Genealogie van NazatenDeVries en anderen
Tyacko Eppens
Tyacko Eppens.


een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Hemme     


Tyade Tiddinga
in
Genealogie van NN Hunigue.
Parenteel van NN Hunigue.
Parenteel van Tyacko Tiddinga.

Tyade (Tia) Doedens Tiddinga, geb. te Beerta [Gr] circa 1609, ovl. (minstens 73 jaar oud) te Beerta [Gr] na vrijdag 15 mei 16821.


Aantekeningen bij Tyade (Tia) Doedens Tiddinga.
Tyade Tiddinga brengt de Tiddingaborg van Beerta, de latere Huningaborg ten huwelijk mee.
Vee 6, 4 april 1678: 'zijn gecompareerd en persoonliek gecomen, de E.E. vrouw Tia Tiddingha weduwe Huningha geadsisteert van de Hooch Edel Geboorn Jr.Dodo Allardt Huningha, Jr.Philips Daniel Finck en sijn Huisvrouw Ettien Huningha voor sich selven, en mede in qlit, als vremde vooghdt over de Heer Capitein Heckmans kinderen, Jr. Bonno Huningha en vrouw Sijpke Fockens anders Huningha sijn E.E, Huisvrouw, Joannes v. Lunen der beijden Rechten Docter in qlit, als vooghdt over de naegelaten kinderen van wijlen de manhaften en Wel-Edelen Capitein Bernhardt Heckman bij Juffrouw Bouwina Huningha geprocreert en naegelaten, zijnde nevens Jr. Finck hiertoe specialick geauthoriseert, Jr. Eppo Huningha, zijnde tegenwoordich oudt circum circa negen en twintich jaren, mede geadsiseert van den Hooch Edel Gebooren Jr. Dodo Allardt Huningha, bekennende en belijdende, dat is aengaende hare onderlinge quastie over de deilinge en wisselinge van hare Landerijen, alsmede Coop van het sterfhuis, Schuir en Duivenhuis mitsgaders plantagien in de Beerta en minnelijck en lieflijck accoordt hadden ingegaen, gedediget ende beslooten, en sulx in manieren nabeschreven etc.'.

  • Vader:
    Doedo (Luerts) Luwerts Augustinus Tiddinga (Van Midwolde), zn. van Luwert Doedes Tiddinga en N2 Tonckerts, geb. te Beerta, op Tiddinga circa 1550 elders wordt 1540 te Midwolda genoemd, alsmede ca 1530 te Muntendam, landbouwer te Muntendam [Gr], volmacht van het 'Karspel Beerta' op maandag 25 jun 1607, kerkvoogd te Beerta [Gr] van 1608 tot 1623, heer op de Tiddingaborg te Beerta [Gr] van 1608 tot 1623, ovl. (ongeveer 73 jaar oud) te Beerta [Gr] op donderdag 31 aug 16233, begr. te Beerta [Gr] in de hervormde kerk 2, tr. (2) met Ilben Fockens, dr. van Focko Memmens en Bauwe Nn. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (resp. minstens 52 en minstens 36 jaar oud) (1) na feb 1602.
 

otr. te Beerta [Gr] in 1625, tr. (resp. ongeveer 16 en ongeveer 20 jaar oud) te Beerta [Gr] circa 1625
met

Sebo Eppens Huninga van Oostwold, zn. van Eppo Aylckens Huninga van Oostwold en Etke (Etta, Ettien) Johans Engelkens, geb. te Oostwold, Gem. Midwolda in 16055, landbouwer te Beerta, woont Huningaheerd, Beerta [Gr] van 1630 tot 1667, ovl. (ongeveer 56 jaar oud) te Beerta [Gr] op vrijdag 15 apr 1661 (Sebo wordt begraven in de Hervormde Kerk van Beerta. De letterlijke tekst op zijn graf (BWO p.309):
"Anno 1661 den 15 aprillis is de Weledelgeboren en Gestrenge Joncker Sebo Huninga van Oostwolt out 56 jaeren in den Heeren Christelyck ontslaepen."
Het vertelt ons verder:
Ick heb op deser aard gestreeden
in ongemack en moeilickheeden
Ick heb geyvert voor 't gemeen
nu rust ick onder desen steen)1, begr. te Beerta, in de Kerk Aldaar op vrijdag 15 apr 16616.


Aantekeningen bij Sebo Eppens Huninga van Oostwold.
Sebo Eppens Huninga, boer Waalkens van de 17e eeuw..
Sebo is jonker en van 14 oktober 1630 tot 27 febr.1658 is hij kerkvoogd in Beerta. He is Groot Volmacht van het Oldambt en heer van de Tiddingaborg (later Huningaborg) in Beerta.
In 1651 koopt Sebo samen met luitenant Hero Idema een boerderij in Beesterhoogeen (BBB 41) van Tiako Ubbens.
In 1660 bezit Sebo 12 1/2 deimt land en een boerderij aan de Ekamperweg 5 in Finsterwolde (BWO 65). In 1706 wordt een zekere Anna, wed. van Jan Autiens genoemd als eigenares. Jan Autiens, wedman van Finsterwolde, ged. te Midwolda op 09-10-1653, is een zoon van Autie Ebens en Elske Reijnders (BBO nr. 38), geh. te Beerta op 01-04-1677, h.c. 14-03-1677 met Anna Jans van Beerta, dochter van Jan Luitkens en Haicke. Het land ligt in de uitstrek naar het zuiden van BBB 129.
Sebo zou ook een borg in Meerland bezitten. Deze borg is omgeven door een systeem van grachten. Dit bezit wordt door verschillende genealogen aangegeven, maar wordt nergens bewezen.

