Genealogie van NazatenDeVries en anderen
Jantien Campermans
Jantien Campermans, geb. 2 1570, ovl. te Stitswerd [Gr] Overleden Stitswerd op Zuidwende.

tr. (resp. 36 en hoogstens 36 jaar oud) voor 1606
met

Goert Godfridus Ritsema, zn. van Eepe (Ipo) Ritsema en Elisabeth (Liesbet) Godefridi, geb. circa 1570, 'Provincie meyer' op 'Zuidwende' te Stitswerd, ovl. (ongeveer 76 jaar oud) te Stitswerd [Gr] Stitswerd op Zuidwende op woensdag 21 mrt 1646 21 Marty 1646 overleed op de Zuidwende te Stitswerd Goert 'Ritsema en 25 Oct. 1639 zijne vrouw Jantien Campermans. Volgens Spanheim was hij"Provincie meyer", als zoodanig opgevolgd door zijnen zoon Godfrydus,die in 1653 trouwde met Hindrickje Koens. In 1698 komen Frydus Ritsemaen sijn Huysvrouw op Teijum te Bellingeweer, en komen van Adorp. Ditzullen dezelfde personen zijn.
[3569] ANNO 1646, DEN 21 MARTY, IS GOERT RITSEMA IN DEN HEERE GERUST ENIS ALHYR BEGRAVEN.
N.B. Als GDW, nr. 3568.= (Onder houten vloer).


