• Vader:
  Remge Roelefs, geb. te Uithuizermeeden, tr, kerk.huw. (Grietie 22 jaar oud uitgaande van doop) te Oosternieland op 25 okt 1696 (do) Den 25 October zijn Remge Roelofs en Grietjen Jans beide van de Meeden alhijr met attestatie getrouwt.
  Er is een derde Anje geboren als dochter van Remge Roelofs en Grietje op 07-12-1712. Vermoedelijk van andere ouders. Ook de andere kinderen zijn niet 100% zeker met

• Moeder:
  Grietie Jans, dr. van Jan Vechter en Renske Meertens, ged. te Uithuizermeeden op 14 dec 1673 (do)².

tr, kerk.huw. (resp. 19 en ongeveer 38 jaar oud) te Uithuizermeeden op 11 jul 1723 (zo) Anje Remges is de tweede vrouw van Jan Harmens. In het huwelijkscontract Eppe Hindriks en Grietje Jans 24-06-1758 Appingedam wordt Garmt Jans genoemd als halfbroer van o.a. Grietje Jans, Remge Jans en Harm Jans
met

Jan Harmens, zn. van Harm Melles en Anje Jans, geb. te Uithuizermeeden circa 1685 (ma), ⁴, Landbouwer, ovl. (ongeveer 63 jaar oud) te Uithuizermeeden op 22 nov 1748 (vr)⁵, tr. (1) met Anje Garments. Uit dit huwelijk 5 kinderen.

Aantekeningen Jan Harmens.
De vader en moeder van Jan Harmens zijn niet 100% zeker. Er wordt een ouderpaar Harm Melles en Anje Jans genoemd op 12-12-1686 bij de geboorte van Tonnis. Tonnis is buitendijks onder Uithuizermeeden geboren en te Oosternieland gedoopt. De te kst in de doopakte:  "1686 Den 12 December is gedoopt Tonnis soon van Harm Melles en Anje Jans sijn huisvrou, van buitendijks, tot ons sijnde gekoomen met die wooninge alsoo haar huis met vele anderen snaghts tusschen de 12, en 13 november 1686 doo r die groote schrickelijke watervloet mede was wegh gespoelt". Jan Harmens woont ook buitendijks, zie de doop van Rinne en Jan de zonen van Jan Harmens die gedoopt zijn in Oosternieland. Verder heet Harm zijn vader Melle en zijn zoon Tonnis. Beide namen komen ook voor als kinderen van Jan Harmens. Ook heeft Jan een dochter Anje.

De Sint-Maartensvloed vond plaats van 12 op 13 november 1686, vlak na de naamdag van Sint-Maarten. De stormvloed trof vooral de provincie Groningen. Deze noordwesterstorm trof Groningen nachts. Overal werden dijken langs de Eems en de Dollard wegge slagen. Als gevolg hiervan overstroomde een groot deel van Noord-Groningen en het Oldambt. Pieterburen en Uithuizen verdwenen geheel onder water en Groningen lag aan zee. Door deze stormvloed verdronken 1558 mensen, 1387 paarden en 7861 koeien. 631  huizen werden weggespoeld en 616 huizen raakten beschadigd. Ook de Mariakerk in Uithuizermeeden raakte, ondanks de ligging op een wierde, zwaar beschadigd. Hierdoor kon Tonnis niet gedoopt worden in Uithuizermeeden maar moesten de ouders uitwijken  naar Oosternieland.

Ledematenlijst Uithuizermeeden: 29-03-1709 Na voorgaande menigvuldige onderwijsinge in de gronden van de gereformeerde religie sijn tot ledematen angenomen en ingetekent. Melle Harmens en Jan Harmens beide jongmans die ook sijn gedoopt ( Melle verm oedelijk een broer van Jan. Jan heeft ook een zoon Melle genoemd).

Groninger Archieven fam. Van Swinderen en De Marees van Swinderen.
Akte van ruil, waarbij Onno Tamminga van Alberda op Nijenstein verkrijgt de eigendom van 2 grazen verpacht land en de heemstede te Uithuizermeeden, waar de behuizing van Jan Harmens op stond, door hem in 1716 gepacht van nu wijlen Evert Coehoorn en  Trijntien Jacobs, grenzende ten noorden en ten zuiden aan de prebende, en ten oosten aan de laan van het huis Rensema, en waarbij Riender Jans en Martien Alders verkrijgen de beklemming van 2 grazen prebendeland te Uithuizermeeden in de Lange Akke rs, doende jaarlijks tot vaste huur 2 dalers per gras, waarnaast zij verkrijgen voor deze overdracht 225 gulden, 1719, met in dorso kwitantie voor de betaling van de overdrachtsom en de aantekening, dat de beklemming nu" wordt gebruikt door Jan Eng berts Smit.

...wonende buiten Dijcks op de Grede...  (Bron: Doop- en trouwboek 1651-1811 Kerkelijke gemeente - Oosternieland, Inventarisnummer 354, tekst bij de doop van Harmen en Jan).
Het gehucht De Greede ten noorden van Roodeschool. De familieboerderij heeft als tegenwoordig adres Bruiningsweg 2, Oudeschip. Oorspronkelijk waren dit gemeenschappelijk beweide landen, graslandgebieden, die eerst in de 16e eeuw verdeeld zijn. Gree tsiel in Oost-Friesland heeft dezelfde betekenis ziel of sluis in de Greit of Greete. Ook de naam De Greithoek in Friesland heeft de zelfde betekenis. Nog altijd loopt de Greedeweg door het gebied ten noorden van Roodeschool en Oosteinde.
In 1776 koopt de zoon van Jan Harmens, Remge Jans als zijn erfgenaam,  het recht van de vaste beklemming van 15 grazen land met kwelder en aanwas, waarvan de jaarlijkse huur ƒ 60,-- is, voor ƒ 200,--. In 1780 vindt verkoop plaats aan zijn broer Ja n Jans, getrouwd met Jantje Willems van de mandelige boerderij op de Greede met 47 grazen land met kwelders en aanwas, bestaande uit zeven verschillende beklemmingen met in totaal ƒ 190,-- huur.
In 1820 bij de boedelscheiding van de zich inmiddels Griede noemende familie, krijgt de zoon Melle Jans Griede, getrouwd met Tietje Pieters Sikkema, 5 grazen en de andere zoon Roelf Jans Griede, getrouwd met Harmke Bruining, de boerderij met ca. 41  grazen beklemd land.
In 1837 is de enige zoon van Roelf Jans Griede, Jan Roelfs Griede getrouwd met Diewerke Harms Nieuwendijk gebruiker geworden. In 1864 vererft de boerderij aan de dochter Aaltje Jans Griede, getrouwd met Sikke Luurts Westerdijk. Het bedrijf wordt in  1874 vergroot met 13.66.10 ha land dat bij de boedelscheiding van de familie Westerdijk wordt verkregen. In 1907 wordt de boerderij publiek verkocht door de weduwe Aaljte Jans Griede en haar vijf kinderen. Koper worden Alje van Hoorn en Okje Elema . Het boerenbedrijf is dus meer dan 200 jaar in familiebezit geweest van de Griede's.
Bron: Boerderijen op het Hogeland.

Uit dit huwelijk 11 kinderen: