Genealogie van NazatenDeVries en anderen

Kirta
 
Kirta 1,2, geb. circa 1530 BC1,2,1,2,1,2, koning circa 1530 BC, ovl. (minstens 70 jaar oud) na 1460 BC2,2.



Aantekeningen bij Kirta .
Mitanni.
Mitanni of Mittani (in Assyrische bronnen Hanilgalbat, Khanigalbat) was een Hurritisch koninkrijk in noord Syrië vanaf ca. 1500 v.Chr..
*.
De Hurrieten zijn al bekend sinds de Agade periode in Mesopotamië, wat afgeleid wordt uit Hurritische namen die noch Akkadisch noch Sumerisch zijn. Tegelijk met de opkomst van de Amorieten oefenden zij een grote invloed uit op het noorden van Mesopotamië. Een van de Hurritische koninkrijken was Mitanni.
*.
De naam Mitanni werd gebruikt als een geografische aanduiding voor het gebied tussen de Khabur en Eufraat rivier in neo-Assyrische tijden.
*.
Hethietische kronieken zinspelen op meerdere Hurrietische landen dan enkel Mitanni, en op verdragen met hen.
*.
Geografie.
Mitanni in noord Mesopotamië reikte van Nuzi (huidig Kirkoek) en de Tigris rivier in het oosten, tot Aleppo en midden Syrië (Nuhashshe) in het westen. In het centrum lag de Khabur riviervallei, met twee hoofdsteden: Taite en Washshukanni, genaamd Taidu en Ushshukana in Assyrische bronnen. Het gehele gebied staat landbouw toe zonder kunstmatige irrigatie; koeien, schapen en geiten werden gehouden. Qua klimaat lijkt het veel op Assyrië, en het werd bevolkt door zowel inheemse Hurri als de Amorieten.
*.
Geschiedenis.
Tot op heden zijn er geen oorspronkelijke bronnen voor de geschiedenis van de Mitanni gevonden. Wat we weten komt van Assyrische, Hettitische of Egyptische bronnen, als ook inscripties van plaatsen in de buurt in Syrië. Vaak is het nog niet eens mogelijk om synchroniciteit tussen de heersers van verschillende landen en steden vast te stellen, laat staan om onbetwiste, absolute data te geven. De geschiedschrijving van de Mitanni wordt verder bemoeilijkt door het gebrek aan differentiatie tussen de linguïstieke, etnische en politieke groeperingen.
*.
Vroeger nam men aan dat er een grote 'Indo-Iraanse' invloed was op de Mitanni. Deze theorie is thans niet meer gangbaar. De Russische taalkundige Diakonoff toonde aan dat deze theorie gebaseerd is op slechts vijf Indo-Iraanse telwoorden, twee of drie termen die betrekking hebben op paarden-training, vier Indo-Iraanse godennamen en een paar persoonsnamen waarvan de oorsprong niet bekend is, en dit terwijl Hurriaanse teksten in de tienduizenden woorden belopen. Het woord 'maryannu' waarvan werd aangenomen dat het Indo-Iraans was, is zeer waarschijnlijk een Hurritisch woord wat 'wagenmenner' betekent en geen enkele band heeft met een aristrocratie.
*.
Aangenomen wordt dat de oorlogvoerende Hurritische stammen en stadstaten verenigd werden onder één dynastie na de ineenstorting van Babylon ten gevolge van de nederlaag tegen de Hettitische Mursili I en de inval van de Kassieten. Na de onderwerping van Aleppo door de Hettieten, de zwakke Assyrische koningen in het midden, en de interne strijd van de Hettieten was er een machtsvacuüm ontstaan in opper Mesopotamië. Dit leidde tot de formatie van het koninkrijk van Mitanni.
*.
De vernietiging van het Babylonische koninkrijk en dat van Yamhad droeg bij aan de opkomst van een andere Hurritische dynastie. De stichting van hun koninkrijk had plaats nabij Harran. De eerste heerser was een legendarische koning, genaamd Kirta, die omstreeks 1500 v.Chr. het koninkrijk van Mitanni vestigde. Gedurende de 18e Dynastie van Egypte (van 1530-1300 v.Chr.) werden eerst Hurritische en later Hettitische prinsessen als bijvrouwen voor de farao naar Egypte gestuurd.
*.
De lichte strijdwagens, die na 1800 v.Chr. algemeen werden, konden deze Hurrieten goed besturen, en ze gebruikten een composiet boog (uit hoorn gecombineerd met hout in meerdere lagen) waartegen het invoeren van bronzen beschermplaten voor man en paard nodig werd. De Hurrieten die tot dan in Syrië bekend waren doken nu ook op in Palestina, wat herkenbaar is aan sporen van hun typische taal met Kaukasische affiniteiten, zoals blijkt uit een Egyptisch archief en uit Palestijnse kleitabletten.
*.
Mitanni groeide geleidelijk vanuit het dal van de Khabur en werd tussen ca. 1450 en 1350 v.Chr. het machtigste koninkrijk van het Nabije Oosten. Koning Barattarna van Mitanni breidde het koninkrijk uit naar het westen, naar Halab (Aleppo), en maakte Idrimi van Alalakh zijn vazal. De staat van Kizzuwatna in het westen verlegde haar loyaliteit naar Mitanni, en tegen het midden van de 15e eeuw v.Chr. waren Arrapha en Assyrië in het oosten vazalstaten geworden. De natie werd steeds sterker tijdens het bewind van Shaushtatar, maar de Hurri waren erop bedacht om de Hettieten in het Anatolische hoogland te houden. Kizzuwatna in het westen en Ishuwa in het noorden waren belangrijke bondgenoten tegen de vijandige Hettieten.
*.
Na een paar schermutselingen met de Farao's over de heerschappij over Syrië, zocht Mitanni vrede met Egypte en een alliantie werd gevormd. Gedurende de 18e Dynastie van Egypte (van 1530-1300 v.Chr.) werden Hurritische (en Hettitische) prinsessen als bijvrouwen voor de farao naar Egypte gestuurd. Tijdens het bewind van Shuttarna in de vroege 14 eeuw was de relatie zeer vriendelijk, en hij zond zijn dochter Kile-Hepa naar Egypte om uitgehuwelijkt te worden aan Farao Amenhotep III. Mitanni was nu op het hoogtepunt van haar macht.
*.
Na de dood van Shuttarna werd Mitanni verwoest door gevechten tussen verschillende troonpretendenten. Uiteindelijk besteeg Tushratta, een zoon van Shuttarna, de troon. Mitanni was echter aanzienlijk verzwakt en de Hettieten naderden hun grenzen. Tegelijkertijd werd de diplomatieke relatie met Egypte minder, en de Assyriërs wierpen het Mitannische juk af. De Hettitische koning Suppiluliuma I viel de Mitannische vazalstaten in noord Syrië binnen en verving hun door loyale zetbazen.
*.
In de hoofdstad Washshukanni brak een nieuwe machtsstrijd uit. De Hetietten en de Assyriërs steunden verschillende pretendenten. Uiteindelijk veroverde een Hettitisch leger de hoofdstad en installeerde Shattiwaza, de zoon van Tushratta, als hun vazalkoning in Mitanni, of Hanigalbat, zoals zij het noemden.
*.
Na de slag bij Kadesh en de terugval van het Hettitische rijk nam Assyrië de macht over in Mitanni, waarna het gebied binnen een paar eeuwen volledig Aramees werd, en de Hurritische taal en cultuur verdrongen werd door de Assyrische.
*.
Hun belangrijkste festival was de viering van de zonnewende (vishuva), wat gebruikelijk was in veel culturen uit de oudheid. De Mitanni krijgers werden maryannu genoemd, dezelfde term lijkt op een term uit het Sanskriet maar is meer waarschijnlijk Hurritisch. Het woord is verwant met een woord uit Urartu.
*.
Heersers van Mitanni.
Kirta, ca. 1499-1490 v.Chr.
Shuttarna I, zoon van Kirta, ca. 1490 v.Chr.-1470 v.Chr.
Barattarna, P/Barat(t)ama, ca. 1470 v.Chr.-1450 v.Chr.
Parshatatar,(kan identiek zijn aan Barattarna), ca. 1450 v.Chr.-1440 v.Chr.
Shaushtatar (zoon van Parsha(ta)tar), ca. 1440 v.Chr.-1410 v.Chr.
Artatama I, ca. 1410 v.Chr.-1400 v.Chr.
Shuttarna II, ca. 1400 v.Chr.-1385 v.Chr.
Artashumara, ca. 1385 v.Chr.-1380 v.Chr.
Tushratta, ca. 1380 v.Chr.-1350 v.Chr.
Shuttarna III, ca. 1350 v.Chr, zoon van een usurpator Artatama II.
Shattiwaza of Mattivaza, zoon van Tushratta, ca. 1350 v.Chr.-1320 v.Chr.
Shattuara I, ca. 1320 v.Chr.-1300 v.Chr.
Wasashatta, zoon van Shattuara, ca. 1300 v.Chr.-1280 v.Chr.
Shattuara II, zoon of neef van Wasashatta, ca. 1280 v.Chr.-1270 v.Chr, of wellicht dezelfde koning als Shattuara I.
Alle data dienen met het nodige voorbehoud genomen te worden, aangezien zij het resultaat zijn van vergelijkend onderzoek van de chronologie van andere staten uit de oudheid van het Nabije Oosten.
*.
Bronnen:.
Gaal E, "De economische rol van Hanilgalbat in het begin van de Neo-Assyrische expansie." In: Hans-Jörg Nissen/Johannes Renger (eds.), Mesopotamien und seine Nachbarn. Politische und kulturelle Wechselbeziehungen im Alten Orient vom 4. bis 1. Jahrtausend v.Chr. Berliner Beiträge zum Vorderen Orient 1 (Berlin, Reimer 1982), 349-354.
Gernot Wilhelm,: The Hurrians, Aris & Philips Warminster 1989.
Harrak Amir, "Assyrië en Hanilgalbat. Een historische reconstructie van de bilaterale relaties van het midden van de 14e tot het einde van de 12e eeuw v.Chr." Studien zur Orientalistik (Hildesheim, Olms 1987).
Kühne C, "Politische Szenerie und internationale Beziehungen Vorderasiens um die Mitte des 2. Jahrtausends vor Chr. (zugleich ein Konzept der Kurzchronologie). Mit einer Zeittafel." In: Hans-Jörg Nissen/Johannes Renger (eds.), Mesopotamien und seine Nachbarn. Politische und kulturelle Wechselbeziehungen im Alten Orient vom 4. bis 1. Jahrtausend v.Chr. Berliner Beiträge zum Vorderen Orient 1 (Berlin, Reimer 1982), 203-264.
Magnussen, M. 1978: Graven in Bijbelse Bodem - Archeologie van de landen van de Bijbel, Westland, Schoten, ISBN 9024670209.
Riemschneider Margarete dr, Bossert Helmuth Th. dr. (Ed.), Grote culturen der Oudheid - De wereld der Hethieten, Uitg. Mij. Holland, Amsterdam, 1958.
Starr R. F. S, Nuzi (London 1938).
Thieme, P, The 'Aryan Gods' of the Mitanni Treaties, Journal of the American Oriental Society 80, 301-317 (1960).
Weidner, "Assyrien und Hanilgalbat". Ugaritica 6 (1969).
Saggs, "The might that was Assyria", 1984.
Diakonoff, "Die Arier im Vordenen Orient, Ende einer Mythos", 1972.