Aantekeningen bij Goert Godfridus Ritsema.
In 1609 provinciemeijer op Zuidwende te Stitswert.
Volgens Spanheim was hij "Provincie Meyer", als zoodanig opgevolgd doorzijnen zoon Godfrydus, die in 1653 trouwde met Hindrickje Koens.
Spanheim 2 [2. Provinciemeiers GRONINGEN 1632-1719 uit RA Statenarchiefinv. 2658] [Hunsingo].
Stidtwert Warfum Fol:379 vso.
Coert Ritsema op de Zuidwende en Jantijn geb: 134 jucken beneffens nog14 jucken de Poort venne en nog 33 jucken de Doode venne geheetenbedraegende 181 juck:.
AÀ 1648 de soon Godfrijdus Ritsema en Haaske Ritsema broeder en suster.
AÀ 1649 Godfrijdus Ritsema vriegesel allien.
AÀ 1653 get: an Hindrickje.
AÀ 1689 Hero Coens.
AÀ 1698 get: an Aouke.
AÀ 1661 zijn van dese 188 jucken afgegaen 49 juck: en verhuirt als opvolgende post te sien.
Dit verhaal staat ook in het Boerderijenboek: Boerderijen op hetHogeland,.
bij:.
"Heidemaheerd".
Onderdendamsterweg 13,.
9989 TG Warffum.
De boerderij Zuidwende, thans Oud Zuidwenda genoemd, lag aan de oostzijde van de Delthe en was een kloostervoorwerk. Dat wil zeggen, het was bewoond en in gebruik bij de kloosterlingen zelf. Zij bebouwden het land en in beginsel namen zij de ontginning in de Zuiderhorn ter hand enverbeterden de afwateringsmogelijkheden.
Reeds in 1598 is het land groot 134 jukken in gebruik bij een zekereLiesbet, wonende op Zuidwende.
Zij betaalt aan jaarlijkse huur 133 Embder gulden, 10 stuivers en eenvet varken. Deze Liesbet is weduwe van Eepe Ritsema en in 1585 krijgtzij ook in gebruik 14 jukken "Poortvenne" gelegen bij Zuidwende.
In 1610 zijn provincie meiers Coert Ritsema en zijn vrouw JantjenCampermans (overleden 1639).
In 1628 nemen zij ook de 14 jukken "Poortvenne" en 33 jukken "Doodvenne"in gebruik. Zij betalen hiervoor 1000 gulden en dit laatste land ligtaan de westzijde van de Delthe. De 33 jukken "Doodvenne" waren voordien bij de boerderij Asingaheerd in gebruik.
In 1648 zijn de broer en zuster, Godfriedus en Haaske Ritsema debewoners. In 1649 staat Godfriedus alleen te boek en in 1653 trouwt hijmet Hendrikje. In 1650 worden 13 jukken van de "Doodvenne" overgedragen aan Garbrand Thomas, nr. 16.
R.A.II.b.d.13.fol.66. Vonnis Hoofdmannenkamer 1 Febr. 1610. GoertRitsema voordaget van Johan Hendriks van Waarendorp, transport hebbendevan Reinier Eisinghe umme betalinge van eenige boekschulden.
R.A.III.x.25 May 1645. Goert Ritsema draagt over aan zijne kinderen 2versegelde obligatien, ieder groot Duisent car. gl. houdende over de provincie van Stadt Groningen en Ommelanden in dato den 9 en 30 April1629, welke brieven de kinderen meede voor en in plaatse van moederlijke goederen toe diele gevallen binnen.
R.A.IIb.d.13. fol. 66. Vonnis Hoofdmannenkamer 1 Febr. 1610. GoertRitsema voor Jacobs ten Busch en vr. Elisabeth Ritsema sijn ecghtgenote, d'E. Annetie Ritsema wed. van wijlen Jan Jacobs, d'E. Fridus Ritsema ensijn E. Huisvr. Hindrickien Coenes, mitsgaders d'E. Jacob Helmholt envr. Renske Louwes sijn ecghtgenoot deelen de nalatenschap van zall. Hieronimus Ritsema in vijf gelijcke parten ('t zamen monterende 3216car. gl. 12 st.).
De kinderen van Goert Ritsema zijn dus erfgenamen van Hieronimus Ritsema en misschien is deze dan ook een zoon van Elisabeth, weduwe van Eepe Ritsema, de vermoedelijke dochter van Georgius Godefridi. En nu was een zekere Hiweronimus Gotfridus o.a. in 1570 voorkomende alsrentmeester van Johan van Ewsum. Zie Het Geslacht Ewsum, van Mevrouw Hartgerink-Koomans, blz. 182, 202, enz.
Gens Nostra 1957:.
Terugkerende naar" Zuidwende" zien wij dat in 1609 Goert Rifsema optreed als beklemde meier en dat hij in 1626 genoemd wordt met zijn vrouw Jantien.
Blijkens het in 1721 door de provinciale rentmeester Spanheim aangelegde"Staetboek van de Provincie Meijeren" komen Goert Ritsema en Jantjen in1628 eveneens voor als bewoners van "Zuidwende".
Het is jammer dat bij de op last van Spanheim aangelegde kaarten van de verschillende kloosterboerderijen geen kaart van het grondgebied van"Zuidwende" voorkomt. Hierdoor kan geen inzicht verkregen worden in deloop der oude grenzen.
Dat dit verschil aanleiding heeft gegeven is op te maken uit een acted.d. 24 Oct. 1644 waarbij Goert Rifsema aanspraak maakt op bepaalde gronden toebehorende aan de hoveling Jacob Clant op Nijenstein onderZandeweer die deze landen had verkregen van wijlen Melle Broersma endiens echtgenote Clara Rollemans. (Ned. Leeuw 1940 bl. 288 en N.v.h.N.14-8-1954. bl. 7.).
