De Jacobuskerk van Feerwerd
De Jacobuskerk is een middeleeuwse kerk aan de Valgeweg 3 te Feerwerd. De kerk is een Rijksmonument (nr. 15553). De kerk is eigendom van de Stichting Oude Groninger Kerken en is aangewezen als rustpunt en vormt sinds het begin een vast onderdeel van de jaarlijkse Zomerjazzfietstour. Ook worden er jaarlijks vele muziekoptredens gehouden.
Bij de restauratie van 1992-1993 wordt bouw van de kerk gezien de dikte van de muren, het grote formaat van de kloostermoppen en het metselwerk geschat op het begin van de 13e eeuw. De parochie van Feerwerd wordt voor het eerst genoemd in 1283, als het patronaatsrecht over verschillende goederen (waaronder Feerwerd) door de Abdij van Werden wordt overgedragen aan de bisschop van Münster. De kerk is oorspronkelijk gewijd aan Jakobus de Meerdere. De kerk heeft bij de bouw vermoedelijk drie traveeën gehad met evenveel rondboogvensters en gewelven. De afgekapte muraalbogen van de gewelven zijn nog te zien aan de noord- en zuidzijde van de westtravee. Een andere aanwijzing voor de gewelven is het feit dat de muren naar buiten wijken, wat een gevolg kan zijn van de spatkrachten.
Tip:
Voor alle afbeeldingen op deze pagina geldt het volgende. Als je met je muis op een afbeelding gaat staan, verschijnt een handje. Klik en de afbeelding wordt vergroot weergegeven in een nieuw venster/tabblad. Klik op de vergroting om de afbeelding nog groter te maken. Scrol met de muis of gebruik de schuifbalken rechts en/of onder om de afbeelding nog beter te bekijken. Klik op het kruisje rechts in het tabblad en de vergrote afbeelding wordt weer gesloten.
De gewelven storten later deels in. Het koor is vermoedelijk oorspronkelijk rechtgesloten en heeft waarschijnlijk ook een topgevel gehad, maar dit is niet zeker omdat deze vrij dunne muur ook later kan zijn opgetrokken. In het midden van de westelijke travee zijn bij de restauratie van 1992-1993 de resten van de sokkel (basement) van een waarschijnlijk 15e-eeuws doopvont teruggevonden. In de 17e eeuw zijn waarschijnlijk nieuwe gotische vensters uitgebroken tussen de oude romaanse vensters om meer licht te verkrijgen. In die tijd spelen meerdere twisten tussen de eigenaren van de Aldringaborg en de Luursemaheerd bij Feerwerd, onder andere over het torenuurwerk.
De Jacobuskerk van Feerwerd heeft een eenvoudige uitstraling. Foto: ©Jur Kuipers, 2021.
De kerk heeft oorspronkelijk waarschijnlijk een vrijstaande toren met zadeldak gehad, waarvan de klok uit 1466 van Hendrick Kokenbacker met opschrift 'Maria bin ik geheten, de van Fervert lete mi gheten' draagt. Deze klok wordt in 1697 aan Oostum verkocht. Volgens een volksverhaal zou de klok echter bij een conflict tussen de Feerwerders en de Oostumers door de laatsten als oorlogsbuit meegenomen zijn naar dit dorp. De vrijstaande toren is in die tijd mogelijk vervangen door een houten dakruiter met een koepeltje op de westpunt van het dak van de kerk. In 1826 wordt hierin een nieuwe klok van Petit en Fritsen gehangen.
HER JOHAN VAN GOG KERKHER, MENNE DOINCK, KUNNE LURSAMENC UNDE BOLE WOGHEDE VEREN, HENRIK ME GHEGOTEN HAT ANNO DNI MCCCCLXVI. MARIA BIN IK GHHETEN, DE VAN FERVERT LETEN MI GHETEN.
N.B. Hervormde kerk Oostum. Nog niet aanwezig 12 oktober 1610. Zie: RAG, Statenarchieven, inv. nr. 3, blz. 1894 verso; Archieven hoge justitiekamer, inv. nr. 925, blz. 134. Verzoek van Niclaes Mahuy aan luitenant en hoofdmannen om klok van Feerwerd te mogen verkopen, 12 juni 1697. GDW, blz. 104, nr. [316].
In 1859 is de kerk sterk verbouwd. De oost- en westgevel zijn toen vernieuwd, het dak wordt verlaagd en de kerk wordt gepleisterd. Waarschijnlijk zijn toen ook de 17e-eeuwse vensters weer dichtgezet en de oorspronkelijke vensters vergroot naar beneden en voorzien van houten harnassen, maar dit kan ook al eerder zijn gebeurd.
Interieur van de Jacobuskerk met achter in het midden de preekstoel. Foto: ©Jur Kuipers, 2021.
De lisenen die in 1859 samen met het pleisterwerk zijn aangebracht komen niet overeen met de oorspronkelijke indeling in traveeën. Mogelijk is bij deze verbouwing ook de huidige zoldering aangebracht. Een van de belangrijkste wijzigingen is echter de nieuwe westtoren met achtkante ingesnoerde spits en windhaan, die ter vervanging van de dakkapel is geplaatst. Omdat de toren deels op het oude fundament van de kerk is geplaatst, begint deze al snel over te hellen. In 1882 stort de klok naar beneden, waarna een jaar later een nieuwe klok is teruggehangen met een diameter van ongeveer 71 cm, die is gegoten door Van Bergen uit Midwolda. Deze klok wordt in maart 1943 gestolen door de Duitse bezetter en vervolgens omgesmolten voor oorlogstuig. In 1950 is de toren daarom voorzien van een nieuwe klok van (Jacobus) Van Bergen. Het huidige torenuurwerk is in 1929 geplaatst. In de jaren 1960 helt de toren zover over dat deze in 1968 hersteld moet worden. Daarbij worden tevens de leistenen dakpannen op het dak vervangen door dakleer. In 1977 wordt de kerk eigendom van de Stichting Oude Groninger Kerken. Deze laat de kerk tussen 1992 en 1993 restaureren. De kerk is daarbij ontdaan van de klimop die de kerk deels heeft overwoekerd en ook het interieur wordt op punten aangepast. Zo zijn de oude kachels verwijderd en de vloer en de pleisterlaag zijn vernieuwd.
Het koor en de preekstoel met de oude grafzerken. Foto: ©Jur Kuipers, 2021.
Onder de pleisterlaag worden de oude noord- en zuidingang en een aantal lage vensters teruggevonden, die echter weer onder een nieuwe pleisterlaag worden bedekt.
Interieur
De Jacobuskerk bezit een preekstoel, de avondmaalstafel en een herenbank, die dateren uit de 17e eeuw. De preekstoel heeft als onderstel een Toscaanse zuil met daarboven een kuip met gecanneleerde halfzuiltjes. In de 19e eeuw is het kerkinterieur vernieuwd. Het huidige gietijzeren doophek wordy dan geplaatst rond de preekstoel en ook de kerkbanken en het loze orgelfront dat moet verhullen dat de kerk geen orgel heeft, stammen uit die tijd. De avondmaalstafel krijgt later een nieuw tafelblad. Bij de kerk horen verder twee collectebussen, waarvan een uit de 19e eeuw, en twee avondmaalsbekers; een door Reinder Alberda in 1663 geschonken beker met de wapens van Alberda en Ripperda, nu in het Groninger Museum, en een uit 1895, destijds aangekocht door de kerkvoogdij.
Een aantal grafzerken in het koor zijn hier duidelijk zichtbaar. Foto: ©Jur Kuipers, 2021.
Grafzerken
Onder de vloer ligt een grafkelder. Deze is mogelijk in de 16e eeuw door de familie Tayenghe aangelegd en komt vervolgens begin 17e eeuw in handen van de familie Aldringa van de Aldringaborg. Boven de ingang is door borgheer Popco Aldringa en zijn vrouw Petertien Broersema vervolgens een ingangssteen geplaatst met het opschrift 'Dit is de inganck van ioncke Aldringa kelder', en de alliantiewapens van dit echtpaar. De ingang wordt in 1873 bedekt met een nieuwe houten vloer en is in 1936 teruggevonden, waarbij drie kisten zijn aangetroffen met de resten van Gerhard Aldringa, vrouwe Meint Aldringa en Popco Aldringa. Een van de schedels heeft een deuk of scheur in de schedel, die volgens een dokter veroorzaakt is door een sabelhouw. Sindsdien is de grafkelder weer zichtbaar in de kerkvloer. In de grafkelder daalt voor het eerst sinds 100 jaar Dr. Westendorp af in 1936.