In 1623 wordt Sebo de bezitter van de 'Tiddingaborg' (later Huningaborg) te Beerta door de enige legitieme dochter van Doedo Tiddinga te trouwen. Hij woont daar tussen 1630 en 1667 (BBB 21). De borg is in 1857 verwoest en veranderd in een boerderij (Huningaheerd, Hoofdstraat 153 te Beerta).
Ze wonen omstreeks 1630 op de boerderij "Huningaheerd" te Oostwold, die dan nog een burcht is. Vóór die tijd is het in bezit van de Tiddinga's. Door zijn huwelijk met Tyade Doedes Tiddinga wordt hij ook bezitter van de Tiddingaborg te Beerta. Hij is daar kerkvoogd van 11 apr. 1630 tot 27 febr. 1658, waarin hij het laatst in het protocol voorkomt. Op 11 juni 1658 gelast hij de predikant te Beerta een nieuwe kerkvoogd te doen aanstellen.
Met zijn vrouw verkoopt hij een stukje land te Beerta op 19 mrt 1632 en op 28 mrt 1635, verhuurt hij land te Midwolderhamrik (geërfd van wijlen hopman Haeicko Tammens en Ike (grootouders van zijn vrouw) volgens scheidi ng tussen erfgenamen van Tammo Hayens) op 8 mei 1642, koopt land te Oostwold 16 juni 1648, verkoopt een deel in land (gekocht 26 mrt 1650) op 10 sept. 1651, verkoopt 5 deimten 12 juni 1657 en een huisplaats 24 jan. 1658 .
Hij wordt tot volmacht benoemd met Wirtio Matthiae te Eexta en Doedo Edzes te Noordbroek, als op 10 aug. 1639 een verbond gesloten wordt door de bevolking van het Oldambt tegen de aanmatiging van de Stad. Hij is in een strijd verwikkeld geweest met de stad Groningen door de zijde van de Oldambsters te kiezen tegen het graven van de Koediep. Hij komt sterk in verzet tegen de Stad Groningen, krijgt van de Ommelander Landdag te Appingedam volmacht en brengt de zaak in 1640 voor stadhouder Frederik Hendrik; de eind uitspraak valt gunstig uit voor de Stad (Groninger Encyclopedie blz.328).

In de Groninger Volksalmanak van 1901, wordt geschreven:.
"In de geschillen tusschen het Oldambt en de Stad Groningen in 1639, hebben de Oldambsters zich onder Sebo Huninga, het hoofd der alliantie, met een request gewend tot de Staten Generaal, en ervoer hij daarbij, dat het toenmalige gezegde: "Soo Emandt muchte reysen nae den Haghe om te klage, hij soude verliesen sijne krage", geen ijdele bedreiging bleek te zijn. Hij is heer op Tiddingaborg te Beerta. Deze wordt midden in den nacht door gewapende benden van den stadsdrost omsingeld. De poorten en deuren worden opengebroken en alles doorzocht, doch de bewoner wordt niet gevonden. Het doel is hem op te lichten en gevankelijk naar Groningen te brengen. Bij verstek ter dood veroordeeld, moet hijeenige tijd als balling rond zwerven, totdat eerst de Heeren der Ommelanden en vervolgens de Algemeene Staten hem 'in hunne hooge bescherming' nemen..
"In De Geschiedenis van Oost-Groningen van B.W.Blaauw lezen we op blz.98 :"Bij besluit van 22 nov. 1639 wordt Sebo door de Stad beboet met 100 mark en veroordeeld tot het verlies van de twee voorste vingers en tot onthoofding.">/i>.
Sebo Huninga Vee 6: 4 april 1678:.
zijn gecompareerd en persoonliek gecomen, de E.E. vrouw Tia Tiddingha weduwe Huningha geadsisteert van de Hooch Edel Geboorn Jr.Dodo Allardt Huningha, Jr.Philips Daniel Finck en sijn Huisvrouw Ettien Huningha voor sich selven, en mede in qlit, als vremde vooghdt over de Heer Capitein Heckmans kinderen, Jr. Bonno Huningha en vrouw Sijpke Fockens anders Huningha sijn E.E, Huisvrouw, Joannes v. Lunen der bei jden Rechten Docter in qlit, als vooghdt over de naegelaten kinderen van wijlen de manhaften en Wel-Edelen Capitein Bernhardt Heckman bij Juffrouw Bouwina Huningha geprocreert en naegelaten, zijnde nevens Jr. Finck hiertoe specialick geauthoriseert, Jr. Eppo Huningha, zijnde tegenwoordich oudt circum circa negen en twintich jaren, mede geadsiseert van den Hooch Edel Gebooren Jr. Dodo Allardt Huningha, bekennende en belijdende, dat is aengaende hare onderlinge quastie over de deilinge en wisselinge van hare Landerijen, alsmede Coop van het sterfhuis, Schuir en Duivenhuis mitsgaders plantagien in de Beerta en minnelijck en lieflijck accoordt hadden ingegaen, gedediget ende beslooten, en sulx in manieren nabeschreven Etc." is begraven in de kerk van Beerta. Op zijn graf staat (vertaald) te lezen:.
"Ik heb op dezer aard gestreden.
in ongemak en moeilijkheden.
Ik heb geijverd voor 't gemeen,.
Nu rust ik onder dezen steen".

SEBO HUNENGOA.
Omstreekst 2006 komen wij het volgende gedicht tegen, geschreven door een zekere D.S.H..
Doar ree n ridder biederhaand.
Al deur het Woldoldambsterlaand.
In vol gelop dreef e zien peerd,.
Op zied haar e zien blaanke sweerd.
Elk dei hom zag dei keek hom noa,.
De ridder Sebo Hunengoa.
In 't olle loug bie Lesterhoes.
Doar ruip e: is de smid in hoes ?.
Besloag de houven van mien peerd,.
Moar leg de iezers net verkeerd.
Van dei van grunnen, van de stad,.
Dei wazzen op het oorlogspad.
In 't vrij Oldambt, en zöchten noa.
De ridder Sebo Hunengoa.
De smid, dei sluig dou Sebo's peerd.
De iezers onder - net verkeerd.
Dou ree de ridder biederhaand.
Al deur het Woldoldambsterlaand.
In vol gelop dreef e zien peerd,.
Op zied haar e zien blaanke sweerd.
Elk dei hom zag dei keek hom noa,.
De ridder Sebo Hunengoa.
Dou stadjers kwammen op zien spoor,.
Dei zok in 't wiede veld verloor.
Dou ruipen ze: "Hom noa,Hom noa:.
De ridder Sebo Hunenhoa".
En juigen deur 't Oldambsterlaand.
Moar net noar de verkeerde kaant.