Dat overigens het grondgebied van de boerderij er mocht zijn blijktuit de eerste aantekeningen voorkomende in opgemeld "Staetboek" n.l.
"1628 Goert Ritsema en Jantjen gebr. 134 jukken beneffens nog 14 juk depoortvenne ende nog 33 jukken de doodvenne geheten bedragende 181jukken" en "anno 1659 is dit Land na de Nieuwe Mate groot bevonden 188 jukken en 28 roeden".
Hiervan ging in 1661 49 juk af, zodat de kleinzoon Heere Coens in 1719 138 juk en 28 roeden inhuurde tegen 277 Car. guldens per jaar.
In deel II van het "Staetboek" worden de vaste huren als volgtvermeld:.
"1632 Goert Ritsema als voren betaalt huur 380 gl.
1659 gemeten en groot bevonden 188 jukken en 28 roeden huur 470 gl.
1661 verminderd met 49 juk 346 gl;.
1689 Heere Coens betaalt 's jaars 207 gl. 15 st;.
1719 Heere Coens en Auke ses jaar ingehuurd 277 gl;.
1725 dito 6 jaare;.
1727 Koene Heeres 277 gl;.
1731 cont. ses jaar.
"Boerderijenboek Middelstum-Kantens", blz. 405. Nr. 104.
Oud-Zuidwenda,.
Stitswerderweg 28, Stitswerd.
Oppervlakte:38.33.70 ha, grasland waarvan plm. 1 ha erf en wegen.
Deze boerderij aan de Delthe hoorde vroeger als voorwerk bij hetklooster van Warffum. Een voorwerk wil zeggen dat het land doorkloosterlingen, samen met leken werd geëxploiteerd. In 1595 werd het een provincieplaats, tot 1767. In 1610 werden Goert Ritsma en JantienCampermans (zie grafschrift) meijers, na 1639 Goert als weduwnaar. In1647, na zijn overlijden, werd de zoon Godfridus Ritsema opvolger. Hij trouwde in 1653 met Hendrikje. In dat jaar waren er twee percelen,"Poortvenne" en "Doodvenne", 14 en 23 jukkun groot en gelegen aan deoverzijde van de Delthe bij het bedrijf in gebruik. Van het land dat nu nog bij de boerderij hoort zijn de volgende namen bekend "'t Olle laand;'t houk stuk; 't olle laand achter; 't hoge stuk; bloeme stukje; lutjestuk; lange stuk; mosterd laand; ossestuk; vier boeren houk; lege wier.De wierde, bij de kerk, is omstreeks 1938 afgegraven. In 1689 werden Hero Coenes en Auke Cornelis meijers. Ze kochten de behuizing van deprovincie die deze in datzelfde jaar gekocht had. Ze overleden respectievelijk in 1720 en 1719 (zie huismerk). Hun ongehuwde zoon Coene Heeres kwam toen op het bedrijf. De oppervlakte was van 148 jukken, 181jukken, 188 grazen en 28 roeden geworden. Een andere zoon, Alje Heeres,gehuwd met Hindrikje Jans Woest, werd in 1749 meijer. Ze overleden in1773 en 1770 (zie grafschriften).
Hun zoon Coene Aljes, die nog minderjarig was, werd erfgenaam en zijnvoogden verkochten Zuidwenda in 1782 aan Cornelis Jans en Anje Harms. De plaats werd als volgt beschreven:"..hun behuising bestaande in een binnenhuis, keuken, karnhuis met karnmolen en een grote vriesche schuur,met het regt der vaste en altoosdurende beklemming van 138 grazen en 28r oeden land, met groote Hoven, Cingels en vele vrugt en onvrugdragende geboomten.." In 1804 werd het bedrijf verkocht aan Jacob HindriksKemper en vrouw Aaltje Bartels. Er was toen sprake van zowel groen- als bouwland. Als er toen brand uitgebroken zou zijn op het bedrijf, had menuit de brandkas van Middelstum 2.000,-- kunnen trekken want ook toenkende men al verzekeringen. In 1806 werden Hessel Douwes Mellema en echtgenote Wendel Daniëls de Ruiter meijers. Al vrij snel werd Hesselweduwnaar. Tussen 1825 en 1829 werd hij opgevolgd door Hidde HendricusPesman, gehuwd met Trientje Hessels Mellema. In 1864 werden hun 4 kinderen erfgenamen, van wie in 1868 Hindericus Hiddes, gehuwd met Trijntje Smedema, meijer werd van 50 van de 71 ha. De gezamenlijke erven kochten 19 ha. In 1878 werden Alje Cornelis van Hoorn en echtgenote Oktje Roelfs Elema kopers van de 50 ha, bij publieke veiling. In 1879 werden ze de bewoners, tot 1907. Zoon Cornelis, gehuwd met HielkjeVlieger, woonde tot 1913 op Zuidwenda. In 1920 werd Pieter Boukema,weduwnaar van Aaltje Hijlkema, koper. Hij overleed in 1933. Teeuwes Zwaagman en Aaltje Steenhuis waren bewoners geweest. In 1933 werd Oud-Zuidwenda met plm. 30 ha verkocht aan Wildrik Jan Bos, gehuwd metWiepke Gelderloos, en aan Renger Dojes, gehuwd met Jantje Bleeker. Defamilie Westers kocht 20.60.20 ha en bouwde daarop boerderij nr.103.(Stitswerderweg 26, Stitswerd, Veebedrijf.) Oud-Zuidwenda werd in hetzelfde jaar weer doorverkocht aan Hendrik Meersma, gehuwd met UdomaraMartens, en Geert Postma, gehuwd met Hindrikje Postma. In 1958, 1960 en1964 zijn respectievelijk het voorhuis, de schuur en de hal verbouwd.Ook werd Oud-Zuidwenda (in tegenstelling tot Nieuw-Zuidwenda) omgedoopt in Nooit Gedacht. De boerderij werd voor de derde maal in 1933 verkocht.Koper was ditmaal Pieter Venema, die in 1935 huwde met Trientje Brink.Pieter Been werd medebewoner. In 1938 werd de beklemming op het landafgekocht. In 1951 werd Trientje Brink weduwe, in 1968 overleed ze.Floris Tunnis Venema, ongehuwd, en Hemke Egbert Stiksma, gehuwd met Jantje Been, overleden in 1981, die al medebewoners waren, werdenerfgenamen. In 1974 zijn er 8 ha land bijgekocht die tot 1772 bi jOckemaheerd (nr. 106) hoorden. In de twee tussenliggende eeuwen hebben deze 8 ha bij verschillende boerderijen en bij een kremerij gehoord.
