij. Voor hij het bedrijf aan zijn zoon overdraagt en gaat rentenieren, laat Rients Bruinsma het huis bouwen dat op het vroegere stateterrein staat.
•.
De fundamenten van de state zitten nog steeds in de grond en ook de kelders zijn nooit weggehaald, maar met puin en aarde volgestort. De put in de voortuin van het huis zou volgens overlevering opgemetseld zijn op de oude put van de state. In 1979 wordt de boerderij gekocht door een mevrouw Rietveld uit Woerden. De landerijen zijn al eerder verkocht aan drie neven (oomzeggers) van Rients Bruinsma die boerderijen in de nabije omgeving hebben. Mevrouw Rietveld heeft nooit op de nogal bouwvallige boerderij gewoond. Zij verkoopt het gebouw in 1986 aan Gosse Bloem uit Woerden, die de boerderij door de jaren heen gerestaureerd heeft en er een restaurant, pension en zalencentrum in heeft opgezet. Het poortgebouw op de voorgrond is thans nog aanwezig. Het onderste gedeelte van de poort is opgebouwd uit secundaire kloostermoppen. In 1604 is de poort verhoogd met kleine gele steen. De beide topgevels en de zijgevels zijn voorzien van gibbegaten (gibben zijn halfwilde duiven). Het gehele terrein met singel en gracht is nog aanwezig. Robidé van der Aa, die de state nog vóór de sloop meermalen heeft bezocht, schrijft daarvan in 'Oud-Nederland': 'Hoezeer kennelijk van middeleeuwse architectuur, hadden de latere bijbouwingen aan hetzelve een onregelmatig voorkomen gegeven, zijnde het huis aan de zuidzijde uitgebreider dan aan de noordzijde. Wanneer men de brug overging, die de voorburg aan het eigenlijke huis verbond, en de voordeur intrad, trok het inderdaad vorstelijke aanzien terstond de opmerkzaamheid, door de menigte wapenborden, die in dezelve waren opgehangen, terwijl de vele vertrekken, die deze burg bevatte, verder de bezigtiging overwaardig waren, als merendeels met oude schilderijen behangen, van welk de merkwaardigste echter zich in de groote zaal en een daaraan belend vertrek bevonden, als in tien taferelen de z.g. Pipenpoysche bruiloft voorstellende. De duistere en zeer ruime slotkelders, alsmede het in een der vertrekken zigtbare 'Burgverlies', getuigen nog van de magt en het aanzien der vroegere bezitters, die in de geschiedenis van Friesland eene niet onbelangrijke rol vervuld hebben.'.
Tekening van Baas Schaaf uit 1824
Bewoners lijst:.
ca 1097 Sicco Liauckama en Eelco Liauckama (neven van elkaar).
1332 abt Eelco Liauckama.
1398 - 1420 Schelte Liauckama en zijn vrouw Ebil Hibbema (of Hobbema).
1420 - 1479 Schelte Liauckama (II) 'de oude'.
1479 - 1503 Schelte (III) Liauckama.
1503 - 1535 Epo van Liauckama.
1535 - 1574 Schelte van Liauckama.
1579 - 1599 Sjouck van Liauckama, getrouwd met Homme van Camstra.
1599 - 1618 Tjallingh van Camstra.
1618 - 1642 Jarich van Liauckama.
1642 - 1650 Jel (Juliana) van Liauckama, getrouwd met Eraert van Pipenpoy heer van Merchten.
1650 - 1670 Sophia Anna van Pipenpoy, vrijvrouwe van Merchten, van der Poort enz.
1670 - 1702 Alexander Josephus van der Laen en Merchten.
1702 - 1724 Alexander Josephus van der Laen en Merchten.
1724 - 1787 Maria Christina baronesse van der Laen van Liauckama, getrouwd met Ernst van Ewsum.
1787 - 1800 Maria Walburgia Electa van Ewsum (sterft kinderloos).
1800 - 1842 Jhr. Ernestus Jodocus Rudolphus van Grotenhuis van Onstein.
De huidige woning ca 1990
De State wordt in 1824 afgebroken.
1842 - 1947 familie Hanekuyk.
1947 - 1979 Rients Bruinsma.
1979 mevrouw Rietveld uit Woerden.
1986 Gosse Bloem uit Woerden.
Barbara Entens
Barbara Entens.
tr. none
met
Egbert Entens, Ritmeester in het leger.