D.S.H..
Sebo Hunengoa, dei ridder biederhaand, leefde van 1603-1661. Hai was aigeoar van de Tiddingabörg in Oostwold, moar doar luit e 't nait bei. Hai kwam in verzet tegen de stad Grunnen (dei ook dou al de boas speulen wol) en kreeg doarbei steun van de Ommelander Landdag in Appingedam. In 1640 brocht hai de zoak veur Stadholder Frederik Hendrik, moar de oetsproak vuil gunsteg oet veur de stad. Dat staait aalmoal te lezen in de Grunner Encyclopedie van K. ter Laan. En ook dat Sebo Hunengoa in 1639 oet de pervinsie verbannen wuir, noadat de stadjeders vergees perbaaierd haren om de ridder gevangen te nemen (zoals in 't gedicht te lezen staait). In 1640 stuurden de Stoaten-Generoal afgevoardegden, dei de stad bevestigden in 't bestuur over 't Oldambt. De praktiek was nait zo makkelk, want in 16 43 stelde 't Oldambt n aigen regeren in. Der wuiren 300 gewoapende mann en in dainst nomen en de drost en siktoares wuiren votjagd. In 1648 gelas tten de Soaten-Generoal, dat 't Oldambt de ambtenoaren van de stad erkennen mos.
- In 1639 waren er geschillentussen het Oldambt en de stad Groningen. De Oldambsters onder leiding van Sebo als hoofd van de alliantie had zich me teen request tot de Staten Generaal gewend. Dit nam de stad niet. De Tidd ingaborg werd midden in de nacht door gewapendebendes van de stadsdrost omsingeld. De poorten en deuren werden opengebroken maar Sebo werd niet gevonden. Bij verstek ter dood veroordeeld, moest Sebo enige tijd als balling rondzwerven, totdat de heren van de Ommelanden en later de Algemene Staten hem in hoge bescherming namen. Hij is in 1661 overleden te Beerta. De grafsteen in de NederlandsHervormde Kerk te Beerta vermeldt aan weerszijden 4 wapens.
Bronnen: Ommelander Geslachten, het Geslacht Jacob Sijbolts, nr.VII-240, blz.8 18 (CBG Den Haag); Groninger Encyclopedie blz.328; Nederlandse Leeuw 19 63 jrg.80 blz.83 e.v.; Nederlandse Leeuw 1980, jrg.97 vanaf blz.243. GVA 1901.

Aantekeningen bij Jonker Sebo Eppens Huninga van Oostwold en Tyade (Tia) Doedens Tiddinga