Op Stitswerderweg 28 is nu "Venema-Stiksma Maatschap", 9999 XJStitswerd.
Gens Nostra, october 1957:.
"Zuidwende" en het geslacht Ritsema.
door P.J. Ritsema.
Door vlijt en zegen wordt veel verkregen (gevelsteen op "Nieuw-Zuidwende").
Wanneer men staande op het boomloze, tamelijk hoog boven het maaiveld liggende kerkhof van het Groningse dorpje Stitswerd, de blik zuidwaarts wendt in de richting Onderdendam, ontwaart men, in het vrijwel.
vlakke landschap tussen hoogopgaand geboomte, een naar noord-groningse maatstaven gerekend kleine en eenvoudige boerderij. Het is "Zuidwende".
Gelegen ver van de drukte der hedendaagse verkeerswegen aan het eeuwenoude riviertje de Delthe, welk riviertje in vroegere eeuwen mogelijk het enigste communicatiemiddel tussen de bewoners van "Zuidwende" en de buitenwereld was, straalt het heden ten dage nog een rust uit die weldadig aandoet. Gelegen aan het uiteinde van een 15 minuten lange "rede" ontvangen.
de bewoners alleen bezoek van hen die er beslist moeten zijn. Mogelijk dat het zomerseizoen een enkele visser lokt om tussen het hoge oeverriet zijn geluk te beproeven en dat in de herfst een enkele met suikerbieten beladen schip de Delthe afzakt, doch dit alles vermag de rust niet of slechts voor een wijle te verbreken.
Mag men A.J. v.d. Aa geloven, dan zou hier reeds in 1224 een kloostervan dezelfde naam hebben gestaan echter ook wel St. Anna genoemd,waarover de abt van het klooster "Bethlehem" te Rottum het bestuur had.
Uit het klooster St. Anna zou opgemelde abt in 1224 een monnik hebben doen halen en hem in een onderaardse spelonk hebben doen opsluitenomdat hij zich tegen de kruistochten zou hebben gekeerd.
Veel is hierover reeds pro en contra geschreven, zodat wij ons de moeite om de waarheid hiervan te achterhalen kunnen besparen.
De beschrijving die v.d. Aa geeft, slaat echter niet op detegenwoordige boerderij "Zuidwende", zodat vermoedelijk gegevens betreffende het oude klooster St. Anna door de toenmalige onderzoekers zijn verwisseld met die van de eveneens eeuwenoude boerderij.
De woning van deze boerderij is nog geheel opgetrokken van z.g.n. kloosterstenen terwijl de fundamenten van de schuren van dezelfde steen zijn. Het erf is nog omringd door een brede gracht en vanaf de rede door een daarin geworpen dam zonder toegangshek te betreden. Ook op de smalle strook grond tussen gracht en Delthe kan men op dezelfde wijze komen.
In de voorgevel bevinden zich thans drie ramen. Een daarvan is oorspronkelijk de buitendeur geweest doch na 1900 heeft men de tamelijk brede gang, uitkomende op de dwars- of brandgang, die de woning van de schuren scheidt, laten vervallen en tot slaapkamertjes omgebouwd.
In de daaronder gelegen kelder krijgt men een goede indruk van de hechtheid der fundamenten. Een volgens dezelfde schrijver in 1847 aanwezige steen met het jaartal 1544 in Romeinse karakters, is thans niet meer te vinden. Wel bevindt zich boven de ramen een gevelsteen, maar wat daarop gestaan zal hebben is door de tands des tijds of wel door ondeskundige behandeling uitgewist.
Omtrent de alleroudste geschiedenis van "Zuidwende" of "Zuidwenda"zoals het vroeger geschreven werd, tasten we dus wat de feiten betreft,in het duister. Dat het echter zeer oud moet zijn, staat wel vast.
Reeds in 1503 wordt "Zuijtwende" genoemd als een voorwerk mede verplichttot het onderhoud van de brug over de Delthe te Onderdendam. (H.O. Feith:"Het Groninger beklemrecht", deel II, blz. 553.).
Bij de reductie van 1594 werden zoals bekend de kloostergoederen genaasten kwam "Zuidwende", dat tot dat jaar het eigendom was van deCommanderij Warffum, aan Stad en Lande. Het verband tussen het geslacht Ritsema en "Zuidwende" wordt voor het eerst gevonden in een acte uit dejaren 1580-1585. Zie Jurjen Godefridi, de vader van Elisabeth Godefridi.

