De familie Beukers
Door Piet Borghardt, december 2017, borghardt@hetnet.nl
Seike Beuker van Zuidlaarderveen
Seike Beuker leefde van 28-1--1826 tot 06-11-1874. Zij was mijn overgrootmoeder van vaders- en grootvaderskant. De dochter van Jan Beuker en Wilhelmina Krijthe. Echtgenote van mijn overgrootvader Jan Borghardt. Moeder van o.a. Christiaan en Johannes Sijkedinus Borghardt.
De pijprokende heren (foto boven) zijn de broers Christiaan (l) en Johannes Sijkedinus(r) Borghardt. Naast hen de echtgenotes Geesje Middel en Henderkien Stadman. Christiaan en Johannes waren erg op elkaar gesteld, tot op hoge leeftijd gingen ze bij elkaar op bezoek. Christiaan is genoemd naar zijn grootvader Christiaan van vaderszijde, Johannes Sijkedinus naar zijn grootouders van moederskant Jan en Seike. De foto is ergens in de jaren vijftig genomen in de tuin van Johannes en Henderkien: Jan de Boerstraat 7 in Emmen. Christiaan en Geesje woonden in Leeuwarden. De broers verschillen ongeveer zes jaar in leeftijd. Een dag na de geboorte van Johannes overleed moeder Seike Beuker.
Zuidlaarderveen De huwelijksacte (12-08-1854, Sleen) van Jan Borghardt en Seike Beuker vermeldt dat zij geboren is in Zuidlaarderveen (28-10-1826, Zuidlaren). Het ligt op een afstand van ongeveer 6 km ten oosten van Zuidlaren op een zandrug aan de andere kant van de Hunze, die ook wel Oostermoersche vaart wordt genoemd. We kunnen er nog aan toevoegen, dat het dicht tegen de grens met de provincie Groningen aan ligt. Het dorp heette in de Middeleeuwen Everswolde. Dat wijst erop dat de omgeving ooit bosrijk was. Zuidlaarderveen is een veenkolonie, maar wel eentje met leeftijd. In de 13e eeuw kwamen hier Cisterciënzer monniken vanuit het klooster Aduard, die een begin maakten met de ontginning van het veengebied. Zuidlaarderveen maakt deel uit van de gemeente Tynaarlo, daarvoor hoorde het tot de gemeente Zuidlaren. Momenteel wonen er ongeveer 300 mensen in ongeveer 120 woningen.
De Beukersplaats Uiteraard willen we graag weten waar de familie 200 jaar geleden woonde, maar ervaring heeft ons geleerd dat het niet zo eenvoudig ligt. Maar kijk, hulp uit het verleden. Op de website ‘Zuidlaarderveen heden en verleden’ staat het verhaal van de heer Kammer, geboren in 1897. Hij zette in 1971 zijn herinneringen op papier.
….deze boerderij had eerder verder achteruit gestaan aan dat weggetje naast bakker Van der Molen. En dan bij de allerlaatste bocht waar die weg in zuidelijke richting ging en dan links ervan, dat grote stuk bouwland, genoemd de 'Rondom' het was aan de grond nog goed te zien dat hier een huis had gestaan. Dit is vroeger een hele grote plaats geweest, genoemd 'Beukersplaats'. De laatste die er heeft gewoond werd genoemd 'Beukers Mina'. Toen die was overleden, is dit hele complex verkocht. Het voorste is gekocht door (de vorengenoemde) Kniphorst. Wat verder westwaarts, het Beukersveld, waarop de boerderij staat waar thans W. Hamming woont en daar achter het Beukersbroek, dit alles is toen gekocht door de zeer rijke Harm Tamminck, wonende te Zuidlaren. ….Waar thans (1971) W. Hamming woont….
Bewoners van de Beukersplaats Hier woonden in de eerste helft van de 19e eeuw op nr 180 de Beukers: Vader Jan Egberts, moeder Willemina Krijthe en Seike met haar broers en zussen.
