Van Wàttum? Van Wattum? Watum?
België bestaat niet dat is afdoende bewezen (zie onze 0. O.'s derde jaargang van de nummers 21 en 22 in Trouw), maar how about Wattum? Van verschillende kanten (Wildervank, Assen, Breda) bereiken zijn aanmerkingen op handreikingen van diverse personen met betrekking tot de herkomst van de naam Van Wattum, die in verband met België zijdelings genoemd worden. Het dorpje Watum ten noorden van Delfzijl? Een gehucht moet het geweest zijn, en het heeft niet eens zo geheten, maar we dienen te denken aan Watum, Wathum, Hoogwatum. Kijk maar, vlakbij ligt niet voor niets de Bocht van Watum. Een diepgravend onderzoek.
Wattum in de bocht
Wattum? Nee. Dat kent hij niet. Maar Watum des te beter, de heer C. Roggekamp, een van de samenstellers van het boek 'Rondom de Delfzijlen'. Hij is amateur-historicus in Delfzijl en weet veel van de geschiedenis van de provincie Groningen. Of de naam Wattum is afgeleid van Watum, dat durft hij niet te zeggen. Maar wanneer we hem vragen naar de geschiedenis van Watum brandt hij enthousiast los.
„Watum komt voor het eerst voor in de naam 'De Bocht van Watum' en dat is de naam van een vaargeul in de Westelijke Eems. Waar de naam oorspronkelijk vandaan komt, dat is gehuld in de nevelen van de geschiedenis. Rond het jaar 1000 hebben monniken aan de Groningse kust tegenover de 'Bocht van Watum' een stuk land ingedijkt. Daar zijn vervolgens boeren gaan wonen.”
„Een van deze boeren slaagt er in een tamelijk machtige positie in het gebied te verwerven. De boerderij van deze familie wordt steeds fraaier. In de loop van generaties ontwikkelt de boerderij zich tot een zogenaamde 'edele heerd’, waarvan de bewoner het recht krijgt om rechtspraak uit te oefenen en om bepaalde benoemingen te plegen, zoals het recht om de dominee en de koster te benoemen", vertelt Roggekamp. „De naam van deze boerderij is 'Hoogwatum', omdat deze wat hoger ligt dan de Bocht van Watum. De bewoners maken uiteindelijk deel uit van de Groningse landadel, de jonkers."
„Aan het eind van de achttiende eeuw is Hoogwatum een zeer fraaie boerderij met een prachtige gracht er omheen met enkele arbeiderswoningen vlak er bij. Dit gebouw is blijven staan tot 1945. De laatste bewoner is een boer geweest die actief is in het verzet en aan het eind van de oorlog door de Duitsers wordt vermoord. Hij is door de ‘Edelgermanen’ doodgeschoten op de mesthoop, zijn boerderij gaat in vlammen op", aldus Roggekamp, die Hoogwatum zelf nog heeft gekend[1].
Na 1945 is er een nieuwe boerderij gebouwd, het is nu een gewone naoorlogse boerderij. Er is, aldus Roggekamp, weinig meer te zien dat herinnert aan de geschiedenis van Hoogwatum.
Een belangrijk naslagwerk voor mensen die belangstelling hebben voor de geschiedenis van Groningen is de Groninger Encyclopedie van K. ter Laan uit 1955. Daarin komt de naam Wattum niet voor. Watum wel. Dat is volgens Ter Laan de buurt ten oosten van Spijk onder Bierum. Het gebied dus waar de edele heerd Hoogwatum heeft gestaan. Ook Ter Laan noemt in zijn encyclopedie Hoogwatum, volgens hem een 'voorname boerderij' die in 1945 door de Duitsers in brand wordt geschoten.
Ook in het andere standaardwerk voor wie in de geschiedenis van Groningen is geïnteresseerd, 'Historie van Groningen', van H. D. Tjeenk Willink uit 1976, komt de naam Wattum niet voor. Watum wel. Maar een grote rol heeft het in de geschiedenis van Groningen niet gespeeld want het wordt slechts drie keer genoemd als geografische aanduiding voor de plaats waar een zeedijk eindigt of begint.
Bij het Rijksarchief in Groningen, waar alle belangrijke documenten over de Groningse geschiedenis bewaard worden, kent men evenmin het dorp Wattum. ,,lk heb het ook even nagezocht in het standaardwerk van Van der Aa waarin alle plaatsen en gehuchten in heel Nederland in de vorige eeuw worden beschreven. De naam 'Wattum' komt er niet in voor", zegt Albert Beuse van het Rijksarchief. Ónmogelijk is het niet dat Wattum is afgeleid van Watum, zegt hij. Maar Wattum kan net zo goed afkomstig zijn van Wartum in Gelderland. Degene in de provincie Groningen die het zou kunnen weten is de oud-hoofdredacteur van de Winschoter Courant, Simon van Wattum. Maar helaas, zo laat hij weten, hij heeft geen idee waar zijn achternaam vandaan komt[2].
|
Oldeklooster is een voormalig klooster dat in Kloosterburen is gebouwd. Later wordt het klooster weggehaald en komt er een boerderij te liggen. Het Oldeklooster is een rijksmonument met nummer 23669. Foto: Tammo Korhorn, 4 januari 2013. Betreft: restant van het klooster 1652 of eerder. De schuur dateert uit de 19e eeuw. De boerderij 'Oldeklooster': Hoeve van het kop-hals-romptype, waarvan het deels gepleisterde woongedeelte, onder pannen zadeldak tussen puntgevels, uit de 16e eeuw dateert. De puntgevel aan de voorzijde heeft een muizetandlijst. In de achtergevel laat-middeleeuwse smalle getoogde vensters, thans dichtgemetseld, met natuurstenen middendorpels. Het stalgedeelte onder hoog wolfdak heeft in de achtergevel twee getoogde inrijpoorten en een getoogd poortje. Licentie: Creative Commons Attribution-Share Alike 3.0 Nederland licentie. |
|
Conclusie
Dat boerderij Hoogwatum aanvankelijk een edele heerd is geweest, zoals bovenstaand wordt beweerd, betwijfel ik ten zeerste. Bronnen bij de Groninger archieven en de opgraving in 1969, hebben duidelijk aangegeven dat op de plek waar de boerderij nu staat, een voorwerk heeft gestaan van het klooster te Feldwerd, Oldeklooster[3]. Hoewel, dat voorwerk zal vervolgens zijn omgezet in een edele heerd, na de Reductie. De singel en de gracht er om heen bewijzen dit (beveiliging). Slechts een brug(getje) naar het voorhuis zal de verbinding zijn geweest met de (edele?) heerd. Later is daar nog een dam bijgekomen. Brug en dam zijn er nog steeds. De plek is duidelijk een monumentaal bezit: ‘er mag niet worden gegraven’. Zitten er nog aanwijzingen voor het voorwerk en de heerd in de grond? Mogelijk is dit nog te bewijzen, maar zeker is het geenszins. Immers, in de loop der jaren zijn er meer opstallen binnen singel en gracht bijgekomen[4].
|