Overdrachten, verkopen, leningen en meer..
Beerta: Fol.304 - 9 mei 1635: Wesselus Dorgelo, pastoor, Sebo Huninga van Oostwold en Tiddo Reents, kerkvoogden in de Beerta, verklaren dat Evert Jans, te Norden in Oost-Friesland voor Rene, zijn vrouw, verkoopt aan WiltoIpes, principaal voormond en Swiko Eppes, vreemde voogd over Lenert Jans= ouderloze kinderen derde half voot landes liggende in Lenert Jan s' land, ten oosten Wirtjo Matthias, ten westen Poppo Aelerts en Aißo Pop kes. Prijs: 10 daler Getuigen: Jurgen Vijth en Peter van Lingen.
Beerta: Fol.325 - 6 april 1660: - copie - Jacob Jans van Cleve, impetrant, tegen Egbert Swijkens, volmacht van Beerta, en Sebo Huninga gedaagde tot condemnatie voor 50 daeler vermooge obligatie. De gedagde absolutie van impt. eijsch versoekende sustineerende dat dewijle de obligatie en respectieve assignatie waer spruitende uijt seeker donatie, so de heer graf Winkel om lutenant Meijer sulde hebben gedaen, ende deselve donatie nader hant bij rechter invalijd en crachteloos was verklaert.
Beerta: Fol.328 - 13 februari 1636: - copie - Voor B. en R. zijn verschenen Johan Huninga, onze mede-burgemeester, voor zich zelf, Johan d' Mepsche, onze stadsrentmeester, Johan Coenders, drost te Wedde, voor zich zelf, Sebo Huninga, voor zich zelf, en met last van Aijlko Huninga, ambtman in het Oldambt, Tiddo Huninga, kapitein, zijn broer, als ook volmachten van het kerspel Beerta. Asswerus Croon en Hindricus Addens, richter tot Bellingwolde, beide voor zichzelf en volmachten van Beerta en Ulsda, en Wi jnegaham van Bellingwolde, en Heuwingaham van Blijham en van Winschoten, maken een akkoord:
1- Dat om de Beerta, Bleihamster en Bellingwoltster uijterdijcken, een dijck sal worden gelecht, beginnende van Doele Richts huis schuichwaerts, na de slijck ende voorts op groene lant, oover de Beerster, Ulsder ende Bellegewolster uijterdijcken tot an Haijo Fockens huis inde Ham ofte daer omtrent, hoog ende dick na vereijes ende tot ordere den gecommitteerden. etc. etc.
5- Sullen voor onlanden worden geholden in Winschoten alle het weidelant in het Paelke, St.Vitus holt, de hooge Kleij, tot an kampen der Apeler lant, ende de noortsijt van Hero Haijkes lant booven de wech, ende de gee ne tusschen Haico Jans ende Grete Bronts snijders swette is booven de we ch in Bleiham al het geene is ten suiden van Harmen Hindrix ende in Belli ngawolde de leechlanden booven de beute.
6- Ende voor slechte landen geholden worden Boovenbuiren van Boele Roele fs suidwester swette tot an de wech bij langes het diep twe deimt teegens een, ende op suiderveen van Haico Jans snijder swette tot an Grete Brons voors. snijder swette beneden de wech ende in Bleiham van Harmen Hindr icks snijder sloot tot Feiko Snijders sloot so verre het groen ofte wei de lant is, drie deimt teegens een, ook alle hetgeene in de Beerte is boo ven de Beersterwech tot ant veen an Finsterwolder wech voor boulant word en gereekent. etc. etc. burgemeesters van Groningen: Johan Huninga, Hindr ick Schonenborch, Peter Eijsinge, Gosen Schaffer (13-2-1636).
Beerta: Fol.332 - geen datum - copie: - Wiert Tiarx, Tiarck Tiarx en Hero Haikes, volmachten van Winschoten, Oomke Aijses en Boele Sijpkes, volmachten van Blijham, imptr. en Sebo Huninga, Haico Louwerts, Swijko Eppe ns volmachten van Beerta er wordt een compromis gesloten dd. 9 augustus jongest waarbij geregeld wordt hoe de verschillende kerspels hun water kunnen afvoeren na de nieuwe indijking.
Beerta: Fol.821 - 26 maart 1638: - Het begin van de akte ontbreekt, maar staat vermeld op Fol.822 onderaan: Er vindt een verwisseling plaats tussen Sebo Huninga en Tjaetjen (ehel.) en Tjacko Tjarcx en Trine. Sebo verwisselt aan Tjacko 5 akker westerd in de Beerta, ten oosten Abell Wijpkes, ten westen Grete Meints. Tjacko Tjarcx en Trine (ehel.) verwisselen aan Sebo Huninga en Tjaetjen (ehel.) 5 akker ook westerd in de Beerta, ten oosten Liawe Luwerts, ten westen Ubbo Tjackens. Getuigen: Haico Grer ix en Reemt Willems.
Beerta: Fol.21 - 22 juli 1639: - Jan Eltiens en Tette (ehel.), in Woldendorperhamrik, dragen over aan Eppo Haeijens en Geertjen (ehel.) de brief van de e.e. Aeilke Huninga van Oostwold, Ambtman in het Klei-Oldambt d d. 3 mei 1638. Getuigen: Jurjen Vijt en Edsert Henrijcx.
Beerta: Fol.121 - 17 april 1641: - Henrijck Wallens voor Baewe, zijn vrouw, Tiddo Jans, voor Wijpke Hittiens, zijn vrouw, en Frerijck Frans als erfgenaam van zijn overleden vader Frans Remkens en moeder Anneke Frans, ook namens zijn beide zusters, verkopen aan jonker Sebo Huninga van Oostwold en Tiaetjen (ehel.) een stuk land in het lege Veen, ten oosten Sebo Huninga, ten westen Wildrick Herens als gebruiker. Strekkende van het Oostwolder meer, in het veen. Getuigen: Willem Henrijcx en Willem Jans.
Beerta: Fol.145 - 28 augustus 1641: - Jan Ottens en Elske (ehel.), te Finsterwolde, verkopen aan Sebo Huninga van Oostwold en Tiaetjen (ehel.) 42 akker liggende in het Lege Veen in Finsterwolde bi de twee ackeren die Jan ende Elske tevooren vercoft hebben aan welgemelde Huninga. Prijs: 95 car.gld. per akker. Getuigen: Willem Jans en Jurjen Vijt.
Beerta: Fol.206 - 5 mei 1642: - Sebo Huninga, voor Tiaetjen Tamminga, zijn vrouw, leent van Cornelis Frerix, pr. vmd, Frans Tiackens, te Finsterwo lde, en Hebel Jans voogden over Ebbo Eppens ouderloze kinderen 450 daler à 5%. Getuigen: Udo Bontkens en Enno Autiens
Beerta: Fol.212 - 8 mei 1642: - Sebo Huninga en Tiaetjen Tiddinga (ehel .) verkopen aan Henrijck Rotmers en Anna (ehel.) en aan Harko Henrijcx en Grete (ehel.) een stuk land in Midwolderhamrik, zoals Tiaetjen heeft geërfd van wijlen hopman Haeiko Tammens en Ike (ehel.) van de uutstreck van de kleine heerdt aenvangende van het gemeine diep in Midwolderhammerick ten noorden, voor Vss Henrijck Rotmers ten oosten, Ouwo Rinnolds in de mande in dit selve stuck ende Upko Haeikens ten suiden geswettet, streckende op nae Midwolda aen de olde verlaten Somerdijck door de Dollart, volgens scheidebrief van de arffgenamen van Tammo Haeijens. Prijs: n.v. Getuigen: Lubbert Janßen en Jaije Sijbels.
Beerta: Fol.286 - 1 mei 1643: - Joncker Huninga en Tiaetjen Tiddinga (eh. el.) lenen van Frouwke Hebens, weduwe van Hebo Frerijcx, 1000 daler à 5 %. Getuigen: Willem Jans en Jurjen Vijt.
Beerta: Fol.287 - 1 mei 1643 - Joncker Huninga en Tiaetjen Tiddinga (eh. el.) zijn schuldig aan de jongedochter Hemme Baeuwkens 1000 rijksdaler à 5%, afkomstig van de aankoop van 1/3 deel van 9 akker land in de Beerta, zoals Huninga en vrouw hebben gekocht van Hemme Baeuwkens, te Noordbroek 5 februari 1642. Getuigen: Jurjen Vijdt en Willem Jans.