Nadere informatie over de bewoners, zo in de eerste helft van de 19e eeuw, vinden we o.a. in de overlijdensacten van de gemeente Zuidlaren, waarbij als er iemand overleden was, twee geburen het overlijden van iemand uit de naberschap kwamen aangeven. In twee acten wordt ook het huisnummer vermeld. Als Zeike , de tante van Seike, overlijdt, doen de geburen Jan Beuker en Egbert Bouwmeester aangifte. Zeike woonde op 182. Op 59 jarige leeftijd, in 1812, stierf ene Jan Gerrits Beuker. Aangifte deden Lambert Krijthe en Geert Kammer. Deze Jan Gerrits, een neef van onze Jan Egberts Beuker, woonde ook op nr. 180 Andere namen die in de loop der tijd als buren werden genoemd zijn: Hendrik Bouwmeester, Egbert Kort, Gerrit Jans Nijboer, Egbert Geert Visscher, Roelof Ax, Jan Hagedoorn, Koop Bentum, Tonnis Alberts Hoving en Hendrik Brink. Opgemerkt moet worden dat de nummering destijds niet per straat verliep, maar het hele dorp bevatte. Vaak moesten kinderen lange afstanden lopen om de school te kunnen bezoeken. Wat dat betreft hadden de kinderen Beuker het gemakkelijk, want de school lag ‘om de hoek'.
Zeker weten doe ik het niet, maar ik neem aan dat de naam Beukershoek al lang bestond voordat Jan en Willemina er woonden en, het blijkt dat zelfs nu nog de naam bij enige mensen in Zuidlaarderveen bekend is. Toen in het begin van de 19e eeuw de familienamen werden vastgesteld, zal de familie als vanzelfsprekend de naam Beuker aangenomen hebben.
Jan Beuker
Jan Egberts Beuker, de vader van Seike, was de zoon van Egbert Gerrits en Jantien Jans. Hij werd geboren op 14 januari 1785 in Zuidlaarderveen en groeide op in de Beukershoek, samen met zijn jongere zusjes Jantje en Fennechje, kortom een echte Beuker.
De ouders van Jan
Jans vader Egbert Gerrits kwam van de Kalkwijk.
Kalkwijk is een buurtschap van enige huizen ten zuiden van Hoogezand. Nog zo’n streekje daar is Ula dat ook in een acte genoemd wordt. De afstand tot Zuidlaarderveen is ongeveer 10 km. Het wordt gescheiden door een rechte lijn, de provinciegrens tussen Drenthe en Groningen. De grens, Semslinie geheten, werd in de 17e eeuw dwars door de veenmoerassen getrokken.
Het voorgeslacht van zijn vrouw Jantje Jans is te traceren tot ca 1710, allemaal uit Zuidlaren en omstreken op een enkele uitzondering na. Egbert wordt in het haardstedenregister van 1784 genoemd (OSA nr. 0001/868.37/0019). Het haardstedenregister is een belastingsysteem. De term verwijst naar het aantal vuurplaatsen dat een huis telde. Later was het criterium met hoeveel paarden men ‘ter essche’ ging. Dat varieerde van 0 tot 4 paarden. Egbert ging met 2 paarden en moest derhalve 2 guldens aan de overheid betalen. De aanslag herhaalt zich in 1794 en 1804. Ten tijde van Napoleon ging men over op een ander belastingsysteem.
De kei bij Zuidlaarderveen met als toevoeging 1262-1962, wat er op duidt dat de steen in 1962 is geplaatst
Overlijden van Egbert Beuker en de nalatenschap De aktes van overlijden van Egbert en Jantje zijn helaas zoek geraakt. In de kerkregisters van voor 1811 staan ze niet vermeld en ook in de Burgerlijke Stand van na 1811 is het vergeefs zoeken. Het is bekend dat na de beëindiging van de Franse Tijd in sommige gemeenten de boeken slordig of helemaal niet zijn bijgehouden.
Jan trouwt met Wilhelmina Op 2 december in het jaar 1812 trouwde Jan met zijn buurmeisje Wilhelmina Krijthe. De dochter van de herbergier/brandewijnstoker ,wat wil je nog meer? Hij was 24 en zij 19 jaar. De huwelijksakte is helaas verloren gegaan, maar twee bijlagen zijn bewaard gebleven, waaronder het bewijs van de afkondiging van het aanstaande huwelijk. Zo weten we de datum.