Uit dit huwelijk 8 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Elisabeth Goerts*1605  †1666  61
Haaske Goerts     
Hieronimus (Goerts)     
Ipo Goerts     
Jacob (Goerts)     
Trijntje Goerts     
Godfrijdus Goerts (Frijdus)     
Anna Goerts     


Haaske Goerts Ritsema
Haaske Goerts Ritsema.


Hieronimus Ritsema
Hieronimus (Goerts) Ritsema.


Ipo Goerts Ritsema
Ipo Goerts Ritsema.


Jacob Ritsema
Jacob (Goerts) Ritsema.


Trijntje Goerts Ritsema
Trijntje Goerts Ritsema.


Godfrijdus Goerts Ritsema
Godfrijdus Goerts (Frijdus) Ritsema.


Anna Goerts Ritsema
Anna Goerts Ritsema.


Eepe Ritsema
Eepe (Ipo) Ritsema, geb. circa 1540, Vermoedelijk beklemde meier op Zuidwende te Stitswerd [Gr] voor 1585, ovl. (ongeveer 45 jaar oud) te Stitswerd [Gr] Zuidewende circa 1585.

tr. (beiden hoogstens 30 jaar oud) voor 1570
met

Elisabeth (Liesbet) Godefridi, dr. van Georgien (Jurgen) Godefridi en Trijn van Beyma, geb. circa 1540, Wordt genoemd als meijerse op Zuidwende van 1585 tot haar dood, ovl. (ongeveer 63 jaar oud) in 1603, tr. (2) met Ulrich Abbes. Uit dit huwelijk geen kinderen.