Beerta: Fol.354 - 11 maart 1644: - Joncker Sebo Huninga van Oostwold, a ls last hebbende van zijn broer, de ook e.e. kapitein Tiddo Huninga, verkoopt aan Renske Memmens in Midwolda seecker aendeel van meentelandt liggende in Midwolda in voorß Renske Memmes heerdt, so groot ende klein als het vallen kan op de heerdt, dien Sijpke Ellens bewoont. Prijs: n.v. Getui gen: Reemt Willems en Gerriet Luitjens.
Beerta: Fol.554 - 22 mei 1646: - Jonker Hemmo Huninga van Oostwoldt, voor de e.e. vrouw Justina Gaikinga, verkopen aan jonker Sebo Huninga van Oostwoldt en e.e.vrouw Tiaetjen Tiddinga (ehel.) 52 deimt 56 roeden rouwve en oostwaarts in de Beerta in de heerd zoals Evert Ipens meierwijze heeft gebruikt, ten noorden Jan Abels, ten oosten Poppo Aelders, ten zuiden Swiko Edsens, ten westen de scheiding tussen Beerta en Finsterwolde. Prijs: 813 car. gld. Getuigen: Simeon Wijchgel en Theunis Willems.
Beerta: Fol.671 - 11 oktober 1647: - Jonker Sebo Huninga van Oostwoldt, voor Tiaetjen Tiddinga, zijn vrouw, draagt over aan Pieter van Lingen en Remen Waldrijcx (ehel.) een verzegelde brief dd. 22 mei 1646 betreffende 42 deimt 56 roeden rauw veen voor 810 car.gld. en 12 st. Het wordt nu verkocht voor 963 car.gld. 12 st. Getuigen: Willem Jans en Joannes à Bredero de
Beerta: Fol.674 - 19 oktober 1647: - Marten Sibrands en Dancke (ehel.) v ersetten aan jonker Sebo Huninga en vrouw Tiaetjen Tiddinga (ehel.) alle mobilia als Marten en Dancke binnen ende buiten haer huis hebben ende ha er toebehoren voor 50 daler à 6% Getuigen: Willem Jans en Joannes à Brede rode.
Beerta: Fol.110 - 13 november 1649: - Jonker Sebo Huninga van Oostwoldt en Tjaetjen Tiddinga (ehel.) verkopen aan Berendt Jans, te Blijham, en Nantje (ehel.) 3 akkers land te Blijham, zoals Berendt meierwijze heeft geb ruikt, strekkende van de Pekel Ae tot in 't veen. Getuigen: Reemt Willems en Haeiko Tiddens.
Beerta: Fol.302 - 16 juni 1652: - Jonker Sebo Huninga van Oostwoldt laat zich in als borg voor Justina Gaikinga, weduwe Huninga, t.o.v. Udo Bon tkens en Wendel (ehel.) m.b.t. de landen, welke Jonker Hemmo Huninga hen heeft verkocht.
Beerta: Fol.393 - 18 november 1654: - Jr. Sebo Huninga en vrou Tia Tiddi nga (ehel.) verkopen aan jr. Doedo Huninga 15 koijen, twaalff-moerpeerden, alle mobilia soo in het binnenhuis als in het achterhuis is reppelijck voor d' somma van twee dusent carol. gl. Getuigen: 18 november 1654.
Beerta: Fol.598 - 12 juni 1657: - Jr. Sebo Huninga en vrou Tjaetjen (ehel.) verkopen aan Ocko Harckens en Geesken (ehel.) en Harman Edes en Gri et (ehel.) 5 deimt land in Sijben Baukes gebruik op d' uiterdijck volge ns keerskoopbrief, ten noorden Haicko Tiddens, ten oosten de pastorie, t en zuiden Ulsda, ten westen Berent Berents. Getuigen: Willem Jans en Jann es Brederode.
Beerta: Fol.645 - 24 januari 1658: - Jr. Sebo Huninga van Oostwoldt en vrou Tjaetjen Tiddinga, anders Huninga, (ehel.) verkopen aan Wolbrich Evers en Marrichjen (ehel.) een huisplaats en tuin zoals door Wolbrich Evers wordt bewoond, ten noorden die gemeine wech, ten oosten de laan, ten zuiden jr. Huninga zelf, ten westen Jan Meertens. Prijs: 200 car.gld. Getuigen: Focco Hoving en Jan Harmans.
Beerta: Fol.777 - 24 april 1660: - Arent Dercks en Eelije Pieters (ehel.) verpachten aan Goert Pieters en IJtjen (ehel.) sijn huis oft diens haer arven die gherechte vierde part soo zal. Tonnisjen Freericks gewesene huisv. van Pieter Olijslager heeft naegelaeten ende aen opgemelte comparanten verarvet. Gelegen in een venne van 8 ackeren in onsse Beerssterhamrick, waer aen Sebo Huninga ten oosten, ten zuiden die Aa, ten westen Goert Pieters voors. ende die gemeine Hoijwechten noorden. Tijd: 9 jaar. Pr ijs: 115 daler. Getuigen: Albert Arents en Matthias Tobiae.
Beerta: Fol.880 - 3 december 1661 - Harman Roelfs en Wendel (ehel.) ver pachten en versetten aan Menno Coehorn van Houwerda 3 deimt land en 20 roeden in Beersterhamrik in de heerd welke Juicke Geerts meierwijze van luitenant Menno Coehorn gebruikt, ten noorden Harman Roelefs, ten oosten en zuiden Menno Coehorn van Houwerda, ten westen de erfgenamen van wijlen Sebo Huninga. Tijd: 9 jaar. Prijs: 60 car.gld. Getuigen: Jan Wijllems en Juicke Geerts.
Beerta: Fol.887 - 23 december 1661: - Vrouw Tija Tiddinga, weduwe van jr. Sebo Huninga als moeder en als leg.tutrix voor haar beide jongste kind eren, geassisteerd met haar oudste zonen jr. Doedo en Bonno Huninga ter ener zijde en jr. Phijliphs Daniel Finck, als zwager, met vrouw juffer Ettjen Huninga (ehel.) ter andere zijde. Maken erfwisseling van landen. Jr.Phijl. Daniel Finck en Ettjen Huninga (ehel.) krijgen een heerd land ca. 92 akker groot, is 28 deimt kleiland, westerd in de Beerta, ten noorden Wormolt Hijndricks en enige kleinere eigenaren, ten oosten Haijo Sijbrants, ten zuiden en westen hopman Heero Idema. Bovendien krijgen ze eigendom lijk vrijland 5 akker in Beerster nijland, is 25 deimt kleiland, met het veen groot 11 deimt, ten noorden strekkende van de Heereweg tot aan de Heerensloot aen pastorijen landt, ten oosten Hindrick Berents, ten westen S wijko Edzes. Jr. Finck dient de schulden te betalen. Hiertegen dragen jr. Finck en Ettjen Huninga het land in Midwolderhamrik over, zoals Tammo Nannens en Albert Menckes tot nu meierwijze hebben gebruikt. Tammo Nannens mag zijn huurjaren uitzitten. Dd. S.Peter zal het Midwolderhamrikkerland weer in de totale erfenis komen. Het huis van Tammo Nannens op Midtwolderhamrijcker Gaere zal geschat worden. Getuigen: Adam Geerts en Eppo Harmans.
Beerta: Fol.403 - 15 mei 1668: - Vrou Tija Tiddinga, weduwe Huninga, geassisteerd met haar zwager en zoon de jonkers Phijlips Daniel Dinck en Bonno Huninga, verset aan Luij Pieters haar heerd land in Beersterhamrik, genoemd Hamsterhoff, mit een scaere op de Ham. Zij ontvangt op de betreffende heerd van Luij 4000 car.gld. Tijd: 6 jaar. Bovendien moet door Luijja arlijks 50 car.gld. huur worden betaald. De behuizing, die op de heerd staat behoort Luij Pieters. Getuigen: Eltio Swijckes en Jan Wijnolts.
Beerta: Fol.528 - 21 juli 1670: - vrou Tija Tiddinga, weduwe Huninga leent van Eggo Hommens en Ettjen Phoebens (ehel.) 400 car.gld. à 5%. Borgen: jr. Bonno Huninga en vrou Sijpke Fockens (ehel.) en de edele manhafte Bernhardt Heckman, lieutenant, Getuigen: mr. Jan Wijllems en mr. Pieter Mattheus.
Beerta: Fol.633 - 4 augustus 1673: - Tija Tiddingha, weduwe Huninga, leent van Luitjen Willems en Gretien (ehel.) 235 daler, rente 17 daler. Getuigen: schoolmeester Peter Matthias en Menso Wiltes.