De kinderen van Jan en Wilhelmina Egbert geboren op 23.09.1813, genoemd naar de vader van Jan. Hij overleed na een maand.
In totaal zijn dat dus 11 kinderen, waarvan drie binnen het jaar zijn overleden. De benoemingen verliepen volgens de traditie. Als een kind overleed, kreeg een volgend kind ‘dezelfde’ naam: Lambert, Lamberdina, Lamberdina. Bij de naamgeving van Jantje gebeurde hetzelfde. Janna is genoemd naar de zus van Jan. De zonen werden niet oud.
Koopman Jan Beuker Was Jan Beuker boer of koopman? Het antwoord is: beide. Veel boeren hadden een nevenberoep als slachter, rietdekker, wever, herbergier en dergelijke. Het gaf een, veelal noodzakelijke, aanvulling op het inkomen als landbouwer. Zeker in het winterhalfjaar als er tijd over was, kwam dat goed gelegen. De specialiteit van Jan was het organiseren van boerenboeldagen. De spullen werden bij hem gebracht en door hem omschreven. Hij maakte afspraken met de notaris, regelde getuigen, bepaalde een plaats van afslag, waarschuwde de herbergier en zorgde voor bekendheid in de wijde omgeving.
1. Op 15 maart 1815, een paar maand voor de slag bij Waterloo maar dat doe er niet toe, was er in Zuidlaarderveen een verkopinge van tilbare goederen. 3 paarden, 4 koeien,een os, 2 kalveren, 2 wagens, allemaal onder tilbaar te rangschikken, verder zakken aardappels, paardespullen, een dubbelloopsjachtgeweer, enzovoort. Totaal 178 kavels. 2. Ruim een maand na de slag bij Waterloo, het leven gaat door, meldde Jan zich weer bij notaris Tonckens met het verzoek een openbare veiling te mogen houden. Het ging deze keer met name om gewassen die nog op het land stonden en nog niet geoogst konden worden: rogge, aardappelen en topgras (moet nog voor de eerste keer gemaaid worden).
Boer Jan Beuker Op de website www.hisgis vinden we gegevens over de verdeling van de Nederlandse gronden, zoals ze in 1832 door het Kadaster zijn vastgelegd. We kunnen er op zien van welke percelen Jan Beuker de eigenaar was, waar de grond voor gebruikt werd en waar het huis stond.
Voogd Jan Beuker In een acte uit het jaar 1828 lezen we dat Jan Beuker door de familie is benoemd als voogd over zijn oomzegger Geert Jans Bouwmeester. Geert is de zoon van Fennegien, de zus van Jan en haar man Jan Geerts Bouwmeester. Beiden zijn overleden. Tot de nalatenschap horen een huis en hof zonder nummer te Zuidlaarderveen, waarschijnlijk op Beukersplaats, enig land en wat bezittingen zonder waarde. Gezien er schulden zijn en de crediteuren niet willen wachten, wordt het bezit geveild. Wees Geert zal opgenomen zijn in het gezin van zijn oom en tante.
Overlijden en nalatenschap van Jan Beuker. Jan Beuker overleed op 12 februari 1844. Hij werd 58 jaar. Aangifte van zijn overlijden ten stadhuize werd gedaan door de geburen Jan Hagedoorn, landbouwer en Roelof Ax, kleermaker van beroep. Wilhelmina bleef achter met 6 kinderen, waarvan dochter Gepke niet meer thuis woonde. Hoewel er geen testament is opgesteld, is er wel zoveel bezit dat er van overheidswege een ‘Memorie van aangifte der nalatenschap’ moet worden opgesteld. Er moeten dus successierechten worden betaald.
