Drieborg is niet zo erg oud. Het is pas ontstaan in de 18e eeuw. Vooral langs de Oude Dijk worden dan veel huizen gebouwd. Voor deze tijd staan er al wel een paar huizen onder aan de oude zeedijk en heet de nederzetting Stockershorn. Stocksterhorn (ook Stoksterhorn, Stoxterhuis, Stoksterhuizen of zelfs Stoetsterhuys) is de nederzetting ter hoogte van Drieborg en de directe voorloper van dit dorp. Het heeft waarschijnlijk iets noordelijker gelegen. Volgens Stratingh en Venema is de plaats mogelijk dezelfde als de in de 15e eeuwse lijst van kerspelen van het bisdom Münster genoemde Stoth. De plaats zou niet dezelfde zijn als Astock, dat in het Oldambt zou hebben gelegen. Waarschijnlijk zijn Astock en Stoth toch te vereenzelvigen en is Stocksterhorn de opvolger van deze nederzetting. De situering van Astock in het Oldambt lijkt te berusten op de interpretatie van onbetrouwbare Dollardkaarten uit de 16e eeuw die een niet-correcte reconstructie weergeven van de verdronken dorpen in de Dollard.
Vanaf Stocksterhorn wordt in 1656 begonnen met het leggen van een dijk naar Nieuweschans, die in het jaar daarop voltooid wordt. De plannen daarvoor zijn vanaf 1625 voorbereid en in 1636 nader uitgewerkt in een akkoord. Het toponiem Stocksterhorn wordt ook gelijk gesteld met Hamsterhof. Na de inpoldering van de Kroonpolder worden de arbeiderswoningen op de zeedijk gebouwd. Omstreeks 1850 is het inwonertal van het dorp gegroeid tot 270. Drieborg is het enige echte dijkdorp die de provincie Groningen nog rijk is. Het ontleent zijn naam aan de samenkomst van drie dijken. "Borg" heeft in dit geval de betekenis van dijk. Een andere theorie is dat de naam Drieborg is ontstaan uit een drie-borg. Dit is hier geen borg in de betekenis van 'kasteel', maar een woning bestaande uit drie delen, waarin ook drie gezinnen wonen (zie foto verderop). Het is inmiddels duidelijk geworden dat in dit gebied geen enkele borg heeft gestaan.
Stocksterhorn op de kaart gezet Op de kaart hieronder is Stocksterhorn duidelijk zichtbaar. Het wordt hier geschreven als Stoksterhorn dus niet met ck. Dit zal de huidige Oudedijk zijn, met in het verlengde daarvan naar het zuiden het huidige Drieborg. De Kroonpolder heet op de kaart Kreunings of Kroon Polder en is bedijkt in 1696 met daarboven de Groninger Polder (Stadspolder) die bedijkt is 1740. Let ook eens op de loop van de (Oude) Tjamme die op deze kaart goed zichtbaar is evenals ten zuiden daarvan Beerster Hamrik, waar vroeger veel meer huizen hebben gestaan dan tegenwoordig nog het geval is.
Detail van Beckeringh kaart met Stoksterhorn. Hier komt Drieborg nog niet voor.
Opvallend is het hoogteverschil tussen de Kroonpolder aan de noordkant van Drieborg en de Binnenlanden aan de zuidkant. Dit is vooral goed te zien in Oudedijk. Het verschil is ontstaan door het inklinken van het veen onder de kleilaag. Drieborg is een dorp geweest van vrijwel uitsluitend landarbeiders, die tot in de 20e eeuw een moeilijk bestaan hebben gehad. Sommige arbeiders zijn in dienst van de boeren in de omgeving, maar velen moeten de kost verdienen door seizoenarbeid te verrichten in de wijde omgeving. Deze situatie ontstaat vooral in de tweede helft van de 19e eeuw.