Uit deze relatie een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Lamme | | | †1670 | | | 1 | 0 |
Barbara Nn
Barbara Nn.
tr. (Syben Garelts ongeveer 22 jaar oud) circa 1595
met
Syben Garelts Ubbena, zn. van Garrelt Sibens Ubbena en Hebe Ubbena, geb. circa 1573.
Barbara Hindriks Smid
Barbara Hindriks Smid, geb. te Midwolda [Gr] op zaterdag 21 apr 1787, ged. te Midwolda [Gr] op zondag 29 apr 1787, ovl. (1 jaar oud) te Midwolda [Gr] op woensdag 23 jul 1788.
- Vader:
Hindrik Jurjens, geb. te Midwolda [Gr], ovl. te Midwolda [Gr] in aug 1803, begr. te Nudwikda op maandag 15 aug 1803, tr. (Antje Jans 29 jaar oud) te Scheemda [Gr] op zondag 8 okt 1786.
- Moeder:
Antje Jans Smit, dr. van Jan Jans Smit en Barber Hindriks, geb. te Westerlee, Gem. Scheemda in dec 1756, ovl. (77 jaar oud) te Midwolda [Gr] op vrijdag 7 nov 1834.
Barbara Hindriks Smid
Barbara Hindriks Smid, geb. te Midwolda [Gr] op woensdag 23 jul 1788, ged. te Midwolda [Gr] op zondag 3 aug 1788, ovl. (60 jaar oud) te Midwolda [Gr] op donderdag 14 sep 1848.
- Vader:
Hindrik Jurjens, geb. te Midwolda [Gr], ovl. te Midwolda [Gr] in aug 1803, begr. te Nudwikda op maandag 15 aug 1803, tr. (Antje Jans 29 jaar oud) te Scheemda [Gr] op zondag 8 okt 1786.
- Moeder:
Antje Jans Smit, dr. van Jan Jans Smit en Barber Hindriks, geb. te Westerlee, Gem. Scheemda in dec 1756, ovl. (77 jaar oud) te Midwolda [Gr] op vrijdag 7 nov 1834.
Barbara Nicoletta Six
Barbara Nicoletta Six, geb. te 's-Gravenhage [Zh] op maandag 7 feb 1729, ovl. (hoogstens 73 jaar oud) voor zondag 28 feb 1802, begr. te Amsterdam [Nh] op zondag 28 feb 1802.
- Vader:
Mr. Willem Six, zn. van Mr. Willem Six en Dorothea van Assendelft, geb. te Haarlem [Nh] op vrijdag 18 jul 1692, ovl. (50 jaar oud) te Haarlem [Nh] op donderdag 14 feb 1743, tr. (resp. 31 en 20 jaar oud) te Amsterdam [Nh] op dinsdag 26 okt 1723.
- Moeder:
Helena Wilhelmina Fabricius, dr. van Mr. Albert Fabricius en Henriëtte Christina de Witt, geb. te Amsterdam [Nh] op zondag 24 jun 1703, ovl. (39 jaar oud) in feb 1743.
Barbara van Warmelo Tot Westervelde
in
Genealogie van Johan Rengers.
Parenteel van Johan Rengers.
Barbara van Warmelo Tot Westervelde.
relatie
met
Johan van Weleveld Tot De Klencke En Westerveld.
Uit deze relatie een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Zeino Joachim | | | †1681 | Woltersum, Gem. ten Boer | | 1 | 3 |
Barber Hindriks
Barber Hindriks, geb. te Eexta, Gem. Scheemda.
tr. none
met
Jan Jans Smit, ovl. voor 1729.
Uit deze relatie 3 dochters:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Antje Jans | *1756 | Westerlee, Gem. Scheemda | †1834 | Midwolda [Gr] | 77 | 1 | 5 |
2 | Geessijn | | Westerlee, Gem. Scheemda | | | | 1 | 0 |
3 | Jantje | | | | | | 0 | 0 |
Barberdina Dirks
Barberdina Dirks.
tr. none
met
Jurjen van der Laan.
