Eltjo Siemens wordt geboren op 26 mei 1898 te Finsterwolde (1) als zoon van Joost Siemens, dagloner(1853-1927) en Anna Principaal (1858-1942). Hij huwt op 20 oktober 1921 te Scheemda Trijntje Jager, geboren in 1902 (3). Trijntje is een dochter van Kornelius Jager, voerman en Hillechien de Gries (3). Eltje is bij zijn huwelijk 23 jaar en zijn bruid is 18 jaar. Eltjo wordt winkelier in Finsterwolde en overlijdt in het ziekenhuis te Winschoten op 29 mei 1929 (2) op 31-jarige leeftijd.
Een triest einde van stakende arbeiders in Finsterwolde
Uit hun sombere kleding, maar vooral uit hun 'tamelijk doorgeloopen' schoenen, maken de stakers op dat het om 'vreemd' werkvolk gaat. In werkelijkheid zijn het bloembollenkopers uit Andijk. Voor het hotel blijft het druk. Met moeite houdt de marechaussee de rijbaan vrij. Net als de gemoederen tot bedaren komen, arriveren om half elf enige stakers uit het nabijgelegen Beerta. De marechaussees worden uitgescholden voor 'boerenpummels' en er wordt geroepen om 'Lutje Yje' Wijkstra, die enkele maanden eerder vier veldwachters heeft doodgeschoten. Al snel vliegen de stenen door de lucht en door de spiegelramen van 'De Unie'. Dit is het teken voor de marechaussee om een charge uit te voeren. Met sabel, gummiknuppel en revolver gaan ze de stakers te lijf.
Eltjo Siemens, een dertigjarige groenteventer, staat op dat moment in de deurpost bij de tabakszaak van Glazenburg. Met zijn vrouw is hij op bezoek geweest in het dorp en als zij naar huis wil, is hij nog even gebleven om naar het oploopje te kijken. Als twee marechaussees te paard de winkel naderen, wordt er geroepen dat zij toch niet durven te schieten. Dat blijkt een foute inschatting. Een van de kogels boort zich door een ruit en een zuurtjesfles en blijft steken in de buik van Siemens. Hij wordt afgevoerd naar het ziekenhuis in Winschoten, waar hij de volgende dag overlijdt.
Hiermee heeft de staking haar martelaar. Volgens het socialistische dagblad 'Het Volk' is Siemens in koelen bloede afgemaakt. Het liberale 'Algemeen Handelsblad' noemt de zijn dood echter een tragisch gevolg van wekenlange provocaties. Bij de begrafenis van Siemens volgen 650 landarbeiders de baar, terwijl zo'n vierhonderd vrouwen op het kerkhof staan. Later richten zij een grafmonument op voor hun 'in de staking gevallen kameraad', met daarop ondermeer de tekst:
De staking van 1929 duurt nog de hele zomer. Zo'n vijfduizend landarbeiders uit het Oldambt leggen het werk neer als de boeren weigeren hun meer te betalen. 'De klassehaat moet worden aangewakkerd en de revolutionnaire hartstochten moeten worden geprikkeld,' schrijft een hereboer in de Provinciale Groninger Courant. De boeren halen desondanks gestaag de oogst van het land, geholpen door christelijke landarbeiders en Duitsers 'van de zwartste reactie'. Bovendien schaffen zij allerlei machines aan. De stakers willen slechts wat opslag op hun karige loon. Zij houden maar liefst vijfenhalve maand vol, wat de bond zo'n zes ton uit de stakingskas kost.
Het resultaat is mager. Weliswaar bereikt de vakbond voor het volgend jaar, het eerste van de grote landbouwcrisis, een aanzienlijke loonsverhoging, maar de staking heeft, zoals Frank Westerman laat zien in het boek 'De Graanrepubliek', de mechanisatie met vele jaren versneld (4).
Meer over de landarbeidersstaking van 1929.
Voetnoten, bronnen en literatuur: 01. RHC GA Geboorteregister Finsterwolde 1898. Aktenr. 37 03. 'RHC GA. Huwelijksregister Scheemda 1921. Aktenr. 34. 04. Historisch Nieuwsblad, Marcel Broersma, okt. 2003.
|