tr.
met

Nn 2.

Uit dit huwelijk een zoon:2

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Schuttarna I*-1530  †-1500  30



Bronnen:
1.Afgeschermd, Wikipedia
2.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen

Dossier:


Nn
Nn 1.

tr.
met

Kirta 2,1, geb. circa 1530 BC2,1,2,1,2,1, koning circa 1530 BC, ovl. (minstens 70 jaar oud) na 1460 BC1,1.

 



Aantekeningen bij Kirta .
Mitanni.
Mitanni of Mittani (in Assyrische bronnen Hanilgalbat, Khanigalbat) was een Hurritisch koninkrijk in noord Syrië vanaf ca. 1500 v.Chr..
*.
De Hurrieten zijn al bekend sinds de Agade periode in Mesopotamië, wat afgeleid wordt uit Hurritische namen die noch Akkadisch noch Sumerisch zijn. Tegelijk met de opkomst van de Amorieten oefenden zij een grote invloed uit op het noorden van Mesopotamië. Een van de Hurritische koninkrijken was Mitanni.
*.
De naam Mitanni werd gebruikt als een geografische aanduiding voor het gebied tussen de Khabur en Eufraat rivier in neo-Assyrische tijden.
*.
Hethietische kronieken zinspelen op meerdere Hurrietische landen dan enkel Mitanni, en op verdragen met hen.
*.
Geografie.
Mitanni in noord Mesopotamië reikte van Nuzi (huidig Kirkoek) en de Tigris rivier in het oosten, tot Aleppo en midden Syrië (Nuhashshe) in het westen. In het centrum lag de Khabur riviervallei, met twee hoofdsteden: Taite en Washshukanni, genaamd Taidu en Ushshukana in Assyrische bronnen. Het gehele gebied staat landbouw toe zonder kunstmatige irrigatie; koeien, schapen en geiten werden gehouden. Qua klimaat lijkt het veel op Assyrië, en het werd bevolkt door zowel inheemse Hurri als de Amorieten.
*.
Geschiedenis.
Tot op heden zijn er geen oorspronkelijke bronnen voor de geschiedenis van de Mitanni gevonden. Wat we weten komt van Assyrische, Hettitische of Egyptische bronnen, als ook inscripties van plaatsen in de buurt in Syrië. Vaak is het nog niet eens mogelijk om synchroniciteit tussen de heersers van verschillende landen en steden vast te stellen, laat staan om onbetwiste, absolute data te geven. De geschiedschrijving van de Mitanni wordt verder bemoeilijkt door het gebrek aan differentiatie tussen de linguïstieke, etnische en politieke groeperingen.
*.
Vroeger nam men aan dat er een grote 'Indo-Iraanse' invloed was op de Mitanni. Deze theorie is thans niet meer gangbaar. De Russische taalkundige Diakonoff toonde aan dat deze theorie gebaseerd is op slechts vijf Indo-Iraanse telwoorden, twee of drie termen die betrekking hebben op paarden-training, vier Indo-Iraanse godennamen en een paar persoonsnamen waarvan de oorsprong niet bekend is, en dit terwijl Hurriaanse teksten in de tienduizenden woorden belopen. Het woord 'maryannu' waarvan werd aangenomen dat het Indo-Iraans was, is zeer waarschijnlijk een Hurritisch woord wat 'wagenmenner' betekent en geen enkele band heeft met een aristrocratie.
*.
Aangenomen wordt dat de oorlogvoerende Hurritische stammen en stadstaten verenigd werden onder één dynastie na de ineenstorting van Babylon ten gevolge van de nederlaag tegen de Hettitische Mursili I en de inval van de Kassieten. Na de onderwerping van Aleppo door de Hettieten, de zwakke Assyrische koningen in het midden, en de interne strijd van de Hettieten was er een machtsvacuüm ontstaan in opper Mesopotamië. Dit leidde tot de formatie van het koninkrijk van Mitanni.
*.
De vernietiging van het Babylonische koninkrijk en dat van Yamhad droeg bij aan de opkomst van een andere Hurritische dynastie. De stichting van hun koninkrijk had plaats nabij Harran. De eerste heerser was een legendarische koning, genaamd Kirta, die omstreeks 1500 v.Chr. het koninkrijk van Mitanni vestigde. Gedurende de 18e Dynastie van Egypte (van 1530-1300 v.Chr.) werden eerst Hurritische en later Hettitische prinsessen als bijvrouwen voor de farao naar Egypte gestuurd.
*.
De lichte strijdwagens, die na 1800 v.Chr. algemeen werden, konden deze Hurrieten goed besturen, en ze gebruikten een composiet boog (uit hoorn gecombineerd met hout in meerdere lagen) waartegen het invoeren van bronzen beschermplaten voor man en paard nodig werd. De Hurrieten die tot dan in Syrië bekend waren doken nu ook op in Palestina, wat herkenbaar is aan sporen van hun typische taal met Kaukasische affiniteiten, zoals blijkt uit een Egyptisch archief en uit Palestijnse kleitabletten.
*.
Mitanni groeide geleidelijk vanuit het dal van de Khabur en werd tussen ca. 1450 en 1350 v.Chr. het machtigste koninkrijk van het Nabije Oosten. Koning Barattarna van Mitanni breidde het koninkrijk uit naar het westen, naar Halab (Aleppo), en maakte Idrimi van Alalakh zijn vazal. De staat van Kizzuwatna in het westen verlegde haar loyaliteit naar Mitanni, en tegen het midden van de 15e eeuw v.Chr. waren Arrapha en Assyrië in het oosten vazalstaten geworden. De natie werd steeds sterker tijdens het bewind van Shaushtatar, maar de Hurri waren erop bedacht om de Hettieten in het Anatolische hoogland te houden. Kizzuwatna in het westen en Ishuwa in het noorden waren belangrijke bondgenoten tegen de vijandige Hettieten.
*.
Na een paar schermutselingen met de Farao's over de heerschappij over Syrië, zocht Mitanni vrede met Egypte en een alliantie werd gevormd. Gedurende de 18e Dynastie van Egypte (van 1530-1300 v.Chr.) werden Hurritische (en Hettitische) prinsessen als bijvrouwen voor de farao naar Egypte gestuurd. Tijdens het bewind van Shuttarna in de vroege 14 eeuw was de relatie zeer vriendelijk, en hij zond zijn dochter Kile-Hepa naar Egypte om uitgehuwelijkt te worden aan Farao Amenhotep III. Mitanni was nu op het hoogtepunt van haar macht.
*.
Na de dood van Shuttarna werd Mitanni verwoest door gevechten tussen verschillende troonpretendenten. Uiteindelijk besteeg Tushratta, een zoon van Shuttarna, de troon. Mitanni was echter aanzienlijk verzwakt en de Hettieten naderden hun grenzen. Tegelijkertijd werd de diplomatieke relatie met Egypte minder, en de Assyriërs wierpen het Mitannische juk af. De Hettitische koning Suppiluliuma I viel de Mitannische vazalstaten in noord Syrië binnen en verving hun door loyale zetbazen.
*.
In de hoofdstad Washshukanni brak een nieuwe machtsstrijd uit. De Hetietten en de Assyriërs steunden verschillende pretendenten. Uiteindelijk veroverde een Hettitisch leger de hoofdstad en installeerde Shattiwaza, de zoon van Tushratta, als hun vazalkoning in Mitanni, of Hanigalbat, zoals zij het noemden.
*.
Na de slag bij Kadesh en de terugval van het Hettitische rijk nam Assyrië de macht over in Mitanni, waarna het gebied binnen een paar eeuwen volledig Aramees werd, en de Hurritische taal en cultuur verdrongen werd door de Assyrische.
*.
Hun belangrijkste festival was de viering van de zonnewende (vishuva), wat gebruikelijk was in veel culturen uit de oudheid. De Mitanni krijgers werden maryannu genoemd, dezelfde term lijkt op een term uit het Sanskriet maar is meer waarschijnlijk Hurritisch. Het woord is verwant met een woord uit Urartu.
*.
Heersers van Mitanni.
Kirta, ca. 1499-1490 v.Chr.
Shuttarna I, zoon van Kirta, ca. 1490 v.Chr.-1470 v.Chr.
Barattarna, P/Barat(t)ama, ca. 1470 v.Chr.-1450 v.Chr.
Parshatatar,(kan identiek zijn aan Barattarna), ca. 1450 v.Chr.-1440 v.Chr.
Shaushtatar (zoon van Parsha(ta)tar), ca. 1440 v.Chr.-1410 v.Chr.
Artatama I, ca. 1410 v.Chr.-1400 v.Chr.
Shuttarna II, ca. 1400 v.Chr.-1385 v.Chr.
Artashumara, ca. 1385 v.Chr.-1380 v.Chr.
Tushratta, ca. 1380 v.Chr.-1350 v.Chr.
Shuttarna III, ca. 1350 v.Chr, zoon van een usurpator Artatama II.
Shattiwaza of Mattivaza, zoon van Tushratta, ca. 1350 v.Chr.-1320 v.Chr.
Shattuara I, ca. 1320 v.Chr.-1300 v.Chr.
Wasashatta, zoon van Shattuara, ca. 1300 v.Chr.-1280 v.Chr.
Shattuara II, zoon of neef van Wasashatta, ca. 1280 v.Chr.-1270 v.Chr, of wellicht dezelfde koning als Shattuara I.
Alle data dienen met het nodige voorbehoud genomen te worden, aangezien zij het resultaat zijn van vergelijkend onderzoek van de chronologie van andere staten uit de oudheid van het Nabije Oosten.
*.
Bronnen:.
Gaal E, "De economische rol van Hanilgalbat in het begin van de Neo-Assyrische expansie." In: Hans-Jörg Nissen/Johannes Renger (eds.), Mesopotamien und seine Nachbarn. Politische und kulturelle Wechselbeziehungen im Alten Orient vom 4. bis 1. Jahrtausend v.Chr. Berliner Beiträge zum Vorderen Orient 1 (Berlin, Reimer 1982), 349-354.
Gernot Wilhelm,: The Hurrians, Aris & Philips Warminster 1989.
Harrak Amir, "Assyrië en Hanilgalbat. Een historische reconstructie van de bilaterale relaties van het midden van de 14e tot het einde van de 12e eeuw v.Chr." Studien zur Orientalistik (Hildesheim, Olms 1987).
Kühne C, "Politische Szenerie und internationale Beziehungen Vorderasiens um die Mitte des 2. Jahrtausends vor Chr. (zugleich ein Konzept der Kurzchronologie). Mit einer Zeittafel." In: Hans-Jörg Nissen/Johannes Renger (eds.), Mesopotamien und seine Nachbarn. Politische und kulturelle Wechselbeziehungen im Alten Orient vom 4. bis 1. Jahrtausend v.Chr. Berliner Beiträge zum Vorderen Orient 1 (Berlin, Reimer 1982), 203-264.
Magnussen, M. 1978: Graven in Bijbelse Bodem - Archeologie van de landen van de Bijbel, Westland, Schoten, ISBN 9024670209.
Riemschneider Margarete dr, Bossert Helmuth Th. dr. (Ed.), Grote culturen der Oudheid - De wereld der Hethieten, Uitg. Mij. Holland, Amsterdam, 1958.
Starr R. F. S, Nuzi (London 1938).
Thieme, P, The 'Aryan Gods' of the Mitanni Treaties, Journal of the American Oriental Society 80, 301-317 (1960).
Weidner, "Assyrien und Hanilgalbat". Ugaritica 6 (1969).
Saggs, "The might that was Assyria", 1984.
Diakonoff, "Die Arier im Vordenen Orient, Ende einer Mythos", 1972.

Uit dit huwelijk een zoon:1

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Schuttarna I*-1530  †-1500  30



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen
2.Afgeschermd, Wikipedia


Juja
Juja 1, geb. circa 1410 BC1,1. Haar afkomst is onzeker1, 'Minpriester, Vorsteher der Pferde'.

tr. (1)
met

Tuja 1, dr. van Nn en Nn, geb. circa 1410 BC1,1.

Uit dit huwelijk 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Aja II (Eje)*-1380  †-1305  75
Anen     
Teje     




Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Moetemoeia
Moetemoeia 1,2, geb. 2 circa 1410 BC1,2,1,2,1, ovl. (ongeveer 50 jaar oud) circa 1360 BC1,2,1,2.

tr.
met

Thoetmosis IV 1,2, zn. van Amenhotep II en Tia, geb. circa 1410 BC1,2,1,2,1,2, farao van 1388 BC tot 1379 BC, ovl. (ongeveer 31 jaar oud) in 1379 BC1,2,1,2.