Transcriptie:
Waren Jan en Wilhelmina rijk? Nee, maar het bezit aan land was groot genoeg om er van te kunnen leven. Daar bovenop kwam de winst uit de handel. Laten we hem een middelboer noemen, ergens tussen keuter en ‘eigenerfde’. Het feit dat zijn vader voor twee paarden werd aangeslagen, sluit daarbij aan. Geen van de dochters trouwde een boer. We noteren een verlaatmeester (sluiswachter), een stoffenverver, een boerenknecht, een scheepstimmerman, een smid en zowaar een dominee.
De Krijthes Niet ver van de Beukersplek, in oostelijke richting, voert een brug over de Hunze. Vroeger (vanaf de Middeleeuwen! )lag hier een sluis, de Knijpe, Knipe in het dialect van de streek. Een knijp is een keersluis. Als met name ‘s zomers het water zo laag kwam te staan dat geen boot nog kon varen, sloot men met de Knijpe (het woord zegt het al) de spaarzame waterstroom vanuit het zuiden af, waardoor het water van de Hunze werd opgestuwd. Was het water hoog genoeg dan ging de sluis open en de boten die lagen te wachten voeren op de stroom mee tot de volgende knijp, enzovoort. Er was veel vrachtverkeer over het water richting Groningen, met name ladingen turf en landbouwproducten. Bij veel bruggen en sluizen stond een herberg, vanwege de strategische ligging. Tussen de bomen door is een woonboerderij te zien, daar stond de herberg.
Op 20 oktober 1826 overleed de vader van Wilhelmina. Hij werd 66 jaar. De acte van overlijden vermeldt: ‘Tapper op Knijpe (Zuidlaren)’. Het kan niet missen, hier woonden Vader Lambert Krijthe, moeder Gepke Zijtzes, oudere zus Zeike en onze Wilhelmina. In het genealogisch zoekprogramma ‘Alle Drenten’ staat deze Zeike vermeldt als Zecke. Dat is niet juist. In de originele acte staat Zeike, met een z en ei. Ik heb het idee, dat de vrijwilliger die anno 2010 de acte heeft gedigitaliseerd, zich niet kon voorstellen dat een ouder zijn kind zo zou kunnen noemen: Zeike, dat doe je je kind toch niet aan, er staat natuurlijk Zecke! En toch is het met name in Friesland een gewone, wat ouderwetse naam, verwant aan Sijtje, Sia, Sigrid, Sijchien. Wat niet wegneemt dat ik me goed voor kan stellen dat moeder/tante Sijkedina, in de wandeling Dien geheten, ergens in de jaren zestig van de vorige eeuw besloot dat ze lang genoeg die naam had meegedragen en, de grapjes moe zijnde, besloot voorts als Saskia door het leven te gaan. Was ze naar haar vader Johannes Sijkedinus Borghardt genoemd? Ik neem aan van niet, beiden zullen naar Seike Beuker zijn genoemd, respectievelijk naar de grootmoeder en de moeder. En Seike Beuker op haar beurt was genoemd naar haar tante Zeike Krijthe, waarmee we weer terug op de Knijpe zijn.
Krijthe van de Kniepe
Wilhelmina is niet in Zuidlaarderveen geboren. Die informatie vinden we in een bijlage van de huwelijksacte van Jan en Wilhelmina.
De naam Gepke Siefkes wijkt af van de naam die we elders treffen: Gepke Sijtses. We kunnen er van uitgaan dat zij één en dezelfde persoon was.
De Krijthes Vader Lambertus (Lammert, Lambert) Krijthe (1759-1826) werd gedoopt op 11 november 1759 in Oldehove bij Zuidhorn (Gr.). Hij trouwde met Trijntje Jans en ze kregen 4 kinderen. Trijntje overleed en Lammert trouwde opnieuw met Moeder Gepke Sijtses. (1756-1830). Zoals bekend kregen ze twee dochters Zeike en Wilhelmina. Moeder Gepke was afkomstig uit Burum, vlak over de provinciegrens met Friesland. Ongetwijfeld is Zeike genoemd naar een Friese voorouder, zoals menigeen in de familie al verondersteld heeft.
De oude Krijthes De naam Krijthe komt met name voor in de provincies Groningen en Noord-Drenthe. En, evenals alle Jansens niet van die ene Jan zullen komen, zullen alle Krijthestammen niet tot één nest te herleiden zijn.