Uit dit huwelijk 5 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Doede (Dodo)*1627 Beerta [Gr] †1655 Beerta [Gr] 28
Jonker Bonno Sebens*1630 Beerta [Gr] †1696 Beerta [Gr] 66
Etta (Ettien, Eltjen, Etje) Sebes*1630 Beerta [Gr] †1688  58
Bouwina Sebens  †1678   
Eppo Sebens*1649  †1699  50



Bronnen:
1.Http://people.A2000.Nl/hselling/strating/kwartier.Htm, S674
2.Westerwolde; 22:46, 2001, S697
3.De Nederlandse Leeuw (O.D.J.Roemeling); 97:11 1980, S696
4.The Boekholt and Saveijne Genealogy, S703
5.Http://people.A2000.Nl/hselling/strating/kwartier.Htm; Boerderijenboek Be erta, S698
6.Http://www.De-Wit.Net/genovs/DE JONGE.Html, S678


Tyader van Reide
Tyader van Reide.

tr. (Omme ongeveer 50 jaar oud) circa 1400
met

Omme Onneken, geb. te Langwarden, Butjadingen, Ost-Friesland, Dld. circa 1350, ovl. (ongeveer 55 jaar oud) te Schaar An der Made, Later Sibetsburg, Ost-Friesla op zaterdag 24 aug 1405, relatie (1) met Ramnot van der Oldenborch. Uit deze relatie een zoon.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Onne     


Tyaewe Tammens
Tyaewe Tammens, geb. te Noordbroek [Gr] circa 1550, ovl. (ongeveer 62 jaar oud) op zondag 16 sep 1612.

tr. (hoogstens 26 jaar oud) te Noordbroek [Gr] voor 1576
met

Frederick Sybelkens.


Tyake von Aylingeweer
Tyake (Tyaka) von Aylingeweer1, geb. te Stapelmoor (Dld) [Deu]1 in 15001,1, ovl. (ongeveer 44 jaar oud) te Emden (Dld)1 op dinsdag 10 okt 15441,1, begr. te Bunde [Li]1.


Aantekeningen bij Tyake von Aylingeweer.
Zij komt voor als "Erbin zu Stapelmoor, Hatzum und Wischenborg". Ze is mede-eigenaresse van het Bunder (Bunderheester) steenhuis en wordt begraven in de kerk van Bunde. Verder is zij erfgerechtigd te Stapelmoor, Hatzum en Wischenborg.

relatie (1)
met

Erd (Eerd) Wylfzena Ost Tho der Soltborg1, zn. van Wyleff Nn en NN Nn, geb. te Bingum1 circa 14001,1, landbezitter en ´burman´ in Bingum, Holtgaste, Bentumer Hammrich en Soldborg, ovl. (minstens 49 jaar oud) te Bingum na 14491,1, relatie (1) met Ocka Ewen. Uit deze relatie 6 kinderen.

 



Aantekeningen bij Erd (Eerd) Wylfzena Ost Tho der Soltborg.
Landbesitzer und 'Burman' in Bingum, Holtgaste, Bentumer Hammrich en Soltborg. Hij wordt genoemd van 1436 tot 1449. Onder andere ondertekent hij een oorkonde van 01-09-1436, waarin de verkoop van het 'GutTyarda hamryk' door het klooster te Termunten aan het Johannieter-klooster te Jemgum geregeld wordt. In een overeenkomst van 23-07-1437 regelt het Johannieter-klooster te Jemgum de betaling van pacht aan de gebroeders 'Melyff en Focko' voor 'Syuwerynga'. Ook hieronder staat de handtekening van Erd Wylfs Ost tho der Soltborch. In 10-02-1449 ondertekent hij een oorkonde, waarin onenigheden tussen de pastoor van Bingum en het klooster van Termunten beslecht worden.
De Soltborg is 'ein von altersher adligfreier, rossdienstpflichtiger Herd' geweest. Het heeft noordwestelijk van Bingum in Oost Friesland gelegen. 'Deze Erd, die veel stukken van het klooster mede-ondertekent, wordt soms Erd Wielfs Ost genoemd, dan weer Erd Wyleffs of Erd Wylfzena. Hij wordt 'burman' genoemd, maar heeft meer weg van een man met gezag. Hij is ook de schrijfkunst machtig en dat is lang niet iedereen omstreeks 1400. Hij is eigenaar van landerijen in Bingum, Holtgaste, Bentumer Hammrich en Soltborg'.
Occa wordt vermoedelijk na de dood van haar man non in het klooster van Jemgum.