 



Aantekeningen bij Thoetmosis IV .
Thoetmosis IV of Thoetmozes IV was een Egyptische koning uit de 18e dynastie van de Egyptische Oudheid. Zijn naam Thoetmosis betekent "geboren uit Thot", en zijn tweede bekende naam Mencheperoera betekent "gemaakt in de vormen van Ra".
*.
Biografie.
De koning schijnt 9 jaar en 8 maanden te hebben geregeerd (Manetho), maar Egyptologen denken dat het acht jaar is. Hij deed aan buitenlandse politiek en hij sloeg een rel neer in Nubië en hij is genoemd als overheerser van Syrië. Thoetmosis IV had goede banden met de Mitanni en trouwde een Mitanniaanse prinses na veel onderhandelingen. Hij bouwde op grote schaal zoals dat toen in de mode was, hij maakte een obelisk af van Thoetmosis III. De obelisk is 32 meter hoog en is de grootste staande obelisk in Egypte.
*.
Het bekendste feit van Thoetmosis IV is dat hij de Sfinx van Gizeh heeft uitgegraven en de droomstele heeft opgericht. Hierin vertelt hij hoe hij als jonge knaap onder de sfinx lag te slapen en hoe de god Harmachis hem het koningschap beloofde als Thoetmosis de sfinx liet uitgraven. Een aantal Egyptologen menen dat Amenhotep II Thoetmosis IV niet als opvolger aannam, daarom heeft hij de sfinx uitgegraven om zijn koningschap te legitimeren.
*.
Bouwwerken.
Graf in Vallei der Koningen.
Herstellingen aan de Sfinx te Gizeh.
Tempel van Amon (Karnak): obelisk opgericht.
Werken in de Ptah-tempel te Memphis.
*.
Graf DK 43.
Graf DK 43 van de vallei der Koningen is het graf van Thoetmosis IV.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Amenhteop III*-1390  †-1340  50



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen
2.Afgeschermd, Wikipedia


Schuttarna II
Schuttarna II 1, geb. 1 in 1415 BC1,1,1, koning te Mitanni [Mit] tussen 1390 BC en 1375 BC, ovl. (ongeveer 40 jaar oud) in 1375 BC1,1.

tr.
met

Nn 1.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Giluchepa     
Tuschratta*-1385  †-1333  52



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Anchesenpaaton
Anchesenpaaton 1, geb. te Thebe [Egy]1 in 1334 BC1,1, ovl. (ongeveer 26 jaar oud) in 1308 BC1,1.

  • Vader:
    Amenhtotep IV Echnaton (Amenhotep IV) 1,2, zn. van Amenhteop III en Teje, geb. 2 circa 1353 BC1,2,1,2,1,2, ovl. (ongeveer 29 jaar oud) 2 in 1324 BC1,2,1,2, begr. 2, tr. (1) met Meritaton . Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (2) met Nn van Babylon. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (3) met zijn zoon Maketaton 1,2, zn. van Amenhtotep IV Echnaton en Nofretete, geb. te Thebe [Egy] in 1335 BC1,2,1,2,1, ovl. (ongeveer 9 jaar oud) in 1326 BC1,1. Uit dit huwelijk een zoon, tr. (5) met zijn vaders andere vrouw Tadu-Chepa (Kija) 1, dr. van Tuschratta en Nn, geb. circa 1355 BC1,1, ovl. (minstens 26 jaar oud) na 1329 BC1,1. Uit dit huwelijk een zoon, tr. (6) met zijn dochter Anchesenpaaton 1, dr. van Amenhtotep IV Echnaton en Nofretete. Uit dit huwelijk een dochter, tr. (4).
 

tr. (1)
met

Aja II (Eje) 1, zn. van Juja en Tuja, geb. circa 1380 BC1,1,1, farao te Egypte [Egy] van 1309 BC tot 1305 BC, ovl. (ongeveer 75 jaar oud) in 1305 BC1,1, tr. (2) met Yuy , geb. circa 1356 BC, zangeres van Isis en Min. Uit dit huwelijk 2 kinderen, tr. (3) met Tia 1. Uit dit huwelijk een dochter1.

tr. (2)
met

Toetanchamom 1,2, zn. van Amenhtotep IV Echnaton en Maketaton, geb. 2 in 1326 BC1,2,1,2,1,2, farao te Egypte [Egy] van 1319 BC tot 1309 BC, ovl. (ongeveer 16 jaar oud) in aug 1309 BC1,2,1,2.

 