Aansluitingspunt is ‘onze’ Lambertus (Lambert, Lammert) Willems Krijthe. Hij is de zoon van Willem Jannes Krijthe, geboren omstreeks 1727, landbouwer, overleden in 1789. Deze trouwde op 1 juli 1751 in Oldehove (Gr.) met Rienje Lammerts, gedoopt op 22 maart1726 te Oldehove, overleden na 1793. Zij is de dochter van Lammert Hindriks en Itien Jacobs. Ze kregen 7 kinderen, 3 zonen en 4 dochters. Lambert is het 4e kind, de 2e zoon in de rij. Willem Jannes kocht in 1757 van de familie Alberda van Ekenstein de beklemming van een grote boerderij op het Ruigezand voor de stevige prijs van fl 18.000, wellicht met steun van zijn welgestelde stiefvader Rijpke Derks. De vader van Willem stierf toen hij 3 jaar was.
Jannes Willems (Krijthe) Hij leefde van ca 1700- 1732 en werd dus niet oud. Hij kwam van Roden. Getrouwd met Jantjen Jans. Zij hertrouwde met genoemde Rijp ke Derks, die landbouwer en herbergier was. Deze combinatie kwam in de familie vaker voor. Bij Jannes Willems wordt het lastig het juiste spoor terug te vinden. Ik citeer uit het artikel in het 'Drents Jaarboek 2011':
Willem Severijn Krijthe Hij werd geboren tussen 1667 en 1692 en stierf na 1727. Voor 1721 trouwde hij met Hilligjen Geerds. Het is aan te nemen dat hij eerder getrouwd is geweest en dat uit dat huwelijk genoemde zoon Jannes Willems Krijthe is geboren. Geboren in Roden en verhuisd naar Oldehove.
Severijn Krijthe Hij is de vader van Willem Severijn. Severijn werd geboren na 1640 en overleed voor 1692
Jannes Krijthe (de jonge) Geboren voor 1613 en overleden voor 1665. Getrouwd met Grietien Vinckenborg. Ze woonden in Roden.
Johannes Krijthe (de olde) Hij werd geboren tussen 1580-1584, overleden voor 1665. Johannes hoorde tot de notabelen, hij was advocaat te Roden. Het was een vermogend man. Zo zou hij een achtste waardeel van Roden tot zijn eigendom mogen rekenen. Het is een bekend gegeven, met het verder teruggaan in de geschiedenis stijgt de onzekerheid.
Johannes Krijthe (2e helft van de 16e eeuw)
Deze Johannes was was openbaar notarius en licentiaat in het Geestelijk Recht. Licentiaat komt ongeveer overeen met de titel doctorandus of masters. Hij bekleedde veel functies zoals Generaal-Commissaris van de Proosdij Usquert, Officiaal van de bisschop van Munster in de Ommelanden enz. In tegenstelling tot de meesten van zijn familieleden en nazaten ging hij niet over naar het Protestantisme.
Tot zover de Krijthes, we gaan haastig terug naar de Beukers die we verlaten hebben toen Jan Beuker in 1844 stierf.
Willemina Beuker-Krijthe Wilhelmina/Wilhelmien/Willemien/Mina bleef na het overlijden van Jan achter met 6 kinderen, waarvan de jongste 12 jaar was. Ze was toen 51 jaar. De normale gang van zaken binnen het Drentse boerenbedrijf was, dat de oudste zoon het bedrijf voortzette. Moeder gaf gevraagd en ongevraagd adviezen en bleef de portemonnee beheren. Echter, er waren geen zoons en blijkbaar was er onder de schoonzoons niemand die het bedrijf wilde of kon overnemen. Wilhelmina stond er alleen voor met haar thuiswonende dochters. Zij werd de landbouwer, landbouwerse zoals in een acte werd genoteerd.
Dit is vroeger een hele grote plaats geweest, genoemd 'Beukersplaats'. De laatste die er heeft gewoond werd genoemd 'Beukers Mina'. Mina, Wilhelmina dus.