Op deze kaart is de ligging van de Soltborg, Jemgum, Bingum en andere plaatsen in Oost-Friesland duidelijk aangegeven.
De Soltborg (ook Soldborch) wordt ook wel 'de borg in Collinghorst' genoemd en 'de Bungersborg' en 'de Bessumborg' zoals de borg in Holte wordt genoemd. In Ostrhauderfeyn daarentegen wordt de borg 'Christiansborg' genoemd naar de zzon van de 'Amtmann von Glan'. Verder komen ook namen voor als 'Spriekenborg, Dorenborg en Hilkenborg. Hermann Freede heeft geprobeerd de borg te tekenen.

Hermann Freede heeft geprobeerd de borg in Collinghorst, die o.a. ook wel Bungersborg wordt genoemd te tekenen (Bron: MichaelTillHeinze.de).

Uit deze relatie een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Ocka*1525 Emden (Dld) †1562  37

tr. (resp. ongeveer 28 en ongeveer 32 jaar oud) (2) in 1528
met

Hayko Sybens Crumminga1, zn. van Sybo Hayken en Enneke Crumminga, geb. te Weener (Dld)1 circa 14961,1, ged. 1, ovl. (ongeveer 34 jaar oud) te Emden (Dld)1 circa 15301,1.


Aantekeningen bij Hayko Sybens Crumminga.
Hij wordt in 1528 genoemd bij het kopen van een huis. Verder komt hij voor als "Meister" en arts in Emden, waar hij als zodanig wordt genoemd tussen 1605 en 1610 en tussen 1618 en 1622 in de "Prozessakten des Reichskammergerichts Speyer".

Uit dit huwelijk 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Etta Haykes*1523 Emden (Dld) †1616 Weener (Dld) 93
Sybert Hayen*1528 Emden (Dld) †1586  58
Enneke*1530  †1580 Bunderhee [Deu] 50

tr. (3)
met

Heyno Syboltz..

Uit dit huwelijk 2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Egge*1532 Emden (Dld)    
Johann*1535 Emden (Dld)    



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Tyake ter Haseborg
Tyake Mennes ter Haseborg, geb. te Weener (Dld) circa 1560, ovl. (ongeveer 77 jaar oud) te Weener (Dld) in 1637.

  • Vader:
    Menne Wiardes ter Haseborg1, zn. van Wiard Siwkes (Wiwkes) en Anna Mennes Teden, geb. te Leer (Dld)1 in 15241,1, RK, 1, hoofdman, grondbezitter, "Kommandant zu Stickhausen" bij graaf Johann van 1590 tot 1590, ovl. (ongeveer 79 jaar oud) te Weener (Dld)1 op vrijdag 10 okt 16031 (dec 1603)1, begr. te Weener (Dld)1,1, tr. (resp. hoogstens 33 en hoogstens 34 jaar oud) voor 1557.
 

relatie
met

Haye Nn.

Uit deze relatie 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Teden     
Hayke     



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Tyapcko Poppens
Tyapcko Poppens.


Tyarck Heres
Tyarck Heres, geb. circa 1669.



Bronnen:
1.Harm Selling, 07-07-2000., S516


Tyarck Feyes
Tyarck Feyes, geb. circa 1615.

tr. (resp. ongeveer 22 en ongeveer 27 jaar oud) te Winschoten [Gr] op vrijdag 3 apr 1637 hc. Winschoten 03-04-1637 (395)
Tijarck Feijes en Schwaentije Hermens wed. Aelrick Luppes, hij brengt in 1500 daler en een bed met toebehoor, zij brengt in alles wat ze heeft, ge tuigen bruidegom Feijo Alers vader, Boelo Sijpkes, Febo Aijlckes en Lup po Tonckers, getuigen bruid vader en moeder Hermen Eltijes en Grete el, Eltije Hermens broeder en Tettije el, Bouwe Nantijes en Hebbell el, Lup po Meeckens, Wijarth en Tijarck Tijarcks gebroederen en Menno Luppes.
h.c. Blijham 12-06-1656 (70)
Aeldrick Feickens x Harmke Harmens
bruidegom:Feijcko Aelders, vader; Tiarck Feijckens, Lupke Feijckens, broe rs; Wibbo Harmens, zwager; Luppo Tonckens, vedder; Harmen Sebens, oom; Ae ilko Boelens en Luppo Boelens, vedders
bruid:Aeldrick Harmens, Focco Harmens en Occo Harmens, broers; Jan Jurjen s, vedder
opm.:bruid weduwe Hero Zijntkens
met

Swaentje Harmens, geb. te Winschoten [Gr] circa 1610, ovl. (minstens 46 jaar oud) na maandag 17 apr 1656.


Bronnen:
1.Website Ten Have - Klaas Jansen; Oortman Kwartierstaat, S518
2.Huwelijkscontract., S521


Tyarck Brunts
Tyarck Brunts.


2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Brundt     
Jacob     


Tyarck Doedens
in
Parenteel van Tyacko Tiddinga.

Tyarck Doedens, ovl. na zaterdag 16 dec 1595.

relatie
met

Eppe Luwerts Bunninga, dr. van Luwert Sebens Bunninga en Tjabbe Nn, geb. circa 1564, ovl. (ongeveer 66 jaar oud) op donderdag 19 sep 1630, tr. (1) met Luppo Sierts. Uit dit huwelijk 2 dochters.

Uit deze relatie 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Sebo*1587  †1620  33
Haycke*1593  †1632  39


Tyarck Mellens
Tyarck Mellens.

tr. (Theeda hoogstens 21 jaar oud) voor 1594
met

Theeda Aelrichs, dr. van Aeldrick Wyarts (Wyarths, Wijerts) en Bawe Nn, geb. te Winschoten [Gr] in 1573, ovl. (minstens 47 jaar oud) na zaterdag 24 okt 1620, tr. (2) met Luppo Meeckens. Uit dit huwelijk 4 zonen.