Aantekeningen bij Toetanchamom .
Toetanchamon was een farao van de 18e Dynastie van het Oude Egypte. Hij heette oorspronkelijk Toetanchaton, later werd om politiek-religieuze redenen zijn naam veranderd in Toetanchamon, wat zoveel betekent als: "Levend evenbeeld van Amon". Zijn troonnaam Nebcheperoere betekent: "Heer van de manifestaties van Ra".
*.
Biografie.
Lange tijd werd gedacht dat Nefertiti zijn moeder was, maar men is er tegenwoordig van overtuigd dat Toetanchamon een zoon was van Achnaton bij één van zijn bijvrouwen (vermoedelijk Kiya). Toetanchamon was geen opvallende farao. Zijn beroemdheid is vooral te danken aan het zeldzame feit dat zijn graf, toen het in 1922 door Howard Carter werd gevonden, vrijwel ongeschonden bleek te zijn. Het voor een farao kleine graf bevatte meer dan 3500 kunstvoorwerpen.
*.
Toetanchamon was gehuwd met Anchesenamon en was de opvolger van Achnaton, hoewel er tussen hen beiden waarschijnlijk nog een farao Smenchkare geregeerd heeft. Hij was slechts negen jaar oud toen hij farao werd en ook nog erg jong toen hij stierf (19 jaar oud). Hij groeide op in de stad Amarna. Aanvankelijk was zijn naam niet Toetanchamon maar Toetanchaton, naar de Egyptische god Aton, een zonnegod die werd aanbeden nadat Achnaton een drastische wijziging in de godsdienst van het Egyptische rijk had doorgevoerd door een vorm van monotheïsme/monolatrie in te voeren.
*.
Onder de regering van Toetanchamon keerde Egypte terug naar de traditionele religie van Egypte; de verering van alle oude goden, vooral die van de oppergod Amon, werd in ere hersteld en Toetanchaton nam de naam Toetanchamon aan.
*.
Veel rond zijn korte regeringsperiode is nog steeds een raadsel. Het is niet helemaal duidelijk waarom hij zo jong gestorven is. Op basis van tweedimensionale röntgenopnamen suggereerde een Brits team in de jaren zestig een schedelbreuk, wat de hypothese zou staven dat Toetanchamon was vermoord door een klap op het achterhoofd. Latere onderzoeken spreken dit weer tegen. Het is wel duidelijk dat er in zijn tijd grote spanningen waren in Egypte, nadat het religieuze beleid van zijn voorganger Achnaton tot een grote chaos geleid had. Bovendien waren er oorlogen, onder andere met de Nubiërs en de Hittieten. Een paleisrevolutie viel ook niet uit te sluiten.
*.
Een schouwing van Toetanchamons skelet heeft uitgewezen dat hij 19 was toen hij stierf en ongeveer 1,68 m lang. Er zat 1 cm verschil tussen de lengte van zijn benen en hij had een iets scheve ruggengraat. Hij stierf aan een ontsteking in zijn knie, veroorzaakt door een breuk. De breuk zelf was veroorzaakt door een val van een strijdwagen, waarschijnlijk gedurende een jachtpartij, een geliefde bezigheid van de jonge farao.
*.
De opvolgers.
Toetanchamon werd opgevolgd door de veel oudere hogepriester Ay, een aangetrouwd lid van de koninklijke familie. Volgens de onderzoekers die de moordhypothese ondersteunden was hij mogelijk ook zijn moordenaar toen de jonge prins meer zijn eigen wil begon door te drijven. Ays regering duurde ook maar vier jaar en de farao na hem (generaal Horemheb) verwijderde de namen van Achnaton, Smenchkare, Toetanchamon en Ay uit de annalen en koningslijsten van het land om ze zo aan de vergetelheid prijs te geven. Toch verstoorde Horemheb Toetanchamons graf niet, wat er mogelijk op wijst dat hij toch wel respect voor de jonge koning had.
*.
Een ongeschonden Koningsgraf.
Het graf van Toetanchamon is Graf DK 62 in het Dal der koningen. De ironie wil dat dit het enige koningsgraf is dat vrijwel ongeschonden is gevonden. Dit komt doordat het tijdens de bouw van het graf voor Ramses VI uitgegraven zand op de ingang van het graf van Toetanchamon werd gegooid. Zo bleef deze toegang ongeschonden, tot het graf in 1922 door Howard Carter en zijn mensen, gesponsord door Lord Carnarvon, werd ontdekt. Het graf maakt ondanks de pracht en praal een tamelijk haastig bijeengeraapte, en voor een farao bijna armoedige indruk. Het was waarschijnlijk voor iemand anders bedoeld; voor een hogere officier, of een vrouwelijk lid van de faraofamilie.
*.
Naar de wens van Howard Carter werd de mummie na grondig onderzoek weer teruggelegd in de sarcofaag van zijn eigen graf. De schat die in Toetanchamons graf gevonden werd is inmiddels wereldberoemd en grotendeels te bezichtigen in het Egyptisch Museum in Caïro.
*.
De trompetten van Toetanchamon zijn twee militaire muziekinstrumenten die zijn gevonden in graf DK 62, de graftombe van farao Toetanchamon. Het bestaan van de instrumenten is bekend sinds 1922, toen Howard Carter het graf van Toetanchamon ontdekte. Het zijn tot op heden de oudst bekende trompetten.
*.
De trompetten zijn wat betreft formaat vrijwel hetzelfde en werden dan ook samen gevonden, verpakt in riet. Eén van de trompetten (de zogenaamde Sheneb) is zilver, de ander is gemaakt van brons. De trompetten zijn 58 centimeter lang, hebben een paviljoen van 8,8 centimeter (in het uiteinde), en de buis heeft een diameter variërend van 1,7 (bij het mondstuk) tot 2,6 (bij de beker) centimeter. De trompetten hebben geen ventielen, maar met behulp van wisseling van de mondposities kunnen de noten C, E, G en C gespeeld worden. In de zilveren trompet is een houten blok gevonden, in dezelfde vorm als het paviljoen, dat mogelijk als demper diende. Het paviljoen van de zilveren trompet is versierd met afbeeldingen van Ptah, Amon en Horus.
*.
Sinds de ontdekking hebben de trompetten van Toetanchamon meerdere avonturen doorstaan. De zilveren trompet is een aantal keer bespeeld, waarvan één keer voor de BBC, in 1939 (waarbij er een modern mondstuk op de trompet was gezet). Tijdens deze uitzending viel de trompet uit elkaar, maar met veel moeite kon hij uiteindelijk weer worden gerestaureerd. Nadien is de trompet niet of nauwelijks meer gebruikt. Tegenwoordig liggen beide muziekinstrumenten in het Egyptisch Museum te Caïro. De trompetten zijn niet de enige trompetten uit de Egyptische oudheid die zijn gevonden; in het Louvre te Parijs ligt nog een trompet uit de Ptolemaeïsche periode.
*.
Graf DK 62.
Graf DK 62 is het graf van Toetanchamon dat in 1922 werd ontdekt in de Vallei der Koningen.
*.
Ontdekking.
Het graf van Toetanchamon was ongeveer 3000 jaar ongemoeid gelaten, maar Howard Carter was het op het spoor gekomen. Tijdens eerdere opgravingen waren er reeds verschillende voorwerpen gevonden met de naam van Toetanchamon, maar nog niet het graf van de jonge farao. Velen dachten dat de Vallei der Koningen helemaal was leeggehaald, maar Carter deed er toch opgravingen. Gedurende zes jaar had hij van Lord Carnarvon subsidie gekregen om er te graven, maar goede resultaten bleven uit en Carter kreeg nog voor enkele maanden licentie om verder te graven.
*.
Op 4 november 1922 stootten enkele werkers op een trede. Het was een trap die naar een gang leidde. Er werd gewacht op Lord Carnarvon. Op 26 november slaagden Carnarvon en Carter erin om een gat te maken in de tweede deur en zagen voor het eerst het ongeschonden graf.
*.
Leeghalen van het graf.
Als snel werd duidelijk dat het een groot en langdurig werk zou zijn om alle voorwerpen uit het graf te halen. Omwille van het historisch belang moest men alles goed catalogiseren. Er werd gekozen voor een nummering tot 620 en een onderverdeling van aa tot zz. Er werden schetsen en foto's van het graf gemaakt. De foto's werden gemaakt door Harry Burton. De gecatalogiseerde voorwerpen werden vervolgens uit het graf gehaald en per stoomboot naar Caïro gebracht.
*.
Plundering in de Oudheid.
Carter had al opgemerkt dat het graf al in de oudheid zelf was geschonden. Waarschijnlijk werd het graf twee keer bezocht. Een eerste keer was de gang nog niet afgesloten en konden de dieven kleine voorwerpen meenemen. Daarna gooiden de ambtenaren de gang dicht met puin, maar enkele plunderaars maakten een kleine gang en raakten zo toch het graf binnen. Daar hebben ze snel te werk moeten gaan en kleine en dure objecten gestolen. Dit werd opgemerkt en de gang werd opnieuw afgesloten. Bovendien werd een deel van de spullen die waren gebruikt bij de balseming en begrafenis van Toetanchamon, verplaatst naar graf DK 54. De tombe werd bij de bouw van het graf van Ramses VI bedekt met zand en zo bewaard voor de grote plunderingen in de late tijden.
*.
Indeling van graf.
Het graf werd door Carter ingedeeld in verschillende kamers:.
- De Voorkamer: Deze kamer van 7,85 m op 3,55 m stond volgestapeld met kisten, dozen, wagens, stoelen en bedden. Er waren ongeveer 600 objecten waarvan de opvallendste de vergulde troon van Toetanchamon. Deze troon had op de achtergrond nog de zonneschijf van Aton. Aan weerszijden van de ingang naar de grafkamer stonden twee ka-beelden die de kamer bewaakten.
- De Grafkamer: Vanuit de voorkamer kwam men in de grafkamer waar de mummie van de farao zich bevond. De mummie was geplaatst in verschillende schrijnen en doodskisten. Toen de laatste kist werd opengemaakt, zag men de mummie met het bekende dodenmasker. Er waren ongeveer 300 voorwerpen in deze kamer, maar de aandacht wordt vooral getrokken door de schitterende decoratie. Bekend is de mondopeningsceremonie dat door de opvolger Eje werd verricht.
- De Schatkamer: Naast de grafkamer was er een opening naar de schatkamer. Hier lag het schrijn met de canopen. Er lagen in deze kamer ongeveer 500 voorwerpen waarvan enkele schitterende juwelen, scepters en beelden.
- De zijkamer: De voorkamer gaf ook nog toegang tot een andere kamer. Hier stonden ongeveer 2000 objecten gestapeld. Het betrof niet echt dure voorwerpen, maar eerder dagelijkse objecten.
Al deze objecten dienden voor de farao, die hij zou kunnen gebruiken in zijn volgende leven. Tot de objecten behoorden ook 413 Oesjabti's. De meeste voorwerpen zijn tentoongesteld in het Egyptisch Museum (Caïro). De mummie is echter op verzoek van Carter teruggeplaatst in zijn graf, waar hij nog steeds ligt.
*.
De ontdekking van het graf wordt beschouwd als één van de grootste archeologische vondsten. We moeten echter bedenken dat Toetanchamon maar een onbeduidend heerser was in het Oude Egypte.
*.
Bronnen en literatuur: Carter H. en Mace A, The Tomb of Tut-ankh-amen, 1923; Gros de Beler A, Toetanchamon, 2000; Reeves N, The complete Tutanckamun, 1990; Siliotto A, Dal der Koningen, 1996.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Nn     
Bb     

tr. (3)
met

Amenhtotep IV Echnaton (Amenhotep IV) 1,2, zn. van Amenhteop III en Teje, geb. 2 circa 1353 BC1,2,1,2,1,2, ovl. (ongeveer 29 jaar oud) 2 in 1324 BC1,2,1,2, begr. 2, tr. (1) met Meritaton . Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (2) met Nn van Babylon. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (3) met zijn zoon Maketaton 1,2. Uit dit huwelijk een zoon, tr. (4) met zijn nicht Nofretete 1. Uit dit huwelijk 6 kinderen, tr. (5) met zijn vaders andere vrouw Tadu-Chepa (Kija) 1. Uit dit huwelijk een zoon.