Op de vloer voor de preekstoel liggen een aantal zerken van onder andere leden van de adellijke families van de Aldringaborg en de Luursemaheerd, waaronder enkele 16e-eeuwse en een grafzerk uit 1493 van Sicke Luersumma met de symbolen van de vier evangelisten.
De oudste grafzerk in de kerk is die van de 'Salighe Sicke Luersumma' uit 1491. Randschrift:
ANNO DOMINI DUSENT CCCC ENDE XCIII OP MEYDACH DO STAERFF SALIGHE SICKE LUERSUMMA. BIDDET VOER DIE SIELE PR.
Op het middenvak van de steen een heel groot schuingeplaatste helm met eronder een schuingeplaats schild met een klimmende leeuw met gespleten staart. In de hoeken van de zerk vier kleine cartouches met afbeeldingen.Foto: ©Jur Kuipers, 2021.
Opschriften: Albertien Doenga, overl. 20 december 1632, echtgenote van Jebbo Aldringa. Grafschrift:
ANNO 1632 DEN 20 DECEMB IS DE EDELE ERENTRICKE VROW ALBERTIEN DOENGA GEWSEN HUSVROWE DES EDELEN ERENTFESTE JONCKER JEBBO ALDRINGA GODTSALICH IN DEN HERE ENTSLAPEN VERWACHTEND EEN FROLICKE OPSTANDINGE IN CHRISTO.
Iconografie: Bovenaan de steen een ronde cartouche met een wapen. Eronder is de steen in tweeën gedeeld met tekst voor de beide echtelieden. Links van de man rechts van de vrouw. Het wapen omvat twee schilden beiden gedeeld. Linker schild links de adelaar van Aldringa, rechts kasteel met drie torens. Rechter schild links een lelie, rechts twee tegen elkaar opspringende paarden. Hierboven een helm met helmkleed en als helmteken de adelaar van Aldringa. Foto: ©Jur Kuipers, 2021.
Alle grafzerken met opschrift:
ANNO DOMINI DUSENT CCCC ENDE XCIII OP MEYDACH DO STAERFF SALIGHE SICKE LUERSUMMA. BIDDET VOER DIE SIELE PR. NR.
Grafzerk uit 1491. Wapen: Een leeuw met een gespleten staart. N.B. Afgebeeld: GDW, plaat IV. RAG, Bibliotheek, nr. 707. Lichtdruk van tekening door J. en F. J. Olthuis. 1936. Sterfdag 1 mei.105 GDW, blz. 104, nr. [317]. (Foto links: ©Jur Kuipers).
INT JAER ONS HEREN DUSENT VCXXXIX, DES VONDESDAGHES NA MEY, STARF DE ERBAER JACOP TAEYNGHE, DEN GODT G[ENEDICH] SY.
N.B. Hierbij: GDW, nr. 1181. Afgebeeld als GDW, nr. 317. Letters tussen haken weggekapt ten behoeve van later aangebrachte wapens. Sterfdag 3 mei. GDW, blz. 105, nr. [318].
KERNELIS ALLERSMA, GESTORVEN A° 1556, DEN 15 JANUARIO. DE. OP. AE. S.
Wapen: Gedeeld: 1 een halve adelaar; II drie sterren onder elkaar. N.B. Afgebeeld als GDW, nr. 317. Letters kunnen worden opgelost tot DEUS oPTIMUS AETERNUS SOLUS Of tot DEI OPTIMI AETERNA SALUS. GDW, blz. 105, nr. [319].
ANNO 1564, DEN 24 DACH MARTIUUS, IS GESTERVEN HAEIKE SCHENSEMA, DEN GODT GNEDICH SI. LEERT STERVEN.