In die tijd gaat het de boeren in de provincie Groningen steeds voorspoediger. De arbeiders delen echter niet mee in in de welvaart en de kloof tussen boer en arbeider wordt steeds groter. De lonen van de laatstgenoemden blijven laag. In het jaar 1929 is het uurloon van een landarbeider in Oost-Groningen slechts 26 cent. Bij een werkweek van 48 uur heeft hij een loon van iets meer dan 12 gulden. Verregende dagen worden meestal niet uitbetaald. Ook de vrouw van de arbeider werkt mee tijdens de oogst en om rond te komen verbouwt men aardappelen en groente in eigen tuin. De woningen van de arbeiders zijn armoedig. Ze bestaan meestal uit niet meer dan één kamer, waar ook moet worden gekookt, met twee bedsteden, een gang, een schuur en een zolder. Langzaam maar zeker groeit het verzet tegen deze omstandigheden onder de landarbeiders in Oost Groningen. Dit resulteert uiteindelijk in de landarbeidersstaking van 1929.
Ook in Drieborg wordt in dat jaar gestaakt, maar zowel hier als in andere dorpen leidt de staking niet tot directe verbeteringen. Na de Tweede Wereldoorlog zijn veel huizen in Drieborg verdwenen; maar liefst 60 van de 170 woningen worden afgebroken. Dat proces is lijkt anno 2008 min of meer te zijn gestopt; veel oude huisjes worden dan opgeknapt, voor anderen is het echter te laat.
Foto links: Deze foto is van een uitzonderlijk slechte kwaliteit en dateert waarschijnlijk van voor 1912, het jaar
De stel- en wagenmakerij van Melinga
Foto boven: Dit is mogelijk een 'drie-families-borg' geweest waar Drieborg (Drieburg) naar is genoemd. In ieder geval is hier de stelmakerij van Melinga in gevestigd geweest, waar ik vaak met mijn grootvader en vader naar toe ben geweest. Het gebouw is helaas volledig afgebroken en zou een schitterend monument geweest zijn voor de geschiedenis van Drieborg.
Foto boven: Hier nogmaals de stelmakerij van Melinga, met Melinga zelf aan het wiel. AEilt Melinga met waarschijnlijk zijn zoons.
Het gezin Melinga. AEilt Melinga met zijn tweede vrouw Sijtske de Haan en hun dochter Anneke Melinga voor de stelmakerij.
Zo kom je tegenwoordig vanaf de Kroonpolder Drieborg binnen vanuit de richting Nieuwe Statenzijl. Pas op, overstekende kinderen, want in de eerste straat rechts bevindt zich de basisschool.
Verhaal Harm Hillinga: ©30 dec. 2009
Udemö's meuln In het gemeentearchief van de gemeente Reiderland bevindt zich een bijzonder document. In deze besluitenlijst uit 'Register der Resolutien van Edele Groot Achtbare Heeren Gedeputeerde Staten van Groningen' van woensdag 26 augustus 1818 wordt de naam Drieborg voor het eerst gebruikt in een officieel document.
Klik hier voor een uitgebreid artikel over de molen van Udema in de Kroonplder.
Een tweede foto van Udema's meuln op de dijk in de Kroonpolder. Hier komt nog wat duidelijker naar voren dat de gebouwen en de molen op een dijk hebben gestaan. De dijk heeft naar links doorgelopen. In mijn herinnering was dit in het landschap in de jaren 60 beter zichtbaar dan hier op deze foto. Overigens zal ook deze foto uitgebracht zijn door uitgevering Bakker van Drieborg.
Drieburg De naam 'Drieburg' komt waarschijnlijk al eerder voor dan 1818. Over de herkomst van de naam zijn drie verklaringen in omloop. Een borg (burg/burcht/börg) is vanaf de Middeleeuwen een versterkte woning van een enig aanzien. De jonkers en de hoofdelingen van zo'n borg hebben onderling veel strijd gevoerd. Vaak hebben ze zich tot dorpsheer opgewerkt. De meeste hebben een steenhuis laten bouwen, waarvan de belangrijksten zijn uitgegroeid tot een ware borg. Er zijn honderden van zulke borgen en steenhuizen in de provincie geweest. Veruit de meeste zijn al lang verdwenen. Slechts een zestiental borgen zijn bewaard gebleven.