 



Aantekeningen bij Amenhtotep IV Echnaton .
Amenhotep IV, Achnaton, Echnaton of Akhenaten was een bekende farao van de 18e Dynastie van het Oude Egypte. Hij is bekend geworden met de naam Amenhotep: "Amon is tevreden", en zijn tweede naam betekent: "Volmaakt zijn de manifestaties van Ra, enige van Ra". Hij liet zijn naam veranderen in Achnaton wat betekent: Hij die de zonneschijf welgevallig is. (oorspr. Aten).
*.
Biografie.
Achnaton was een zoon van Amenhotep III (ca. 1388 - 1351 v. Chr.) en koningin Teye. Hij trouwde met zijn nicht Nefertiti (dit is niet zeker), de dochter van zijn oom en latere koning Ay (een zoon van Yuya en Thuya), met Kiya en (een andere) Teye. De jonge farao is afgebeeld met een vreemd, om niet te zeggen grotesk uiterlijk. Daarin heeft hij een groot, kalebasvormig hoofd, een zeer lange dunne nek, spleetogen en uitpuilende lippen. Zijn buik is daarin als die van een zwangere vrouw, terwijl ook zijn dijbenen enorm dik, maar zijn onderbenen zeer dun tonen. Verder is hij afgebeeld met vreemde, vrouwelijke gelaatstrekken. Zolang zijn mummie echter niet is teruggevonden, is het slechts speculeren of dit ook werkelijk zijn uiterlijk was.
*.
Farao Echnaton, Nefertiti en hun dochtertjes staan in aanbidding voor de goddelijke zonneschijf van Aton in Amarna.Aanvankelijk, zoals in Khenet (Gebel el Silsila) liet hij zich afbeelden als een traditioneel Egyptisch vorst. Na vier jaar op de troon (ca.1348 v.Chr.) voerde Achnaton echter een aantal revolutionaire veranderingen door. Waar Egypte tot dan toe een veelgodendom had, met de zonnegod Amon als oppergod, voerde Achnaton mogelijk het monotheïsme in, hoewel het monotheïstisch aspect van zijn religie ter discussie staat. De enige god was Aton, de zonneschijf, tot dan toe een minder belangrijk aspect van de zonnegod Amon-Ra. Hij liet een nieuwe hoofdstad bouwen, Achetaton, het tegenwoordige Amarna. Als hogepriester van Aton gold de farao zelf.
*.
Veel tempels van de andere goden werden gesloten. Dat leidde tot ontwrichting van de samenleving omdat het gehele bestuur van het land tot dan toe via de tempels had gelopen. Het bestuur dat ervoor in de plaats kwam was corrupt en vol willekeur. Bij de tot dan toe machtige priesters van Amon was Achnaton begrijpelijkerwijze niet geliefd; de verering van de traditionele goden ging derhalve ondergronds -getuige vondsten in het huidige Amarna- voort en zo behield de traditionele religie haar aansluiting bij de gewone bevolking, op wie de godsdiensthervorming nauwelijks invloed had.
*.
De kunst onderging echter radicale veranderingen, omdat de kunstenaar zich niet meer aan de oude strakke regels van de canon hoefde te houden en bij zijn eigen scheppingskracht te rade kon gaan. Ook de schrijftaal veranderde en kwam veel dichter bij de gesproken taal te staan. De buitenlandse politiek had te lijden onder de interne spanningen die de Aten-hervorming opriep en vooral de Hettieten maakten daar gebruik van om hun invloed in de richting van Kanaän uit te breiden. Toch onderhield het hof van Amarna, getuige de zgn. Amarna-brieven (zie hieronder), uitgebreide diplomatieke betrekkingen, onder andere met Burnaburiash II van Kar-Duniash (Babylon).
*.
De meeste Egyptologen vermoeden dat hij is vermoord door aanhangers van de verdreven Amoncultus. Aanwijzingen daarvoor zijn de plotseling intredende dood van Achnaton en het feit dat het uitwissen en de ongedaanmaking van zijn daden vrijwel meteen na zijn dood begon. Dit alles wijst op een gecoördineerde actie.
*.
De koning had bij zijn eerste vrouw alleen dochters (zes in totaal) en na zijn dood volgden eerst Smenchkare en dan Toetankhaton hem op, welke trouwen met één van de dochters van Achnaton om zo aanspraak te kunnen maken op de troon. Toetankhaton zou al snel zijn naam veranderen in Toetanchamon, Akhetaten verlaten en de tempels van de traditionele weer open stellen. De poging om de groeiende macht van de priesters van Amon te breken bleek te zijn mislukt.
*.
Er bestaan theorieën dat de Aton-religie van Achnaton het ontstaan of de ontwikkeling van het jodendom -en daarmee indirect het Christendom- heeft beïnvloed. Eén van de aanwijzingen hier is een hymne voor Aton, gevonden in Amarna, die een opvallende gelijkenis vertoont met de bijbelse Psalm 104. Daar Achnatons regering in de meest geaccepteerde chronologie ergens in de tijd viel dat de Israëlieten hun ballingschap in Egypte hadden, is een dergelijke invloed zeer wel mogelijk. Nog interessant is de vermelding van een geheimzinnig volk. Dit volk, de Sa-Gaz of Chabiroe genoemd, drong vanuit het noord-oosten Palestina binnen en wordt door sommige geleerden geïdentifieerd met de bijbelse joden. De Chabiroe zwierven in grote benden met vrouwen en kinderen rond in onbegaanbaar gebied, ver van de militaire hoofdwegen. Soms mengden zij zich in de plaatselijke politiek door dienst te nemen als hulptroepen, wanneer ze niet zelf oorlog voerden.
*.
Amarna briefwisseling.
In 1887 werd de briefwisseling van het Egyptisch ministerie voor buitenlandse zaken op kleitabletten daterend uit de 14e eeuw v.Chr. in Amarna teruggevonden, die betrekking had op Palestina. Amarna was de hoofdstad van de 'ketterse' farao Achnaton (Amenhotep IV). Deze Amarna brieven, zo'n 150 in getal, zijn in het Akkadisch geschreven, destijds de lingua franca voor internationale diplomatie, en in spijkerschrift. Ze zijn vrij doorspekt met Kanaänitische grammatica en vocabulaire. Ze vertellen veel over Palestina en zuidelijk Syrië in deze tijden, en over de rol die Egypte daar speelde.
*.
Bouwwerken: de stad Amarna; Aton-tempel; Tempel van Aton (Karnak); Graf van Achnaton in Amarnal; Mogelijk ook Graf DK 55.
*.
De Aton-tempel was gebouwd door de eigenzinnig koning Echnaton. Deze wilde de macht van de Amon-priesters breken en verliet het vijandige Thebe voor de bouw van een nieuwe stad Achetaton in het huidige Tell el-Amarna. Hij wilde de geheimzinnigheid van de Amon-cultus (cfr Amon de verborgene) vervangen door de open Aton-cultus. Dat werd weergegeven in de grote tempel waar er geen donkere ruimten in waren. Het was een langgerekt complex = 210 m x 32 m. Het bestond uit twee delen waarin het allerheiligste zich achteraan bevond.
*.
De tempel had ook zijn nut als dodentempel, want hij lag in het verlengde van het graf van Echnaton. Vandaag zijn slechts funderingssporen overgebleven. De tempel en de stad werden na de dood van Echnaton verlaten en hetgeen overbleef werd door Ramses II gebruikt voor zijn tempel in het nabijgelegen Hermopolis.