Uit deze relatie een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Annechien | *1882 | Reiderwolderpolder, Gem. Finsterwolde | | | | 1 | 1 |
Bareld Harms Swiers
Bareld Harms Swiers, geb. te Bellingwolde [Gr] circa 1781, Dagloner, Overlijdens aangifte op woensdag 1 mei 18392, ovl. (ongeveer 58 jaar oud) te Bellingwolde [Gr] op maandag 29 apr 1839 Bron Burgerlijke stand - Overlijden. Archieflocatie Groninger Archieve n. Algemeen Gemeente: Bellingwolde
Soort akte: overlijden. Aktenummer: 30. Aangiftedatum: 01-05-1839. Overle dene Bareld Harms Swiers. Geslacht: M. Overlijdensdatum: 29-04-1839. Leef tijd: 58. Overlijdensplaats: Bellingwolde. Vader Harm Barelds Swiers. Moe der Gepke Baalmans. Partner Harmke Hiskes Hulsing. Relatie: echtgenoot. N adere informatie geboortepl: Bellingwolde; beroep overl.: dagloner; bero ep vader: dagloner1.
relatie
met
Harmke Hiskes Hulsing, dr. van Hiske Geerts Hulsing en Hindriktje (ook: Hindertijn) Elses, ged. te Vlagtwedde [Gr] op vrijdag 8 mrt 1776.
Frederik Gideon van den des H.R.R. Boetzelaer
in
Genealogie van NN Hunigue.
Parenteel van Abel Tamminga.
Parenteel van Ewe Ewesma.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van Johan Rengers.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van NN Hunigue.
Parenteel van Sico Tjaerda van Starkenborgh.
Parenteel van Tyacko Tiddinga.
Frederik Gideon Baron van den des H.R.R. Boetzelaer, geb. te Utrecht [Ut] voor maandag 17 mei 1666, ged. te Utrecht [Ut] op maandag 17 mei 1666, baron des H.R.R. heer te Langerak [Ge], ovl. (minstens 43 jaar oud) in 1710 (of 1711).
Aantekeningen bij Frederik Gideon Baron van den des H.R.R. Boetzelaer.
Hij wordt na de dood van zijn vaders op10 sept. 1675 met de hoge heerlijkheid Langerak en op 24 Sept. 1675 met de ambachtsheerlijkheid van hem beleend. Op 26 oct. 1707 verliest hij de eerstgenoemde; daarna wordd Helena Velters, weduwe van Anthony de Huybert, wonende te 's Gravenhage met de hoge heerlijkheid en de ridderhofstad Langerak verblijd, volgens brieven van decreet van het hof van Utrecht, ten laste van de boedel van F.G. v.d. B. Deze blijft alleen de ambachtsheerlijkheid behouden. Hij wordt herhaaldelijk in het Journaal van Huygens vermeld, waar van zijn uiterst ongebonden levenswijze uitgebreid wordt geschreven.
Hij huwt (ondertr. te 's Gravenhage 24 Nov. 1686) met Anna Maria van Huninga (of Hunninga) van Oostwold, weduwe van Hendrik Canzius, wonende te Dordrecht, dochter van Eilco en van Sibranda Stachouwer.
Behalve een dochter Maria Sidonia, waarvan geen bijzonderheden worden meegedeeld, spruit uit dit huwelijk Frederik Hendrik, die volgt.
(Bron: Zie: Geneal. Herald. Bladen IX, 217; Mdbl. de Nederl. Leeuw IV, 12, XXXII, 336; Hora Siccama, Aant. op het Register, 93; DBNL).
- Vader:
Frederik van den Boetzelaer, zn. van Jacques Nompar Hertog de Caumont en Aloysia de Clermont-Gallerande, heer te Langerak [Ge], kolonel van het Cavalerie-regiment Langerak te Langerak [Ge], ovl. in 1674 sneuvelt in de slag van Senef, tr. (2) met Nn Nn. Uit dit huwelijk geen kinderen, relatie (1).
tr. (resp. minstens 20 en 28 jaar oud) te Dordrecht [Zh] op dinsdag 10 dec 1686
met
Anna Maria Van Huninga Oostwold, dr. van Aylcko Huninga van Oostwold en Sibranda Stachouwer, geb. te Groningen [Gr] op dinsdag 22 okt 1658, ged. op zondag 22 dec 1658, ovl. (46 jaar oud) te ´s-Gravenhage op donderdag 27 aug 1705, relatie (1) met Hendrik Cantzius. Uit deze relatie geen kinderen.
Uit dit huwelijk een zoon:
')}