De bewoners van de Beukershoek vormden tegelijk een noaberschap, waarbij een ieder vanzelfsprekend deed wat van hem of haar verwacht werd. Ze zullen (Wilhel)Mina geholpen hebben bij het binnenhalen van de oogst, het dichten van het dak, het zetten van de turfbult, het verzamelen van boerengeriefhout, enzovoort. Daar komt bij dat het barre tijden waren, en dat niet alleen voor de boer: aardappelziekte, misoogsten, hongersnood bij de armen. Het zal er zeker toe bij hebben gedragen dat Wilhelmina begin 1848 besloot dat het mooi genoeg was geweest. Ze plaatste een advertentie in de Groninger Courant:
Weer 6 jaar later:
Uiteraard heb ik flink gezocht naar de notariële acte en de kadastrale notities waarin de verkoop van huis en land beschreven staat. Het zal t.z.t. ongetwijfeld toegankelijk gemaakt worden via het internet. Maar, dankzij de informatie van de al eerder geciteerde heer Kammers weten we in elk geval dat het bezit gedeeld is en verkocht aan twee verschillende personen. Het Beukersveld waar de boerderij stond, werd gekocht door Notaris Kniphorst van Zuidlaren en het Beukersbroek door de heer Tammingh, eveneens van Zuidlaren. Notaris Kniphorst, van wie Wilhelmina geld had geleend en die de advertentie plaatste? Ja, dezelfde. Misschien had Notaris een slimme constructie voor de overdracht bedacht.
Seike Beuker Ze was 18 toen haar vader overleed en we kunnen aannemen dat ze haar aandeel heeft moeten leveren in de werkzaamheden zoals de verzorging van het vee, de maandelijkse was, het bakken van pannekoeken, het hooien. Zus Lamberdina was het huis uit. Ze had een betrekking gekregen bij de dominee van Hoogezand/Kalkwijk. In het jaar 1848 was er feest. Zus Lamberdina ging trouwen met haar werkgever, de dominee wiens vrouw was overleden, zijn tweede huwelijk. Verrassend, want dominees huwden meestal in andere sociale kringen. Dominee Oetze Kruiger was weduwnaar en had een kind. Samen met Lamberdina kwam er nog een. Helaas stierf Lamberdina al in 1851.
Jan bleef werken als smidsknecht op een van de vele scheepswerven. Ze kwamen te wonen in huis A59 te Martenshoek-Hoogezand en moeder Wilhelmina woonde bij hun in. Ze kregen in 1859 een zoon die de naam kreeg van Willeminus. Hij leefde maar zes dagen. Willemina overleed op 18 november 1859. Het is voor ons vreemd dat over dit kind nooit meer gesproken is, althans ik ken niemand in de familie die hier weet van heeft gehad. Het was de cultuur van die tijd, in elk gezin kwam kindersterfte voor, 'het was geen blijvertje' was de uitdrukking. Het verdriet werd weggestopt en het leven ging door.
De aktes van het overlijden van Wilhelmina en Willeminus benevens de geboorteacte van Willeminus verschaften de informatie over het adres in Hoogezand. Dat is wat lastig te rijmen met het feit dat Jan vier jaar eerder al een lening afsloot om de smederij in Ane te kopen. Hoe moeten we ons dat voorstellen, hoe zat dat dan? Er zijn veel verklaringen te bedenken, maar alle kans dat de goede er niet bij zit.
En samen gingen ze verder door het leven. Over de avonturen van Jan en Seike heb ik al jaren geleden geschreven. Eigenlijk hoog tijd om het opnieuw tegen het licht te houden.
Verhaal: Piet Borghardt, december 2017, borghardt@hetnet.nl
Bronnen: * Drents Archief: Kerkregister, Bevolkingsregister, Notariële Akten, Successie memoires, Haardstedegelden. * Drents Genealogisch Jaarboek 1911. * Gronings Archief, Kerkregister. * Dr. Jan Naarding, Grepen uit de Historie van Zuidlaren, Uitg. Hertz & Co, 1969. * www.dorpzuidlaarderveen.nl
|