*.
Literatuur en bronnen: Aldred C,Akhenaten, 1988l Hornung E,Echnaton. Die Religion des Lichtes, 1995.
*.
Tempel van Aton (Karnak).
Plan van de tempel van AtonDe tempel van Aton (= Gempaton : Amon is gevonden) dateert uit de beginperiode van de regering van Echnaton. In het zesde jaar van zijn regering was hij immers weggetrokken naar Amarna. Voordien verbleef hij echter in de hoofdstad Thebe en liet hij ten oosten van de tempel van Amon (Karnak) zijn tempel bouwen. De tempel was gericht naar het oosten en mat 130 x 200 m. De tempel bestond uit duizenden talatates. De tempel bestond uit een hal met 5 meter hoge steunpilaren die Echnaton uitbeelden. De koning werd uitgebeeld met hermafrodiete kenmerken. Daarnaast was er nog een centraal hof. Waarschijnlijk was de architectuur gelijk met de Aton-tempel in Amarna. De cultus van Aton die na de dood van de farao sterk afnam, zorgde ervoor dat de tempel snel van belang inboette. De tempel werd door Horemheb grotendeels afgebroken en de talatat-blokken dienden als opvulling van de negende pyloon van de tempel van Amon (Karnak). Er zijn bij archeologische werken daar zo'n 15000 stukken teruggevonden, die men probeert op elkaar te laten passen.
*.
Achetaton.
Achetaton ("de horizon van de god Aton") of Amarna is de naam van de nieuwe hoofdstad die de Egyptische farao Amenhotep IV of Echnaton liet bouwen op de westelijke oever van de rivier de Nijl op de plaats waar zich nu het dorp El Amarna bevindt.
*.
Geschiedenis van de stad.
Gedurende een korte periode ten tijde van het Nieuwe Rijk woonden hier naar schatting 50.000 mensen in de nabijheid van de farao en zijn gevolg. De keuze voor de nieuwe locatie van Egypte's hoofdstad hing samen met het feit dat zich hier een breuk bevindt in de bergrug die de vlakte langs de Nijl in het oosten van de achterliggende woestijn scheidt. Deze breuk doet bij zonsopkomst denken aan de samengestelde hiëroglief voor "horizon" (achet) en "zon" (aton). Hierdoor leek deze plek door de natuur zelf aangewezen voor de vestiging van een stad waarvan de bewoners de cultus van de zonnegod Aton aanhingen. De stad was gesticht in het vijfde jaar van de regering van farao Echnaton (ca. 1350 v.Chr.) en werd verlaten in het tweede jaar van de regering van Tutankhamon. Toch was de stad niet geheel verlaten, want er zijn nog graven ontdekt uit de 22e dynastie. In de moderne tijd moest de stad herontdekt werden en in 1824 voerde Wilkinson de eerste opgravingen uit. Daarna zijn er nog opgravingen verricht door onder andere Lepsius, Petrie en Ludwig Borchardt. Vanaf 1977 onderzoekt de Egypt Exploration Society de site.
*.
Archeologische vondsten.
Tot de belangrijkste archeologische vondsten afkomstig uit Amarna behoren de Amarna-brieven, geschreven op kleitabletten in spijkerschrift, die gegevens bevatten omtrent diplomatieke betrekkingen tussen het toenmalige Egypte en naburige rijken, en de portretbuste van Nefertiti, opgegraven in de werkplaats van de beeldhouwer Tutmoses. Dit beeld maakt tegenwoordig deel uit van de collectie van het Egyptologisch Museum in Berlijn.
*.
Bouwwerken.
Van de gebouwen zelf is slechts weinig terug te vinden omdat ze voor het overgrote deel uit leem werden opgebouwd en omdat de site lange tijd als steengroeve diende voor andere bouwwerken.
*.
Bewoning.
In het zuiden en noorden van de stad leefden de burgers van Achetaton. Hun huizen bestonden uit tichels en leem. Achteton vormde een ware stad met administratieve gebouwen, politiekantoren, bakkerijen, ateliers, etc. Niet ver van de stad zijn de restanten teruggevonden van het arbeidersdorp waar de arbeiders van het koninklijk graf woonden.
*.
Graven.
Noordelijke graven in AmarnaEr is een onderscheid tussen de graven van de koninklijke familie en deze van de ambtenaren en edelen. De koninklijke graven bevonden zich in de oostelijke wadi en hierin lag het graf van Echnaton, Teye, Meketaton en vermoedelijk ook Kiya. Deze graven zijn anders opgebouwd dan deze uit de Vallei der Koningen en werden versierd met de nieuwe Amarna-kunst. In de oostelijke bergwand bevinden zich 44 graven voor de ambtenaren van Echnaton, maar vele zijn onvoltooid gebleven omdat de stad plots werd verlaten.
*.
Paleizen.
De paleizen in de stad dienden als administratieve centra. Typerend waren de verschijningsvenster vanwaar de farao met zijn familie de bevolking begroette. Het belangrijkste paleis lag gelegen in het noorden van de stad bij de rivier en vermoedelijk was dit de vaste residentie van de farao.
*.
Tempels.
In de stad stond een kleine tempel voor Aton en een grote tempel voor Aton die beide verschilden van de overige tempels in Egypte door hun open karakter.
*.
Bronnen, noten en/of referenties: Aldred C,Akhenaten, 1988.
*.
Graf DK 55.
Graf DK 55 is een graf uit het Oude Egypte, waarvan we nog steeds niet goed weten aan wie het behoorde. Er zijn theorieën dat het gaat om het graf van Echnaton of diens moeder Teje.
*.
Het graf zelf ligt in de buurt van Graf DK 6 en werd in 1907 ontdekt door de Amerikaanse miljonair Theodore Davis. Het graf was helemaal door elkaar gehaald en al in de oudheid geplunderd. In de tombe lag een beschadigde sarcofaag en een mummie waarvan Davis dacht dat het ging om Teje.
*.
De reden hiervoor was dat een deel van de grafgiften voor haar waren bestemd, maar onderzoek op de mummie toont aan dat deze iets ouder dan 20 jaar was en verwant was met Toetanchamon. Het kon dus niet gaan om Teje, maar misschien was het voor Kiya, een bijvrouw van Echnaton: de canopen waren immers aan haar gericht.
*.
Er werd geopperd dat het misschien om Echnaton zelf ging; een theorie die al vanaf de ontdekking verkondigd werd door Arthur Weigall. Reden hiervoor is de Magische steen waarop de naam van Echnaton is vermeld. Het is ook zeker dat de persoon die hier begraven een man is, maar de leeftijd van rond de twintig maakt dat het onmogelijk Echnaton kan zijn. Er is echter grote twijfel rond die leeftijd en nieuwe onderzoeken schatten hem ouder dan 35 jaar.
*.
Een laatste mogelijkheid is dat Semenchare, de zoon van Echnaton hier begraven ligt.
*.
Bronnen en literatuur: Aldred C, Akhenaten, King of Egypt, 1988; Davis T, The tomb of queen Tiyi, 1910; Reeves N, Akhenaten: Egypt's False Prophet, 2001; Weigall, A, The mummy of Akhenaten, JEA, 8, 1922, p.193 e.v.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anchesenpaaton*-1324  †-1300  24