Aantekeningen bij Elisabeth (Liesbet) Godefridi.
Boek:"Boerderijen op 't Hogeland", nr. 21.
Heidemaheerd.
Onderdendamsterweg 13.
9989 TG Warffum.
De landerijen van de boerderij behoren in de zestiende eeuw bij de bezittingen van het klooster te Warffum. Opmerkelijk is echter dat zijniet in de rekeningboeken van de provincie onder Warffum voorkomen.Zoals wel het geval is met de andere bezittingen te Warffum, die na 1609 eigendom worden van de provincie.
Dit feit is verklaarbaar, doordat de bedoelde landerijen pas in 1661 van de boerderij Zuidwende te Stitswerd zijn afgesplitst. Ze worden vanaf die tijd dan ook genoteerd als voormalig Warffumer kloosterbezit te Stitswerd.
De boerderij Zuidwende, thans Oud Zuidwenda genoemd, lag aan de oostzijde van de Delthe en was een kloostervoorwerk. Dat wil zeggen, het was bewoond en in gebruik bij de kloosterlingen zelf.
Zij bebouwden het land en in beginsel namen zij de ontginning in deZuiderhorn ter hand en verbeterden de afwateringsmogelijkheden.
Reeds in 1598 is het land groot 134 jukken in gebruik bij een zekereLiesbet, wonende op Zuidwende.
Zij betaalt aan jaarlijkse huur 133 Embder gulden, 10 stuivers en eenvet varken. Deze Liesbet is weduwe van Eepe Ritsema en in 1585 krijgtzij ook in gebruik 14 jukken "Poortvenne" gelegen bij Zuidwende.
In 1610 zijn provincie meiers Coert Ritsema en zijn vrouw JantjenCampermans, overleden 1639.
In 1628 nemen zij ook de 14 jukken "Poortvenne" en 33 jukken "Doodvenne"in gebruik. Zij betalen hiervoor 1000 gulden en dit laatste land ligtaan de westzijde van de Delthe. De 33 jukken "Doodvenne" waren voordien bij de boerderij Asingaheerd in gebruik.
Elisabeth, de weduwe van Eepe Ritsema, zal een dochter van RaadsheerGeorgius (Jurgen) Godefridi geweest zijn. Hoewel het bewijs niet isgeleverd, omdat doop- en trouwboeken uit dien tijd niet meer aanwezigzijn, kan dat, naar veler meening, als vaststaand worden aangenomen.
Staet van het inkoment des convents Warffum, Juny 1598: Stywaert.Lysabet up de Suytwende heeft in 't gebruyck 134 jucken ende geeft 100daalders to huir met een veet swijn. (veet swijn= vet varken).

Uit dit huwelijk 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Goert Godfridus*1570  †1646 Stitswerd [Gr] 76
Christina*1570 Stitswerd [Gr]    
Hieronieumus*1570     


Elisabeth Godefridi
Elisabeth (Liesbet) Godefridi, geb. circa 1540, Wordt genoemd als meijerse op Zuidwende van 1585 tot haar dood, ovl. (ongeveer 63 jaar oud) in 1603.


Aantekeningen bij Elisabeth (Liesbet) Godefridi.
Boek:"Boerderijen op 't Hogeland", nr. 21.
Heidemaheerd.
Onderdendamsterweg 13.
9989 TG Warffum.
De landerijen van de boerderij behoren in de zestiende eeuw bij de bezittingen van het klooster te Warffum. Opmerkelijk is echter dat zijniet in de rekeningboeken van de provincie onder Warffum voorkomen.Zoals wel het geval is met de andere bezittingen te Warffum, die na 1609 eigendom worden van de provincie.
Dit feit is verklaarbaar, doordat de bedoelde landerijen pas in 1661 van de boerderij Zuidwende te Stitswerd zijn afgesplitst. Ze worden vanaf die tijd dan ook genoteerd als voormalig Warffumer kloosterbezit te Stitswerd.
De boerderij Zuidwende, thans Oud Zuidwenda genoemd, lag aan de oostzijde van de Delthe en was een kloostervoorwerk. Dat wil zeggen, het was bewoond en in gebruik bij de kloosterlingen zelf.
Zij bebouwden het land en in beginsel namen zij de ontginning in deZuiderhorn ter hand en verbeterden de afwateringsmogelijkheden.
Reeds in 1598 is het land groot 134 jukken in gebruik bij een zekereLiesbet, wonende op Zuidwende.
Zij betaalt aan jaarlijkse huur 133 Embder gulden, 10 stuivers en eenvet varken. Deze Liesbet is weduwe van Eepe Ritsema en in 1585 krijgtzij ook in gebruik 14 jukken "Poortvenne" gelegen bij Zuidwende.
In 1610 zijn provincie meiers Coert Ritsema en zijn vrouw JantjenCampermans, overleden 1639.
In 1628 nemen zij ook de 14 jukken "Poortvenne" en 33 jukken "Doodvenne"in gebruik. Zij betalen hiervoor 1000 gulden en dit laatste land ligtaan de westzijde van de Delthe. De 33 jukken "Doodvenne" waren voordien bij de boerderij Asingaheerd in gebruik.
Elisabeth, de weduwe van Eepe Ritsema, zal een dochter van RaadsheerGeorgius (Jurgen) Godefridi geweest zijn. Hoewel het bewijs niet isgeleverd, omdat doop- en trouwboeken uit dien tijd niet meer aanwezigzijn, kan dat, naar veler meening, als vaststaand worden aangenomen.
Staet van het inkoment des convents Warffum, Juny 1598: Stywaert.Lysabet up de Suytwende heeft in 't gebruyck 134 jucken ende geeft 100daalders to huir met een veet swijn. (veet swijn= vet varken).