Verhaal: ©Harm Hillinga, 30 dec. 2009 Hemeltjefeest op DrieborgRond hemelvaarstsdag is het altijd al feest geweest op Drieborg. Bij het café staat dan een draaimolen opgesteld en ik weet niet anders op het ding werd rondgetrokken door een paard. Later op de dag wordt de molen omgetoverd in een heuse zweefmolen en het gaat dan behoorlijk veel harder. Links van de molen Bevindt zich het café van Drieborg en er achter ligt een vervaarlijke diepe jirre sloot. Nu is jirre hier eigenlijk de oude benaming voor slijk, modder, maar in werkelijkheid gaat het hierbij om de fenotische afkorting van Jeremia. De Hebreeuwse naam Jiremi-jahoe" betekent "God verhoogt hem". En inderdaad op een goede dag zit een oude zuiplap zonder de ketting in de zweef en als de bak hoog over de diepe sloot zweeft schieten de man en de drank eruit. De afloop van het verhaal is mij niet bekend.
Mijn vader zie je in die tijd eigelijk nooit in een café, maar er zijn uitzonderingen zoals daar zijn de Zuidlaardermarkt, de Adrillen en het Hemeltjesfeest. Mijn vader is nooit een (stevige) drinker geweest. Op Drieborg hebben ze aan mijn grootvader vast meer verdiend... Ik weet niet anders of er waren op een gegeven moment twee cafés, vlak bij elkaar, op Drieborg. Het fijne weet ik er niet meer van. Wel weet ik nog dat je in café Delger je borrelglas goed vast moest houden, anders rolde deze richting de jirresloot, omdat een deel van het café boven de sloot was gebouwd en het bouwsel aardig scheef hing.
Als het Hemeltjesfeest is op Drieborg komt Hollemans met de draaimolen en zijn paard. Dat is ook nog zo in de jaren zestig. Ik herinner me dan een zweefmolen, waarvan de bakjes boven de sloot bij café Bos/Delger zwieren en het café helemaal vol zit.
Verhaal: ©Harm Hillinga, 30 dec. 2009
Jeugdherinneringen
Ongeveer zestig jaar geleden woonde ik met mijn vader en moeder in een dorp, waar we tevreden waren met hetgeen er was. We hadden een huis met een tuin, een varken, een geit, kippen en een poes. Dit hadden we nodig om in leven te blijven. Elk jaar werd het varken tegen november geslacht. Dat was een belevenis. Als de big uitgegroeid was tot varken gingen mijn ouders 's avonds in schemerdonker bij de tafel overleggen wanneer de slachter besproken kon worden. Na het slachten moest het varken een dag aan de ladder buiten in de vrieskou staan, om daarna opgedeeld te worden. Praktisch alles werd gebruikt. Mijn oma kwam een dag bij ons te helpen om leverworst, metworst, hoofdkaas en bloedworst te maken. Het was een vette bedoening in huis. Ik hield er niet zo van, maar mijn ouders waren weer blij met hun wintervoorraad. Er werden verschillende pakketjes klaar gemaakt met hutspot, leverworst en metworst om naar buren en familie te brengen. Het spek kwam in grote zijden aan de zolder te drogen met stukken papier er onder voor het vet, dat eruit lekte. Ernaast hing een lange stok met de metworsten. We telden altijd hoeveel het waren; meer of minder dan vorig jaar. De dikte van het spek liet zien of het een goed varken was geweest. Na verloop van tijd kwam de varkenshandelaar met een auto vol biggen langs. Dan moest er een nieuwe uitgezocht worden. Als we dan zondags bezoek hadden, moesten ze altijd even naar de schuur: "big bekijken". Daar werd dan een tijd over gepraat: lang of kort, hoog op de poten, dik of dun enz.