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen
2.Afgeschermd, Wikipedia


Teje
Teje .

tr.
met

Amenhteop III (Amenhotep III) 1,2, zn. van Thoetmosis IV en Moetemoeia, geb. 2 circa 1390 BC1,2,1,2,1,2, farao van 1379 BC tot 1340 BC, ovl. (ongeveer 50 jaar oud) in 1340 BC1,2,1,2, begr. 2, tr. (1) met zijn achternicht Tadu-Chepa (Kija) 1. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (2) met zijn dochter Sitamun 1, dr. van Amenhteop III en Teje, geb. in 1368 BC1,1. Uit dit huwelijk een dochter, tr. (3) met Nn van Babylon1, dr. van Kadaschman-Enlil I van Babylon en Nn, geb. circa 1385 BC1,1. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (4) met Isis . Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (5) met Giluchepa . Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (6) met zijn nicht Nn van Babylon, dr. van Burna-Buriasch II van Babylon en Mubalitat-Sherua van Assyriè (van Babylon), geb. in 1375 BC. Uit dit huwelijk geen kinderen.


Aantekeningen bij Amenhteop III .
Amenhotep III was een farao van de 18e Dynastie, van de Egyptische Oudheid. Zijn naam Amenhotep betekent: "Amon is tevreden", zijn tweede bekende naam betekent: "De heer van waarheid is Ra".
*.
Biografie.
Amenhotep was de zoon van Thoetmoses IV en Moetemoeia. Hij trouwde met een burgerdochter: Teye, de dochter van Yuya en Tuya. In zijn tijd was het Nieuwe Rijk op zijn hoogtepunt. Zijn regering was voornamelijk een tijd van vrede en voorspoed. De invloed van Egypte reikte ver, zijn naam wordt gevonden van Griekenland, Kreta, Anatolië en Babylon tot Jemen toe.
*.
Amenhotep III had een heel tempelcomplex nabij Thebe, waarvan nu enkel nog de Kolossen van Memnon overblijven. Daarbij liet hij speciaal voor Teye een kunstmatig meer aanleggen dat bijna twee kilometer lang en 370 meter breed was.
*.
Toch waren er zorgwekkende ontwikkelingen. In Anatolië werden de Hettieten steeds machtiger onder Hattusilis II en begonnen het bondgenootschap met Assyrië en Mitanni te bedreigen.
*.
In de binnenlandse politiek werden de priesters van Amon-Re in Thebe steeds machtiger en veeleisender. Ondanks de welvaart werd het steeds moeilijker de almaar groeiende tempelbureaucratie tevreden te stellen. Amenhotep probeerde daar wat tegenwicht tegen te scheppen door de priesters van Heliopolis en de Apis-cultus wat meer te begunstigen.
*.
In 2006 is er gesuggereerd dat er vóór zijn 20e regeringsjaar in Egypte een epidemie (gedacht wordt aan de pest) heeft plaatsgevonden. Er zijn daarvoor een aantal aanwijzingen. Zo is uit de meeste jaren van zijn bewind vrij uitgebreide documentatie bewaard, die echter plotseling een aantal jaren afbreekt. Na zijn twintigste jaar schenkt de koning opeens grote aandacht aan de godin Sekhmet. Zij is de godin van onheil en verwoesting waar voordien weinig aandacht aan geschonken werd.