tr. (beiden hoogstens 30 jaar oud) (1) voor 1570
met

Eepe (Ipo) Ritsema, zn. van Ubbo Ritsema en Nn Nn, geb. circa 1540, Vermoedelijk beklemde meier op Zuidwende te Stitswerd [Gr] voor 1585, ovl. (ongeveer 45 jaar oud) te Stitswerd [Gr] Zuidewende circa 1585.

Uit dit huwelijk 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Goert Godfridus*1570  †1646 Stitswerd [Gr] 76
Christina*1570 Stitswerd [Gr]    
Hieronieumus*1570     

tr. (beiden minstens 45 jaar oud) (2) na 1585
met

Ulrich Abbes, geb. circa 1540, ovl. (ongeveer 40 jaar oud) in 1580.


Ubbo Ritsema
Ubbo Ritsema.

tr.
met

Nn Nn.

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Eepe (Ipo)*1540  †1585 Stitswerd [Gr] 45
Ghele     
Dirck     
Ejelke     


Nn Nn
Nn Nn.

tr.
met

Ubbo Ritsema.

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Eepe (Ipo)*1540  †1585 Stitswerd [Gr] 45
Ghele     
Dirck     
Ejelke     


Ghele Ritsema
Ghele Ritsema.


Dirck Ritsema
Dirck Ritsema.


Ejelke Ritsema
Ejelke Ritsema.


Georgien Godefridi
Georgien (Jurgen) Godefridi.

tr.
met

Trijn van Beyma, dr. van Seerp Seerps van Beyma en Taets Juckesdr. van Beyma, geb. circa 1510.

Uit dit huwelijk 2 dochters:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Elisabeth (Liesbet)*1540  †1603  63
Tita*1540     


Trijn van Beyma
Trijn van Beyma, geb. circa 1510.

tr.
met

Georgien (Jurgen) Godefridi.

Uit dit huwelijk 2 dochters:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Elisabeth (Liesbet)*1540  †1603  63
Tita*1540     


Seerp Seerps van Beyma
Seerp Seerps van Beyma, ovl. in 1559.


Aantekeningen bij Seerp Seerps van Beyma.
Hij staat ook bekend als Seerp Seerps van Beijma.
Wapen: Gedeeld:I verlaagd doorsneden: a. een halve adelaar; b. twee meteen lint samengebonden commandostaven, schuinkruislings; II een zwaard. Bron: GDW.

tr.
met

Taets Juckesdr. van Beyma, dr. van Jucke Jans van Beyma en Nn Nn. Zij staat ook bekend als Taets Juckesdr. van Beijma.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Trijn*1510     


Taets Juckesdr. van Beyma
Taets Juckesdr. van Beyma. Zij staat ook bekend als Taets Juckesdr. van Beijma.

tr.
met

Seerp Seerps van Beyma, zn. van Seerp Lieuwes van Beyma en Nn Nn, ovl. in 1559.


Aantekeningen bij Seerp Seerps van Beyma.
Hij staat ook bekend als Seerp Seerps van Beijma.
Wapen: Gedeeld:I verlaagd doorsneden: a. een halve adelaar; b. twee meteen lint samengebonden commandostaven, schuinkruislings; II een zwaard. Bron: GDW.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Trijn*1510     


Jucke Jans van Beyma
Jucke Jans van Beyma. Wordt genoemd als ´op Beymastate te Blija´.

tr.
met

Nn Nn.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Taets Juckesdr.     

')}