Naar ©E.G. Weerts-Veld, bewerkt door Harm Hillinga 22 maart 2010.
Foto's boven: Dit zijn twee markante en zeer fraaie foto's van voormalige bewoners van Drieborg. Wie kent de namen bij de foto's en de verhalen erachter? Alle gegevens kun je mailen naar het E-mail adres van NazatenDeVries.
Arm Drieborg is toch tevredenDominee Jöhlinger staat in Drieborg, in het armste gebied van Nederland, zijn collega Schouten staat in het rijke Bloemendaal. Wat merken zij van het welvaartsniveau van hun gemeenteleden? Drieborg is een kleine vlek in het uitgestrekte akkergebied van Reiderland in Oost-Groningen. De huizen zijn er eenvoudig en overwegend rood van kleur. Gemiddeld betaalt een koper hier 124.300 euro voor een huis. Wolf Jöhlinger (49) is er al negen jaar predikant, samen met zijn vrouw. „Elke poging om hier succesvolle industrie op te zetten mislukt. Het kapitaal van dit gebied bestaat uit rust en ruimte.” De rijke boeren die hier kapitaal vergaarden met graan, zijn allang verdwenen. Hoger opgeleiden trekken weg en de nieuwkomers zijn vaak mensen met een wao-uitkering. „We zitten hier, onvriendelijk gezegd, nog altijd met de losers. Doordat de huizenprijs laag is, komen er vooral mensen wonen met een laag inkomen. Die kopen hier een vrijstaand huis, wat elders in Nederland voor hen niet te betalen is.” Wat ook weer z’n voordeel heeft, want „bepaalde problemen komen hier gewoon niet voor. Er is geen haat tegen buitenlanders die de banen afpakken. Er is hier namelijk toch geen werkgelegenheid. Niemand vindt het hier vreemd als je een uitkering hebt. Van de kinderen op de school in Drieborg heeft soms wel driekwart van de ouders geen vast werk.”
Nieuwe Statenzijl en de lagere school van Drieborg Van mei 1957 tot mei 1965 woon ik met mijn ouders in Nieuwe Statenzijl en bezoek ik de lagere Nieuwe Statenzijl en de lagere school van Drieborg. In de vierde klas zit ik bij meester Gerard Bos en in de vijfde klas en een deel van de zesde klas bij (hoofd)meester Chris Brugma. Men hem heb ik tot ongeveer mijn dertigste levensjaar contacten onderhouden. Brugma vertrekt naar Winschoten en wordt daar leraar. Aan Brugma heb ik min of meer te danken dat ik in onder onderwijs terecht ben gekomen. In Drieborg wordt hij opgevolgd door Hemmes, die ik alleen in de zesde klas heb gehad. Anno 2008 leeft Brugma nog steeds. Hij wordt verpleegd in een verpleeghuis te Blijham. Brugma is echter dementerend en herkent niemand meer. In 2007 heb ik nog even telefonisch contact gehad met Hemmes. Hij en zijn vrouw wonen in Bellingwolde. Hemmes en zijn vrouw herkennen beiden onmiddellijk wie ze aan te telefoon hebben en Hemmes zegt: "Harm Hillinga van Nieuwe Statenzijl. Jij bent die jongen van die mooie, lange opstellen ....". Van Drieborg heb ik (relatief gezien) vrij veel oude foto's kunnen verzamelen. Ik heb er voor gekozen de meeste foto's te reserveren voor mijn boek. Naast Nieuwe Statenzijl, heeft ook Drieborg voor mij grote emotionele waarde, maar dat is niet in de eerste plaats omdat ik er drie jaar de lagere school heb bezocht....
Meer lezen? Gerelateerde artikelen:
|
||||||||||||||
|