Uit dit huwelijk 7 kinderen:1

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Baketaton     
Amenhtotep IV Echnaton*-1353  †-1324  29
Nebetah     
Thutmosis     
Henuttaunebu     
Isis     
Sitamun*-1368     



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen
2.Afgeschermd, Wikipedia


Anen
Anen .



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Aja II
Aja II (Eje) 1, geb. circa 1380 BC1,1,1, farao te Egypte [Egy] van 1309 BC tot 1305 BC, ovl. (ongeveer 75 jaar oud) in 1305 BC1,1.

tr. (1)
met

Anchesenpaaton 1, dr. van Amenhtotep IV Echnaton en Nofretete, geb. te Thebe [Egy]1 in 1334 BC1,1, ovl. (ongeveer 26 jaar oud) in 1308 BC1,1, tr. (2) met zoon van haar man Toetanchamom 1,2. Uit dit huwelijk 2 kinderen, tr. (3) met haar vader Amenhtotep IV Echnaton (Amenhotep IV) 1,2. Uit dit huwelijk een dochter.

tr. (2)
met

Yuy , geb. circa 1356 BC, zangeres van Isis en Min.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Nofretete*-1356  †-1327 Achetaton [Egy] 29
Nachtmin*-1358  †-1305  53

tr. (3)
met

Tia 1.

Uit dit huwelijk een dochter:1

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Mudnetjmet*-1350     



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen
2.Afgeschermd, Wikipedia

Thoetmosis IV
 
Thoetmosis IV 1,2, geb. circa 1410 BC1,2,1,2,1,2, farao van 1388 BC tot 1379 BC, ovl. (ongeveer 31 jaar oud) in 1379 BC1,2,1,2.



Aantekeningen bij Thoetmosis IV .
Thoetmosis IV of Thoetmozes IV was een Egyptische koning uit de 18e dynastie van de Egyptische Oudheid. Zijn naam Thoetmosis betekent "geboren uit Thot", en zijn tweede bekende naam Mencheperoera betekent "gemaakt in de vormen van Ra".
*.
Biografie.
De koning schijnt 9 jaar en 8 maanden te hebben geregeerd (Manetho), maar Egyptologen denken dat het acht jaar is. Hij deed aan buitenlandse politiek en hij sloeg een rel neer in Nubië en hij is genoemd als overheerser van Syrië. Thoetmosis IV had goede banden met de Mitanni en trouwde een Mitanniaanse prinses na veel onderhandelingen. Hij bouwde op grote schaal zoals dat toen in de mode was, hij maakte een obelisk af van Thoetmosis III. De obelisk is 32 meter hoog en is de grootste staande obelisk in Egypte.
*.
Het bekendste feit van Thoetmosis IV is dat hij de Sfinx van Gizeh heeft uitgegraven en de droomstele heeft opgericht. Hierin vertelt hij hoe hij als jonge knaap onder de sfinx lag te slapen en hoe de god Harmachis hem het koningschap beloofde als Thoetmosis de sfinx liet uitgraven. Een aantal Egyptologen menen dat Amenhotep II Thoetmosis IV niet als opvolger aannam, daarom heeft hij de sfinx uitgegraven om zijn koningschap te legitimeren.
*.
Bouwwerken.
Graf in Vallei der Koningen.
Herstellingen aan de Sfinx te Gizeh.
Tempel van Amon (Karnak): obelisk opgericht.
Werken in de Ptah-tempel te Memphis.
*.
Graf DK 43.
Graf DK 43 van de vallei der Koningen is het graf van Thoetmosis IV.

  • Vader:
    Amenhotep II , zn. van Thoetmosis IIII en Merire-Hatschepsut II, tr.
 

tr.
met

Moetemoeia 1,2, dr. van Artatama I en Nn, geb. 2 circa 1410 BC1,2,1,2,1, ovl. (ongeveer 50 jaar oud) circa 1360 BC1,2,1,2.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Amenhteop III*-1390  †-1340  50



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen
2.Afgeschermd, Wikipedia

Dossier:


Nn
Nn .

tr.
met

Tuschratta 1, zn. van Schuttarna II en Nn, geb. circa 1385 BC1,1,1, koning te Mitanni [Mit] van 1375 BC tot 1333 BC, ovl. (minstens 52 jaar oud) na 1333 BC1,1.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Tadu-Chepa (Kija)*-1355  †-1329  26



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Nn
Nn 1.

tr.
met

Schuttarna II 1, zn. van Artatama I en Nn, geb. 1 in 1415 BC1,1,1, koning te Mitanni [Mit] tussen 1390 BC en 1375 BC, ovl. (ongeveer 40 jaar oud) in 1375 BC1,1.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Giluchepa     
Tuschratta*-1385  †-1333  52



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Giluchepa
Giluchepa .



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Tuschratta
Tuschratta 1, geb. circa 1385 BC1,1,1, koning te Mitanni [Mit] van 1375 BC tot 1333 BC, ovl. (minstens 52 jaar oud) na 1333 BC1,1.

tr.
met

Nn .

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Tadu-Chepa (Kija)*-1355  †-1329  26



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Adad-Schuma-Usur van Babylon
Adad-Schuma-Usur van Babylon1, geb. circa 1240 BC1,1,1, koning te Babylon [Bab] van 1215 BC tot 1185 BC, ovl. (ongeveer 55 jaar oud) in 1185 BC1,1.

tr.
met

Nn 1.

Uit dit huwelijk een dochter:1

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Nn*-1220     



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen
2.Afgeschermd, Wikipedia


Nn
Nn 1.

tr.
met

Adad-Schuma-Usur van Babylon1, zn. van Kaschtiliasch IV van Babylon en Nn van Assyriè, geb. circa 1240 BC1,1,1, koning te Babylon [Bab] van 1215 BC tot 1185 BC, ovl. (ongeveer 55 jaar oud) in 1185 BC1,1.

Uit dit huwelijk een dochter:1

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Nn*-1220     



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Kaschtiliasch IV van Babylon
Kaschtiliasch IV van Babylon1,2, geb. circa 1260 BC1,2,1,2,1,2, koning te Babylon [Bab] van 1233 BC tot 1225 BC, ovl. (ongeveer 35 jaar oud) in 1225 BC1,2,1,2.

tr.
met

Nn van Assyriè1, dr. van Salmanassar I van Assyriè en Nn, geb. circa 1260 BC1,1.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Adad-Schuma-Usur*-1240  †-1185  55



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen
2.Afgeschermd, Wikipedia


Nn van Assyriè
Nn van Assyriè1, geb. circa 1260 BC1,1.

tr.
met

Kaschtiliasch IV van Babylon1,2, zn. van Kudur-Enlil I van Babylon en Nn, geb. circa 1260 BC1,2,1,2,1,2, koning te Babylon [Bab] van 1233 BC tot 1225 BC, ovl. (ongeveer 35 jaar oud) in 1225 BC1,2,1,2.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Adad-Schuma-Usur*-1240  †-1185  55



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen
2.Afgeschermd, Wikipedia


Kudur-Enlil I van Babylon
Kudur-Enlil I van Babylon1, geb. circa 1280 BC1,1,1, koning te Babylon [Bab] van 1255 BC tot 1246 BC, ovl. (ongeveer 34 jaar oud) in 1246 BC1,1.

tr.
met

Nn 1.

Uit dit huwelijk 2 zonen:1

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Kaschtiliasch IV*-1260  †-1225  35
Enhil-Nadin-Schumi*-1260  †-1224  36



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Nn
Nn 1.

tr.
met

Kudur-Enlil I van Babylon1, zn. van Kadaschman-Enlil II van Babylon en Nn, geb. circa 1280 BC1,1,1, koning te Babylon [Bab] van 1255 BC tot 1246 BC, ovl. (ongeveer 34 jaar oud) in 1246 BC1,1.

Uit dit huwelijk 2 zonen:1

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Kaschtiliasch IV*-1260  †-1225  35
Enhil-Nadin-Schumi*-1260  †-1224  36



Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen
')}