Wapen: Een omgekeerd ploegijzer. Helmteken: een vierbladige heraldieke roos. Wapens in de hoeken: I Een uit de rechterschildrand komende beklede rechtervoorarm, houdend bladerloze takken, waaiervormig, met drie rozen, aan elke tak één [Sappens of Sappema?]. II Een lelie, vergezeld rechtsboven en links beneden van een kleine ster [Uilersma?]. Ill Gedeeld: I een halve adelaar; II doorsneden: a. drie klaverbladen; b. een lelie. IV Een omgewende halve leeuw.
DEN STOF MODT TOTTER ERDEN COMEN, GHELICK Hl GEWEST IST. ECCLESIAS 12. N.B. Afgebeeld als GDW, nr. 317.
Zie voor wapens Sappema en Uilersma: Fries museum Leeuwarden. Lineageboek Solckema. Bijbeltekst: Prediker 12:7a. GDW, blz. 105, nr. [320].
Naast de sluitsteen, waarop de wapens Aldringa en Broersema, ligt ook een zerk met het opschrift:
'ANNO 1637, DEN 18 JANNIWARY, IS DEN EERW. EN WELGEL. LUARD[US] MEINARDY, PASTOER TOT FEERAWART, IN DEN HEER GERUSTET, WIENS SIELE GOUT GENADICH IS.'.
Onder dit grafschrift vindt men in een cirkel het huismerk en de initialen L.M. Luardx Meinardy is van 1629 tot 1637 predikant te Feerwerd geweest. Hij wordt beroepen te Everdingen in het Graafschap Kuilenburg. Ds. Meinardy's levensgedrag laat soms te wensen over: 'die herberge op Adwerderseyl' speelt hem wel eens parten.... Naast deze zerk ligt er een van hardsteen voor: P. H. ten Cate. 'Gebr. Oct. 1778. Gest. Dec. 1799'. Waarschijnlijk is P. H. ten Cate een zoon van Didericus ten Cate, in 1781 als predikant te Feerwerd beroepen van Donkerbroek in Friesland.
Orgel
De kerk van Feerwerd heeft geen orgel, maar wel een loos orgelfront uit de 17e eeuw.
In de kerk hangt een tekening waarop alle graven in de kerk staan afgebeeld.
Rechtsboven staat de volgende tekst:
'In de Ned. Herv. Kerk te Feerwerd. Opnieuw blootgelegd 6 aug. 1936. Schaal 1 : 10.'
Rechtsonder staat het volgende vermeld:
'J. en F.J. Olthuis, Feerwerd, aug. 1936'
Avondmaalsbeker
De kerk bezit een zilveren avondmaalsbeker uit 1663. Foto: Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, sept. 1941.
AAN DE KERKE VAN FEERWERT VEREERT DOOR JR. REINDER256 ALBERDA OP FEERWERT, JONKER EN HOVELING TOT FEERWERT, ESINGE ENZ., MEDE SCHEPPER VAN ADUARDER ZYLEN, ANNO 1663.
Wapens: Rechts: Alberda. Links: Van Bassen. N.B. Zoon van Derk Alberda en Agnes van Bassen. Zie: OBS, blz. 118. GDW, blz. 255, nr. [1179].
Tip: Voor alle afbeeldingen op deze pagina geldt het volgende. Als je met je muis op een afbeelding gaat staan, verschijnt een handje. Klik en de afbeelding wordt vergroot weergegeven in een nieuw venster/tabblad. Klik op de vergroting om de afbeelding nog groter te maken. Scrol met de muis of gebruik de schuifbalken rechts en/of onder om de afbeelding nog beter te bekijken. Klik op het kruisje rechts in het tabblad en de vergrote afbeelding wordt weer gesloten.
Bronnen:
Foto's: ©Jur Kuipers.
SOGK, Stichting Oude Groninger Kerken.
Pathuis/Alma, GDW, Groninger Gedenkwaardigheden.
W. Duinkerken, De gemeente Ezinge. Historie van vier dorpen. 1977, pag. 103-117.
Jacob Tilbusscher, In de kerk te Feerwerd. Nieuwsblad van het Noorden, 4 september 1936, pag. 17.