Uit dit huwelijk 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Haycke*1595  †1643  48
Tyarck Oosteinde, Winschoten †1647   
Wyardt*1595  †1643  48


Tyarck Tyarcks
Tyarck Tyarcks, geb. te Oosteinde, Winschoten, kerkvoogd in Winschoten, ovl. op zondag 8 dec 1647.

tr. (Meyske ongeveer 39 jaar oud) te Meeden [Gr] circa dinsdag 19 mrt 1619
met

Meyske Edzens, dr. van Edzo Doedens en Frouwcke Aijssens, geb. in 1580, ovl. (ongeveer 72 jaar oud) in 1652, tr. (1) met Eppo Elties. Uit dit huwelijk 7 kinderen.


Tyarp von Hatzum
Tyarp von Hatzum, ovl. na 1583.

relatie
met

Egbertie Sybens, dr. van Sieben Egberts Ubbena en Dule Mannena.


Tyawe Tyaerdes
Tyawe Tyaerdes.

tr. (Haijo ongeveer 16 jaar oud) te Winschoten [Gr] op maandag 7 jan 1613 Op 17 jan. 1612-13 is er een huwelijksovereenkomst overeen gekomen in Win schoten
met

Haijo Tonckerts, zn. van Tonkert Tammens en Aijlcke Ockens, geb. te Winschoten [Gr] circa 1597, functie van 1620 tot 1620 en van 1621 tot 1621, ovl. (hoogstens 36 jaar oud) voor donderdag 5 mei 1633 In ieder geval overleden tussen 5 mei 1622 en 1633, tr. (2) met Wapke Jansen Komt ook voor als Johans. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (3) met Ettijen Jurjens. Uit dit huwelijk geen kinderen.


Tyeske Nn
in
Parenteel van Tyacko Tiddinga.

Tyeske Nn.

tr. (Baucko Hilbrnants hoogstens 32 jaar oud) voor vrijdag 23 mei 1614
met

Baucko Hilbrnants Bauckens, zn. van Hillebrant Bauckens en Hemme Luwerts Bunninga, geb. te Hoorn [Gr.] in 1582, ovl. (minstens 55 jaar oud) na woensdag 22 apr 1637.

Uit dit huwelijk 7 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Hillebrant  †1655   
NN  †1642   
Alke  †1646   
Hemmechien  †1646   
Tyabbetien     
Weyert     
Louwert Wedde [Gr] †1658 Hoorn  


Tyeske Bauckens
in
Parenteel van Tyacko Tiddinga.

Tyeske Bauckens, geb. te Hoorn [Gr.] circa 1645, ovl. (hoogstens 29 jaar oud) voor 1674.

tr. (ongeveer 20 jaar oud) (1) te Nieuwwolda op donderdag 15 jan 1665
met

Geet Allerdts.

tr. (resp. ongeveer 22 en 27 jaar oud) (2) te Nieuwolda [Gr] op donderdag 8 dec 1667
met

Luppo Philippus Fockens Hoysum, zn. van Edzo Fockens en Tyabbechien Luppens, geb. te Warffum [Gr] op maandag 23 jan 1640, ovl. (minstens 42 jaar oud) te Warffum [Gr] na vrijdag 13 mrt 1682, tr. (2) met Elske Hayckens. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Tyabbetien*1669 Nieuwolda [Gr] †1675 Midwolda [Gr] 6


Tymen de Zuere
in
Genealogie van Lubbert Lewe.
Parenteel van Lubbert Lewe.

Tymen de Zuere.

tr. (Wigbold ongeveer 64 jaar oud) (1) in 1529
met

Wigbold Lewe, zn. van Gerrit Lewe en Aleid Schaffer, geb. te Ulrum [Gr] in 1465, Hoofdman te Groningen [Gr] tussen 1461 en 1465, burgemeester te Groningen [Gr] in 1465, ovl. (ongeveer 72 jaar oud) circa 1537, relatie (1) met Wobbe (Wopke) ten Grave. Uit deze relatie een zoon.

tr. (Wobbe (Wopke) ongeveer 54 jaar oud) (2) in 1529
met

Wobbe (Wopke) ten Grave, dr. van Joost ten Grave en Elteke Schluchting, geb. te Groningen [Gr] circa 1475, relatie (1) met Wigbold Lewe. Uit deze relatie een zoon.


IJsebranda Tjeska Hoeksema
in
Genealogie van Lubbert Lewe.
Genealogie van Reint Alberda.
Parenteel van Abel Tamminga.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van Johan Rengers.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van Reint Alberda.
Parenteel van Rypert Ripperda.
Parenteel van Tyacko Tiddinga.

IJsebranda Tjeska Hoeksema, geb. te Groningen [Gr] aan de Noorderhaven, ged. te Groningen [Gr] in de Nieuwe Kerk op zondag 27 jan 1799, ovl. (ongeveer 84 jaar oud) te Groningen [Gr] op vrijdag 9 feb 1883.

tr. (resp. ongeveer 18 en ongeveer 33 jaar oud) te Groningen [Gr] op zaterdag 20 dec 1817
met

Johan Hendrik Quintus, zn. van Justus Datho Quintus en Catharina Johanna Alberda van Ekenstein, geb. te Groningen [Gr] aan de Heerestraat, ged. te Groningen [Gr] in de Martinikerk op woensdag 17 nov 1784, ontvanger van de belastingen, ovl. (ongeveer 86 jaar oud) te Groningen [Gr] op maandag 1 mei 1871.


Tyteke van Starkenborgh
in
Genealogie van Sico Tjaerda van Starkenborgh.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van NN Hunigue.
Parenteel van Sico Tjaerda van Starkenborgh.

Tyteke van Starkenborgh.

  • Vader:
    Barthold Tjaerda van Starkenborgh, zn. van Botte Tjaerda van Starkenborgh en Ave Clant Clant, geb. in 1495, ovl. (hoogstens 71 jaar oud) te Groningen [Gr] voor 1566, tr.
 

')}